In maart 2020 kwam het culturele leven abrupt tot stilstand. Festivals konden sindsdien niet, of alleen in aangepaste vorm doorgaan. Bijna een jaar later kunnen we een voorzichtige balans opmaken: wat doet corona met de festivalprogrammering? Een rondgang langs de organisatoren van Le Guess Who?, AMOK, OORtreders, Rewire en Grauzone.
‘Als iets alleen een tabblad op je browser is, ben je zo weggeklikt.’
Eind oktober beloofde OORtreders, het festival voor geluidskunst in het Vlaamse Pelt, een lichtpuntje in een schraal cultureel jaar. Na een lang voortraject met residenties van internationale kunstenaars zou als kers op de taart een driedaagse manifestatie plaatsvinden met performances, lezingen en een expo-route. Het mocht niet zo zijn. Na maanden van voorbereiding binnen steeds veranderende richtlijnen, werd het festival, georganiseerd door Impulscentrum Musica, alsnog op het laatste moment afgelast.
Directeur Esther Ursem: ‘Ik herinner me nog heel goed het moment dat ik woensdagavond werd gebeld door de burgemeester van Pelt omdat de cijfers ongelooflijk de hoogte invlogen. Het was toen al duidelijk dat hij ervan uitging dat het niet door kon gaan.’
Een bittere pil, maar Ursem wil daar niet te lang bij stilstaan. Liever heeft zij het over wat nog wél kon plaatsvinden. In overleg met de partners werd de exporoute, een route van 16 kilometer grotendeels in de openlucht van het Klankenbos, behouden. Ursem: ‘Iedereen kon in het weekend in eigen familiale bubbel installaties bezoeken. Daar zijn heel veel mensen op afgekomen en we kregen veel steunmails, ook van de artiesten, want die waren aanwezig op de site. Ze waren van tevoren in quarantaine gegaan om deel te nemen. Zij hebben als troost zelfs een Soundcloud voor ons gemaakt die we hebben opgenomen in de collectie van Radio Forest in het Klankenbos. Je merkt dus dat er een bepaalde solidariteit ontstaat, een wederkerigheid.’
Diversiteit staat misschien hoog op de agenda van veel organisatoren en programmeurs van festivals. Maar wat houdt dat precies in?
In Gonzo (circus) #163 vragen Hasret Emine en Leonor Faber-Jonker dit aan dj en schrijver Emma van Meyeren, muzikant Shishani en de programmeurs van ESNS, Sfinks Mixed en Grauzone.
Lees het artikel ‘Achtergrond: Festivals en diversiteit‘.
Pleister
Na jarenlange aanwas van festivals op de kalender, was 2020 een ongekend stil festivaljaar. Toen in maart het Amerikaanse showcasefestival SXSW en het Engelse Glastonbury als eerste grote internationale festivals werden afgelast, belandden festivalorganisatoren in Nederland en België in een rollercoaster. Het Nederlandse kabinet kondigde de eerste maatregelen aan en gelijk bleek dat het Haagse festival Rewire niet kon doorgaan. Een ander Haags festival, Grauzone, had juist geluk. De organisatoren hadden in februari nog hun eerste tweedaagse, stijf uitverkochte editie gevierd, vlak voor de pandemie dit deel van de wereld bereikte. Voor kleine en middelgrote festivals was het vaak nog het hele jaar door zoeken naar creatieve oplossingen binnen steeds verschuivende maatregelen. Er werden meerdere scenario’s geschreven, van worst tot best case, om zo veel mogelijk voorbereid te zijn op de onvoorspelbaarheid van de pandemie.
Organisatoren bleven enthousiast programmeren om te zorgen dat bezoekers hoe dan ook een artistieke belevenis konden meemaken. Te midden van alle tegenslagen en schrik leek een festival immers de ultieme pleister op de wond: een biertje in je ene hand, een programmaboekje in de andere, wandelend op zoek naar nieuwe muziek en prikkelende performances.
Maar hoe bereid je je voor op het onvoorbereidbare? We kijken terug en werpen een blik in de toekomst van het festivallandschap.
Vrijheid
Toen het Utrechtse showcasefestival Le Guess Who? op 19 mei aankondigde de editie van 2020 te verplaatsen naar 2021, was dat een onmiskenbare realitycheck voor de sector. Het festival zou pas in november plaatsvinden, ver in de toekomst. Toch zag de organisatie, met name vanwege het uitgesproken multinationale karakter van het festival, geen andere optie. Artistiek directeur Bob van Heur: ‘Eind april kwamen we er wel achter dat het niet de goeie kant op ging. Langer doorgaan was gewoon geld weggooien geweest en dan waren we er ook minder goed uitgekomen.’ Door de vroege beslissing konden zalen bijvoorbeeld netjes worden afgezegd. ‘Is het leuk? Nee. Maar je dealt ermee. We hadden al 70 procent van het programma staan toen we weer van voren af aan moesten beginnen. We hadden ook niks kunnen doen, maar dat zit niet erg in ons systeem.’
Mede dankzij het steunfonds van de Nederlandse overheid kon Le Guess Who? in november 2020 toch een evenement organiseren, zij het in andere vorm. Van Heur: ‘Met de schaal van het festival heb je een bepaalde verantwoordelijkheid naar alle subleveranciers, zalen, artiesten, iedereen die meewerkt. Dit jaar was een harde klap voor freelancers, dus je gaat bedenken hoe je die mensen aan het werk kunt krijgen en hoe je de missie van het festival doorzet. Ik kan niet ontzettend negatief zijn over afgelopen jaar. Natuurlijk is het kut dat niet de hele wereld naar Utrecht vliegt, maar het is ook wel weer goed om even een stapje terug te doen en te kijken: waar staan we voor? Ik denk dat we misschien weer dichter bij onze missie zijn gekomen. Anders zet je toch meer op de automatische piloot een festivalletje neer, nu hadden we heel veel vrijheid. Er is geen verwachtingspatroon meer, corona heeft dat weggenomen.’
Ego
Die vrijheid leverde LGW ON/OFF op, een hybride event waarbij de focus meer dan ooit kwam te liggen op de ongeschreven regel van Le Guess Who?: representing the underrepresented. Voor het eerst presenteerde het festival Reports From Other Continents, korte reportages over actuele muziek vanuit de hele wereld, van gengetone uit Kenia tot elektronische muziek uit India. Van Heur: ‘De vele protesten in de eerste helft van 2020, waaronder Black Lives Matter, zetten ons als organisatie aan het denken. Wat ik er voornamelijk uithaalde was: we moeten gaan luisteren. Onze eigen mening opzijzetten.’ De reportages werden gemaakt door mensen van buiten het eigen netwerk van Le Guess Who?, zonder regie van bovenaf. ‘Ik vond het belangrijk dat het echt een ding was van de makers. Wij zijn dan meer een platform waardoor de verhalen die zij willen vertellen dankzij onze achterban duizenden mensen over de hele wereld bereiken.’
Ook het OFF-gedeelte, een programma met 55 Nederlandse artiesten dat op de vooravond werd gedwarsboomd door de aankondiging van nieuwe maatregelen, vertrok vanuit die platform-gedachte. ‘We besloten al heel vroeg dat elke zaal werd gehost door een partner. Door te luisteren, werden ons programma en onze partners diverser. Bijvoorbeeld een organisatie die zich bezighoudt met queer- en genderzaken: zij hebben die kennis. Je moet het niet allemaal zelf willen uitvinden vanuit je eigen ego. Dat is denk ik iets wat in de toekomst zal blijven hangen: nog meer openheid van samenwerking met partners. In ideale vorm heb je dan een gecureerd programma en een programma dat volledig door partners is georganiseerd waardoor je elk jaar een compleet nieuw festival krijgt. Dan is misschien niet alles op één lijn of stilistisch even strak, maar dat is juist wel de charme.’
MTV
Voor LGW ON presenteerde het festival een eigen, retro aandoend online tv-kanaal waarop reportages vanuit het buitenland werden afgewisseld met sessies op locatie en reportages uit de stad Utrecht, waarin we dj David Vunk (‘juist iemand die eigenlijk niets met het festival heeft’) een bezoekje zien brengen aan plekken als koffiezaak The Village, een Chinese dansschool, of platenzaak Dig It!. Van Heur: ‘We wilden een beetje het gevoel van de begindagen van MTV. Dat was rommelig, maar met een bepaalde energie. Dat wilden we nabootsen, het moest niet überdigitaal zijn.’
Het tv-format zorgde voor de broodnodige afwisseling. ‘Als we in april hadden gezeten, was het een ander verhaal geweest, maar als je zes maanden livestreams hebt gezien, wordt dat too much. Een band voor een lege zaal zien spelen is het toch net niet. Zijn dat de verhalen die we willen vertellen? Voor ons is het juist heel belangrijk om meer context te geven rond een artiest.’ Dat kon nu, natuurlijk naast de nodige sessies en een greep uit het rijke archiefmateriaal dat Le Guess Who? de afgelopen jaren heeft opgebouwd. Bijkomend voordeel: er konden nu locaties worden belicht die normaal te ver buiten de stad liggen of waar in een vol festivalweekend geen tijd voor is, zoals culturele ontmoetingsplek De Voorkamer, waar we Vunk een beginnersles Arabisch zien volgen.
Struikelblokken
Het blijft een van de belangrijkste vragen voor festivalorganisatoren dit jaar: gaan we online of niet, en zo ja, hoe? KAAP, het kunstencentrum in Brugge en Oostende dat het festival AMOK organiseert, begon meteen tijdens de eerste lockdown met livestreams vanuit de huiskamers van artiesten, maar kwam daarbij al snel de struikelblokken tegen van slechte internetverbindingen en gebrekkige microfoons. Programmator Jaïr Tchong: ‘Afgezien van zulke productionele afwegingen, heb ik nog nooit zo sterk gevoeld: liveconcerten, daarom zitten we in dit vak. Een livestream is zo’n enorme reductie van de belevenis. Ik merk het zelf ook. Als iets alleen een tabblad op je browser is, ben je zo weggeklikt. Maar tegelijkertijd krijgen wij subsidie om kunst te presenteren en produceren, dus het is evident dat wij manieren zoeken om toch actief te blijven. Het alternatief, dichtgaan, zien wij niet zitten. Daar zijn we bij KAAP te gretig voor.’
Avant-garde
Toen Le Guess Who? op 19 mei aankondigde dat de editie van 2020 werd uitgesteld, was dat ook voor het programmateam van AMOK reden om een jaar uitstel te overwegen. Tchong: ‘Onze directeur Rolf Quaghebeur heeft toen heel koppig gezegd: nee, we blijven doorgaan. Doorbeuken.’ Zoveel pech als Musica had met de timing van OORtreders, zoveel geluk had KAAP met AMOK. Slechts enkele weken voor het afgelaste geluidskunstfestival in Pelt, kon het festival voor muziek en performances in Brugge begin oktober ‘gewoon’ doorgang vinden. Tchong: ‘Met alle dingen die er steeds veranderden, waren er natuurlijk heel veel versies. Maar de versie die we twee weken voor het uur U hebben bedacht konden we volledig doen zoals gepland – natuurlijk wel met mondkapjes, restricties, beperkte capaciteit en dat soort dingen.’
Ingrijpender waren de consequenties voor de line-up zelf. ‘We zijn heel ver gegaan om Asmâa Hamzaoui & Bnat Timbouktou te halen, tot en met een voorschot voor de tickets. Maar op een gegeven moment was gewoon duidelijk dat mensen Marokko niet uit mochten, laat staan bij ons naar binnen. Ik heb alle Excelsheets nog van dat programma dat steeds aan het veranderen was – af en toe zonk de moed me echt in de schoenen. Ook omdat het samenhangt met hoeveel mensen je kwijt kunt in een zaal en je ticketprijs. Maar als ik nu terugkijk, ben ik de miserie eigenlijk grotendeels vergeten en kijk ik alleen maar terug op hoe gaaf AMOK was.’
De omstandigheden daagden Tchong uit dichter bij huis te kijken. Zo kreeg ook de Belgische avant-gardeband Aksak Maboul een plekje in het programma. Tchong: ‘Toen duidelijk werd dat we echt niet internationaal konden boeken, ben ik nog eens in België gaan kijken. Aksak Maboul is een groep die ik altijd al interessant vond en ze hadden net een nieuwe plaat, dus dat kwam heel mooi samen. Misschien had ik ze ook wel geprogrammeerd als er geen Covid was geweest, maar mijn keuze werd er wel door getriggerd.’
DNA
Ten tijde van dit interview, medio januari, heeft KAAP nog verschillende events gepland voor februari. Tchong wacht met spanning op het beloofde stappenplan van het kabinet voor de culturele sector. ‘Het vergt stalen zenuwen om in deze omstandigheden te programmeren,’ geeft hij toe, helemaal omdat het contact met collega’s uitsluitend via Zoom verloopt. ‘Aan de andere kant is programmeren altijd een theoretische aangelegenheid: je weet nooit wat er in de toekomst gaat gebeuren. De kans is heel klein, maar voor hetzelfde geld horen we straks dat we in februari weer vijftig man mogen toelaten. Dan heb ik twee concerten die door kunnen gaan.’
Tchong gaat er echter van uit dat het nog wel even duurt voordat alles bij het oude is. ‘Ik spreek geen agent die voorziet dat Amerikanen binnen afzienbare tijd weer door Nederland en België kunnen toeren. En Engeland heeft weer het specifieke probleem van de brexitellende, dus het ziet er gewoon slecht uit. We zijn nu met collega’s aan het kijken wat er reisbaar is per trein en uit Europa kan worden gehaald. Uiteraard kun je jaren vanuit Europa programmeren en de Belgische avant-garde is echt superinteressant, maar KAAP is een internationaal kunstencentrum en juist die internationale dialoog blijft cruciaal. Aan de andere kant ben ik wel een voorstander van whatever works in deze fase. Alles wat je kúnt doen, is beter dan niks doen.’
Dat is ook de houding van OORtreders-organisator Musica. Ursem: ‘Onze filosofie was steeds: wat kunnen we wél doen. Niet uitgaan van wat niet kan, anders houd je het ook niet vol. Al is het niet wat je voor ogen hebt, zolang je trouw blijft aan je eigen DNA en je artistieke waarden daarin vindt, kun je doorgaan.’ Omdat OORtreders een biënnale is, werden de afgelaste programmaonderdelen ondergebracht in het jaarprogramma van Musica. ‘Voor OORtreders in 2022 zijn er weer nieuwe dingen die naar boven komen en we willen ook kunstenaars en artiesten stimuleren om zich te ontwikkelen en los van corona te komen. Het is een overvol jaar, maar voorlopig moeten we nog wachten.’
Wintergevoel
Het lijkt inmiddels onvoorstelbaar, maar in 2020 hebben toch echt mensen tegen elkaar aangesprongen tijdens een optreden van Thurston Moore in PAARD. We konden het een maand voor de eerste maatregelen werden aangekondigd meemaken tijdens een uitverkochte editie van Grauzone, dat plaatsvond op 7 en 8 februari. Organisatoren Natasja Alers en Marc Emmerik beseffen hoeveel geluk ze hebben gehad met de timing. ‘We hadden net voor het eerst het festival tweedaags gehouden en het was meteen onze meest succesvolle editie,’ vertelt Emmerik. ‘De timing gaf ons zelfs genoeg tijd om ons ruimschoots voor te bereiden op 2021.’
Het festival vindt dit jaar plaats in mei in plaats van februari, in de hoop dat er dan iets meer mogelijk is. ‘We wilden geen andere festivals in de weg staan, maar later in het jaar zou ook te dicht op onze editie van 2022 zijn.’ Dat jaar wil Grauzone weer terug naar februari, omdat het festival toch beter past in de winter. Alers: ‘Er zit een bepaald Grauzone-gevoel bij de bands die wij boeken, dat toch echt een wintergevoel is.’ Dat laat zich volgens Alers kenmerken door melancholie, verhalend neergezet door muziek uit verschillende genres – van een klassieke Engelse postpunkband tot een solo-act uit Turkije.
Duurzaam
In de programmering heeft ook Grauzone een omslag moeten maken. Amerikaanse bands boeken was nauwelijks mogelijk, gezien de restricties rondom internationale reizen. Muzikanten dichter bij huis krijgen te horen dat alles onder voorbehoud is, vanwege de onvoorspelbare maatregelen. Emmerik hoopt op een van de scenario’s waarbij het mogelijk is publiek te ontvangen. ‘We zijn aan het kijken naar manieren om die anderhalve meter afstand te bewaken. Daar worden al testen mee gedaan, zoals in Barcelona.’ Bij een proefconcert van 2,5 uur, gefinancierd door het festival Primavera Sound, raakte volgens de website van dat festival geen van de 463 bezoekers besmet. ‘Een ander scenario is dat we het festival deels online, deels offline programmeren.’
De logistiek om bands naar Nederland te krijgen is iets wat Grauzone als duurzaam festival al langer bezighield. ‘Zoals we ook alleen veganistisch eten serveren, vroegen we bands in het verleden al of ze een manier konden bedenken om met de trein te komen.’ Zo is de logistiek rondom de programmering niet heel anders dan in voorgaande jaren. ‘Dat politieke en duurzame aspect zien we terug in de bands die we boeken, maar ook in het Grauzone-publiek dat heel divers en open is.’
Die openheid is ook cruciaal voor Emmerik en Alers zelf. ‘We proberen een flexibiliteit in onze mindset te hebben.’ Ondanks alle onzekerheid en belemmeringen is Alers optimistisch: ‘Er is nog een toekomst.’ Hoe die toekomst er precies uit gaat zien is ook voor Grauzone niet zeker, maar dat er verder wordt gekeken dan 2021 staat wel vast. Er wordt al geprogrammeerd voor de editie van 2022.
Inzicht
Waar Grauzone al vooruitkijkt naar 2022 wil Le Guess Who?-directeur Van Heur, net als Ursem van Musica/OORtreders, juist ruimte laten om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen. Van Heur: ‘Je gaat straks krijgen dat 2021 een kopie wordt van 2020. Ik betwijfel of dat goed is voor de cultuur. Dat geldt niet alleen voor festivals, maar ook voor het clubaanbod en de zomerfestivals, wat weer een heel genre op zich is. Is de onderkant van een line-up van Lowlands of Pukkelpop in 2021 nog net zo relevant als in 2020? Die bands staan er dan een jaar later, ze hebben niet kunnen toeren, geen fanbase kunnen opbouwen, dus je krijgt een vertraagd patroon. Het blijft de vraag waar dat heen gaat, zeker als de zomerfestivals dit jaar weer niet doorgaan. Ik spreek mezelf ook tegen, want tegelijkertijd wil je de mensen van 2020 wel een plek kunnen geven.’
Een klakkeloos doorschuiven van de line-up is in elk geval geen optie, al was het maar omdat dat niet aan de programmeurs zelf is. Van Heur: ‘Je bent afhankelijk van welke artiesten gaan toeren. Een groot deel van ons niet-gecureerde programma dat nu is aangekondigd, is in de laatste maanden geboekt. We hebben de curatoren overgezet, die voelden allemaal vrij tijdloos. Midori Takada (de Japanse componist en percussionist, lfj) is daar nog bij gekomen. Er zijn nog een paar aanvullingen, dus misschien worden sommige curatorenprogramma’s wat groter dan we oorspronkelijk in gedachten hadden. Lucrecia Dalt bijvoorbeeld vroeg om haar lijst te herzien omdat zij het afgelopen jaar andere prioriteiten heeft gekregen. Ik wil daar flexibel in zijn zodat een curator ook in 2021 nog volledig achter het programma kan staan.’
De website van Le Guess Who? 2021 biedt medio januari een hoopvolle aanblik, met verschillende aangekondigde internationale acts en curatoren. ‘We doen het stap voor stap op het moment,’ licht Van Heur toe. ‘Er blijven nog heel veel dingen onduidelijk. Mag ik straks zesduizend man in TivoliVredenburg ontvangen of mogen er nog maar vierduizend mensen in het pand? Hoe lang zal de ombouw tussen de artiesten moeten zijn? Naarmate de regels duidelijker worden, krijgen we ook meer inzicht in hoe groot we kunnen gaan. Daarom gaan we nu niet voor de volle mep en kijken we in april wel wat we nog bij moeten boeken.’
Vertaling
Hoe zit dat met Rewire, dat begin april al op de kalender staat? De voorbereidingen zijn in volle gang, een jaar nadat de vorige editie werd gecanceld. Artistiek directeur Bronne Keesmaat blikt terug op die donkere dagen: ‘Het was donderdag 12 maart. We keken op kantoor naar de persconferentie, dat weet ik nog heel goed. De volgende dag hebben we besloten om te stoppen.’ Ook voor hen was het geen optie om de gehele festivalline-up een jaar te verplaatsen. Samen met het Korzo Theater in Den Haag hebben ze gedurende het jaar nog losse shows kunnen organiseren, wat hoopvol stemde voor de editie van 2021. ‘Dat was voordat de lockdown in december begon.’
Het aanpassingsvermogen werd op de proef gesteld, mede doordat de overheid slechts perspectief gaf voor twee weken. De routekaart die het kabinet tijdens de eerste maatregelen gebruikte, is vrij snel losgelaten.
Er werden aanvankelijk voorbereidingen getroffen om een hybride festival, deels online en offline, met inachtneming van anderhalve meter afstand door te laten gaan. ‘Toch hebben we besloten om dit jaar alles volledig online te doen,’ vertelt Bronne. Rewire wordt een digitaal festival met ruimte voor meerdere vormen van digitale cultuur. Op de planning staan onder andere een radioprogramma en livestreams vanuit het buitenland op bijzondere locaties. Via de Rewire Remote series, een online residentie, worden makers over de hele wereld aan elkaar gekoppeld, bijvoorbeeld muzikanten en componisten aan gamers of filmmakers.
Omscholen
Rewire stimuleert niet alleen de makers, maar ook iedereen die achter de schermen aan het festival werkt. De organisatie voelde een morele plicht naar alle betrokkenen. Keesmaat: ‘We hebben een verantwoordelijkheid naar de crew, zzp’ers, makers, iedereen die met ons werkt.’ Doordat het festival deels is gesubsidieerd, kan het zich blijven ontwikkelen. Keesmaat: ‘Veel mensen scholen snel om. De wil om aan te passen was groot.’ Zo vindt hij de livestreams van PAARD inspirerend omdat er een duidelijke professionalisering zichtbaar was. Toch vreest Keesmaat dat er ook goede krachten uit de festivalwereld zullen stappen. ‘De pandemie zet je toch ook aan het denken.’ Met de twijfels over het virus, de onzekerheid en het gebrek aan inkomsten ontstonden voor velen ook twijfels over het gekozen levenspad.
Taak
Keesmaat is niet de enige organisator die zijn zorgen uit over de consequenties voor de muzieksector als geheel. Zo stelt Tchong: ‘Het is heel fijn dat KAAP AMOK heeft kunnen organiseren, maar de organisatie van podiumkunsten is een fijnmazig netwerk van partners, agencies, boekers en kleine muzikanten en dat wordt heel zwaar. Ik heb het idee dat er bij politici op beleidsniveau veel te weinig expertise is over hoe alles met elkaar samenhangt. Zalen of festivals zijn niet geslaagd als ze steeds uitverkopen. Het gaat om langetermijnevoluties, bandjes die bij het ene festival in een kleine zaal spelen en op een later festival in de grote zaal. Het is een internationale biotoop waar je niet zomaar één factor uit kan trekken zonder dat de rest ook instort.’
Le Guess Who?-directeur Van Heur wijst ook op de vele handen die in een festival zitten: ‘Het gaat niet alleen om de boekers en de bands, er zit een hele infrastructuur achter. Bijvoorbeeld van mensen met specifieke kennis als technisch tekenaars die constructies tekenen. Geluidsmensen die een andere baan zoeken. Komen die allemaal terug? Ik betwijfel het. Maar uiteindelijk is het belangrijk om positief te blijven. Er komt straks misschien weer ruimte voor nieuwe input. En je ziet dat de politiek langzamerhand gaat inzien hoe belangrijk cultuur is.’
Volgens Van Heur ligt er juist nu een belangrijke taak bij festivalprogrammeurs: ‘Ik denk dat je globaal moet denken. Er wordt van alles vanuit de Verenigde Staten en Engeland gepusht, maar waarom horen we niks van al die andere landen? Het is onze taak om die infrastructuur breder en groter te maken en niet alleen op financiën te beoordelen maar ook op inhoud en kennis. Heel veel mensen zijn angstig, omdat ze niet weten hoe ze financieel kunnen overleven. Het belangrijkste is dat we niet in angst vervallen en daardoor conservatiever programmeren. Daar helpen we onszelf niet mee op de lange termijn.’
Ten slotte
Voor veel festivalorganisatoren is het een tijd van bezinning en herijking. Le Guess Who? keert terug naar de missie van het festival, KAAP (AMOK) realiseert zich eens te meer dat online ervaringen nooit livepodiumkunsten kunnen en mogen vervangen en Grauzone blijft de noodzaak van duurzaamheid onderstrepen. Wat opvalt in onze gesprekken met de organisatoren is hun veerkracht en hoopvolle blik op de toekomst. Juist nu, in al deze onzekerheid, klinkt van alle kanten het belang om door te gaan. Om steun te bieden aan muzikanten, de sector en de bezoekers.
Festivals blijven omschakelen en zetten innovatieve edities neer die de komende jaren bepalend kunnen zijn voor de manier waarop we kunst ervaren. Kijk naar de technologische sprint en de nieuwe tools die daaruit zijn voortgekomen. Hybride events kunnen ook na de pandemie wellicht een nieuw internationaal publiek bereiken. De Reports From Other Continents van Le Guess Who? zijn alvast een blijvertje. Tegelijkertijd ligt er ook meer focus op lokalere bands en infrastructuren. Het blijft voorlopig lastig verder in de toekomst te kijken dan de komende twee, drie weken. Maar één ding staat vast: festivals zullen in 2021 zeker niet vervelen.
En ja, zelfs in een last minute afgelast festival gloren lichtpuntjes. Zo vertelt Ursem hoe de kunstenaars bij hun installatie in de exporoute gingen staan nadat de overige programmaonderdelen waren gecanceld: ‘Dat was een voordeel. De artiesten hoefden zich niet voor te bereiden op een performance of lezing, waardoor ze echt de tijd kregen om mensen te ontvangen. Omdat ze hun installaties tot in het kleinste detail konden toelichten, kwam de kunst veel dichter bij het publiek. Je realiseert je dan als bezoeker wat er allemaal achter het werk schuilgaat.’
Makers en publiek die dichter bij elkaar komen: ook dat is mogelijk in de pandemie, ondanks alle tegenslagen.