Too Tough To Live

One, two, three, four, en gaan. Dan Sertain zegt het dan wel niet, maar de intensiteit en de snelheid waarmee hij op ‘Too Tough To Live’ dertien songs in twintig minuten er doorjaagt, is onmiskenbaar schatplichtig aan The Ramones. En aan hun uitstekende plaat ‘Too Tough To Die’ uit 1984. The Ramones hadden na het door Phil Spector geproduceerde ‘End Of The Century’ weliswaar een groter publiek aangesneden, met de opvolgers ‘Pleasant Dreams’ en ‘Subterranean Jungle’ konden ze dat succes niet vasthouden. En dat lag zeker niet aan de kwaliteit van die platen. ‘Too Tough To Live’ was harder, rauwer en de band blaakte weer van gezondheid en slagkracht. Sartain, aan zijn zesde plaat toe, laat er geen gras over groeien. En geen twijfel ook niet. Deze plaat is een puur eerbetoon aan de godfathers van de punk. Elke song ademt Joey, Tommy, Dee Dee en Johnny. ‘Swap Meet’, ‘Fuck Friday’, ‘I Wanna Join The Army’ en net zo goed de overige negen korte nummers zijn pure Ramones. Titels en teksten zijn gelijkaardig, elke melodie of riff past perfect in het idioom en een gemiddelde duur van anderhalve minuut is wat de heren vanuit hun andere bestaan (er leeft er maar eentje meer van) jaknikkend zullen goedkeuren. Denk ook aan een versnelde versie van The Buzzcocks, want Sartain verstaat de kunst om snedige punksongs te schrijven waar geen plaats is voor franjes. Dit is het beste album van Sartain tot nu toe en één van de beste punkrockplaten die we in maanden hoorden. En dat zonder plagiaat te zijn, of een soort veredelde coverband van The Ramones. Pet af.

tekst:
Patrick Bruneel
beeld:
DanSartain_TooToughToLive
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!