Zoete weerwraak? Twee jaar terug waren we ei zo na afgehaakt. Het witte avant-garde hip hoplabel Anticon (ruining hip hop since the nineties) zat zo leek het toch op het toppunt van hun kunnen en dreigde in een doodlopende straat te belandden. Halve ideeën werden voor volle releases verkocht en de creativiteit van enkele sterspelers, Dose One (de Roald Dahl van de hip hop) en Sage Francis, de Jello Biafra van het genre, stond droog. Moe van het vele touren of gemakzuchtig geworden van het onverwachte succes? De superlatieven in de vakpers waren niet te tellen. The Wire ging voluit voor een special, John Peel volgde, of liep voor. Dat laatste laten we in het midden. Elke nieuwe 12 werd, vaak onterecht, de lucht ingeschreven. Twee jaar later blijft het label halfslachtig heen en weer dobberen tussen absoluut goud en matig tot overbodig. Stille kracht in het succesverhaal dat Anticon schreef, is Alias, samen met Odd Nosdam de belangrijkste producer en geluidstechnicus van het huis. Waar Odd Nosdam evolueerde van een geluid dat dicht bij Ninja Tune aanleunde (zijn debuut No More Wig For Ohio, tot een onsamenhangende vuilnisemmer vol van geluiden (zijn laatste Burner, moedig, maar onsamenhangend en niet overtuigend) exploreerde Alias verder zijn typische knisperende minimale hiphopgeluid. Alias is heer en meester als het erop aankomt om hip hop een weemoedige feel mee te geven. Markus Acher (The Notwist) begreep het al vroeg en werkte al met hem samen, nog voor hij met Themselves in zee ging als 13&God. De samenwerking tussen Archer en Alias werd één van de hoogtepunten op Muted – overigens geen slechte titel voor een Aliasplaat. Op Lillian slaat Alias de handen in elkaar met Ehren, een saxofonist die hier ook fluit, klarinet en keyboards bespeelt, en levert hij een magistraal epos af. In 52nd & West lijkt het alsof ze de Canon van Johann Pachelbel respectvol de drieëntwintigste eeuw binnenslingeren en het slotnummer Netting Applause bezorgde ons net als ‘Narrowed Iris’ één van de kippenvelmomenten van 2005. Lillian refereert sterk naar en kan ook de vergelijking aan met de samenwerking tussen de Japanse hip hopgoochelaar Dj Krush en Toshinori Kondo (in 1998 uitgebracht op het Gentse R&S Records). Lillian bewijst dat hip hop nog steeds een toekomst voor zich heeft en bevestigt de absolute klasse van Alias. Groots.