728x90 MM

Red Ear Festival – Rotterdam – 26/02/2011

De aftrap voor de tweede dag van het Red Ear Festival vindt plaats in de Rotterdamse Schouwburg. Muzikanten van Slagwerk Den Haag en Radio Kootwijk Live leiden de bezoekers op een heuse Odyssee, “Oh Die Zee”, langs de hoeken en gaten van de foyer. Uiteraard zijn niet alle ontdekkingen geslaagd en eventjes stijgt er van de activiteiten een reukje op van “leuke dingen voor de mensen.” Hoogtepunten zijn er ook. Zoals Miniatures, een compositie voor percussie van Rosemary Joy. Bezoekers zitten in groepjes rond tafels waarop vreemde houten dozen staan. Leden van Slagwerk Den Haag zetten zich aan de tafels. Zonder een woord te zeggen tonen ze de rare houten dozen, die nu percussie-instrumenten blijken te zijn waarover je kunt blazen, wrijven of schrapen. De omzittenden krijgen ook kleine percussie-instrumentjes aangereikt, zoals kleine dopjes van klei die je tegen elkaar aantikt met je mond als versterkerkast. Op een computerscherm is een afbeelding te zien van een natuurlandschap- de partituur  die de muzikanten-in-spe moeten volgen. Er wordt nog steeds geen woord gezegd en er hangt de sfeer van een geheimzinnig ritueel. Maar de muziek tikt , tolt, knispert, schuurt – allemaal geluidjes die als zeepbellen door de lucht zweven.

Logo Red Ear Festival
Logo Red Ear Festival

Ook enige participatie is er bij Air-Cello, een lucht-gitaar dus eigenlijk, maar dan voor cello, met muziekfragmenten van Bach tot Ligeti . Komisch, maar ook een beetje Sound-Mix Playback show. Begeleidend cellist örs Köszeghy speelt later op de middag een nachtmerrie-achtig Oog van Michiel van der Aa. De compositie blijkt een woeste mengeling tussen een piepende en knarsende cello en industrieel geweld dat voortgebracht wordt door een batterij effecten. De Sirene-improvisatie door sopraan Cora Schmeiser eindigt na veel wilde en woeste uithalen in een formidabele water-in-de-keel-rochel-solo, pal naast een installatie die bestaat uit tientallen rijen van kleine gele plastic badeendjes die op de vloer staan. Schattig.

Peaux (uit de Pleiaden voor zes slagwerkers) van Iannis Xenakis besloot de middag. Gespeeld door Slagwerk Den Haag was het een enerverende afsluiting. Sommige roffels suggereerden overvliegende bommenwerpers, of was die associatie te danken aan Xenakis’  Electro-Acoustic Music?

Na een korte pauze volgt dan Last Day in Corinth, een melodramatisch stuk muziektheater met (wederom) Slagwerk Den Haag en Ensemble MAE. We blijven in klassieke sferen met dit op Euripides geënte werk. Het plot blijft echter onduidelijk, ondanks een inventief gebruik van een decor met schuivende panelen waarachter de muzikanten zichtbaar worden of weer verdwijnen. De muziek is hypnotiserend met zweverige uitsteeksels, verzorgd door de gitarist. Dit soort muziektheater doet, wellicht onterecht, denken aan Schönberg’s Pierrot Lunaire : schotse en scheve muziek die continu het toneel begeleidt, ‘sprechgesang’ van de acteurs in een onheilspellende sfeer en een hoge mate van abstractie wat betreft presentatie en aankleding.

Niet minder abstract was de toneelaankleding van Een Oresteia, van Iannis Xenakis in de Grote Zaal van de Schouwburg. Het grootste deel van de tijd was het podium zelfs leeg, en zorgden alleen op een doek geprojecteerde teksten voor een verhaallijn naar de Griekse tragedie van Aeschylus. De compositie uit 1966 is door componiste Annelies Van Parys bewerkt, en voorzien van een proloog, een epiloog en twee emotionele monologen. Hoewel het boekje rept van ‘een tegenwicht aan de mannelijke, afstandelijke klankwereld van Xenakis’, waren deze aanpassingen dermate goed verwerkt dat ze in elk geval bij de eerste beluistering naadloos in de rest leken te passen. Hoe het ook zij, uitgevoerd door Muziektheater Transparant, Asko/Schönberg en VocaalLAB Nederland, was de gehele compositie een overdonderende ervaring. Een woeste, heidense maar verheven geest waart rond in het werk. Een veelheid aan percussie wordt aangevuld door schrille orkestkleuren, het koor klinkt van een andere planeet en de zang is grillig en bezwerend. Plotlijn zelf is niet helemaal helder te volgen, ondanks de geprojecteerde teksten. Duidelijk is dat moord en doodslag de voornaamste bestanddelen vormen. Zelfs door het optimistische einde, dat opriep tot een betere samenleving, klinkt nog een wrange toon, al valt het te betwijfelen over idealist Xenakis het ook zo bedoeld heeft. Op naar dag Drie!

tekst:
Peter Vianen
geplaatst:
za 26 feb 2011

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!