Op het ogenblik dat u deze recensie onder ogen krijgt, zijn de weergoden waarschijnlijk eindelijk iets beter geluimd wakker geworden. Op het moment van het schrijven van dit stukje is van enige positieve temperaturen echter nog geen sprake. De paasklokken komen bijna vanonder de wijde rokken van de nieuwe paus gefladderd, maar van enige zon of warmte is nog niets te bespeuren. Integendeel, sneeuwtapijten en gure noordoostenwind zijn nog steeds ons deel. Een zomers plaatje zou velen onder u wellicht plezieren. Ons niet, ook niet in de zomer trouwens, dus laten we het Australische trio Ascetic ons humeur lekker verder verpesten en aanpassen aan de gure buitentemperaturen. Self Initiation is hun debuut. De plaat grijpt gretig terug in de tijd toen dark wave, cold wave en andere treurige deuntjes hoogtij vierden. De stem is donker en galmt een eind weg, de drums tikken traag, de drummer heeft weer geen zin of levenslust. De gitaar en de bas kronkelen van ellende en samen roepen ze de sfeer op die Joy Division tot hogepriesters maakten. Ascetic verwijst eigenlijk vooral naar het niet dansbare gedeelte van de Factory-catalogus. Uroboros (Up From Eden) bijvoorbeeld begint met drums zoals die op het debuut Always Now van Section 25 waren te horen. De stem is een mengeling van Ian Curtis en Michael Gira, wiens band Swans overduidelijk van grote invloed is in opener Pharmacy. Fijn aan de negen songs is vooral dat de plaat, al klinkt ze duister en grijpt ze terug in de tijd, geen seconde verveelt en ook absoluut niet gedateerd klinkt.