De Syrische artiest Omar Souleyman sloot jarenlang lokale bruiloften af met zijn rotaanstekelijke Shaabi-muziek (letterlijk: volksmuziek). Het bruidspaar kreeg achteraf een opname cadeau, en die zouden
binnenkort wel eens veel geld kunnen waard zijn. Want sinds het Amerikaanse platenlabel Sublime Frequencies enkele verzamelaars van de man uitbracht, ging het plots erg snel. De Syriër werd op sleeptouw genomen door de Westerse indiescene en stopte prompt met trouwfeesten. Caribou haalde Souleyman naar Engeland om op te treden, hij dook vervolgens de studio in met Damon Albarn en remixte enkele nummers van het laatste album van Björk. Wenu Wenu, een eerste echte studioalbum, vormt het logische vervolg. Voor deze plaat kroop niemand minder dan Four Tet achter de knoppen, al voert die geen drastische ingrepen uit. Hij raakt zo min mogelijk aan de authenticiteit en houdt zo de geloofwaardigheid intact. Souleyman zingt in het Arabisch en in het Koerdisch, en brengt de nummers in zijn herkenbare Shaabi-stijl, gebruik makend van typische Arabische snaarinstrumenten als de bouzouki en de rebab. Het tempo wordt hier en daar wel serieus opgevoerd door de elektronische beats en de keyboards. De felle ritmes stuwen de nummers vooruit en het live gevoel overheerst. Voor wie niet vertrouwd is met de Arabische muziek zit hier niet bijzonder veel variatie in, en een volgende plaat mag van ons part ook gerust nog wat gedurfder en met iets meer risico. Maar het speelplezier dat van dit album afspat, is geweldig. Hopelijk leidt Wenu Wenu dan ook het begin in van meer muzikale kruisbestuivingen tussen het Westen en het Midden-Oosten.