Luister naar de eerste vijftien seconden van het debuut van het trio Peuk en je denkt dat je terug in de jaren 1990 van de vorige eeuw bent beland. Het lijkt alsof de muziek in een kartonnen doos is opgenomen. Maar dat is zoals je in Gonzo (circus) #149 kon lezen niet het geval. Peuk heeft het afgelopen jaar gewerkt aan deze plaat én een resem memorabele liveshows gespeeld. De nummers worden geschreven door Nele Janssens. De beslommeringen en frustraties in haar hoofd komen er in één ruk uit gegutst. Volgens haarzelf kan ze eigenlijk geen gitaar spelen, vandaar de soms rare klank die ze uit haar instrument tovert. En daar gooien bassist Jacques ‘Nomdefamille’ Willems (HEISA en drummer Dave Schroyen (Evil Superstars, Birds That Change Colour) dan hun strakke ritmes bovenop. Samen klinkt dat soms zacht, soms hard, maar altijd rechtdoorzee. In ‘Cave Person’ –een stomp in de onderbuik van het menstype ‘brullende holbewoner’ dat veel te vaak aandacht krijgt- zingt ze haar stem net niet aan flarden. Iets wat ook gebeurt aan het einde van ‘Endless Spark’. Een nummer dat haast lieflijk begint en langzaam de spanriemen aantrekt, om niet te lossen. Naast die zelf omschreven grungy sludgepop horen wij in ‘Faceless Doll In Voodoo’ ook een flinke portie slacker doorklinken. De invloeden komen dan misschien wel van twee of drie decennia geleden, Peuk klinkt geen spat verouderd. En dat het goed gaat met de Belgische gitaarbands bewijst ook Pink Room. We signaleren ze in Gonzo (circus) #150. En dat is gewoon terecht als we naar hun debuutplaat ‘Zum Kotzen’ luisteren. Een brok lillende noiserock van pakweg een half uurtje. Meer heeft het trio uit Gent niet nodig om ons midscheeps te treffen. Van de perfect gedoseerde waanzin noiserock in ‘Chinchillay’ of het gruizige ‘Cokehead’ krijgen wij de neiging om alles kapot te rammen in onze werkkamer. En die gebalde, gruizige energie houden ze ook vol tot het einde van de plaat. Want afsluiter ‘Fafafa’ ontspoort helemaal en heeft alles in zich om de komende zomer meegebruld te worden. En de stroom houdt niet op. Afgelopen zomer zagen we het Brugse Sunflower op het altijd fijne Genkse Absolutely Free Festival. Een half jaar later brengen ze hun vijf nummers tellende debuut-ep uit op het aan Whispering Sons gelieerde Sentimental-label. Vijf nummers gedrenkt in postpunk en shoegaze. Opgenomen in de Kortrijkse Track Studios en gemasterd door Jack Shirley. Die deed dat soort werk eerder al voor Whirr, Oathbreaker en Deafhaeven. Het resultaat is soms strak, soms lekker psychedelisch uitwaaierend zoals in afsluiter ‘Monica Electronica’. Het meest overtuigen doen ze ons op het vooruitgeschoven ‘Kosmonaut I’ en het al eerder uitgebrachte ‘Heroin’. Meer dan in het oog te houden dus. In tegenstelling tot het land verkeert de Belgische muziekscene in bloeiende vorm.