De Amerikaanse componist Nico Muhly is nog maar net de 30 gepasseerd, maar heeft al een CV waar je U tegen zegt. Naast werken voor een hele lijst gerenommeerde orkesten en balletgezelschappen in de VS, speelde hij mee of arrangeerde hij voor onder meer Antony, Will Oldham, Grizzly Bear en Usher. Ook componeerde hij verschillende soundtracks, ging in 2012 zijn eerste opera in première, en verscheen werk van zijn hand op zowel klassieke gigant Decca, als Bedroom Community, het label van Valgeir Sigurðsson (Speaks Volumes, zie GC#80). Op datzelfde label verschijnt nu Cycles, waarop organist James McVinnie werken van Muhly vertolkt. Voegde Muhly eerder elektronica toe aan zijn albums op het IJslandse label, McVinnie houdt zich op Cycles strikt aan een klassiek instrumentarium. Cycles valt grofweg in twee delen uiteen. Enerzijds zijn er vijf composities voor solo-kerkorgel waarin het onvermijdelijke gewicht van het galmende orgel wordt tegengewerkt door de speelsheid van de composities. Die zijn (of lijken) erg los: de noten dansen over het toetsenbord, soms met veel poppy herhaling, dan weer alsof ze geïmproviseerd zijn. Soms is het alsof Muhly doelbewust spot met de alle kerkelijke connotaties van het instrument. Daarnaast zijn er zeven preludes, veel statiger stukken, die steeds worden ingeleid door tenor Simon Wall, en mede daardoor nog het meest klinken alsof ze deel uitmaken van een liturgie (maar toch ook nog steeds alsof ze de gemiddelde kerkganger zouden doen fronsen). Als overgang tussen deze twee delen is er één ingetogen nummer waarop Nadia Sirotas tere viool de dienst uit maakt en daarmee volledig breekt met alle oneerbiedigheid (hoewel, het heet Slow Twitchy Organs). Alles bij elkaar is Cycles een moeilijk plaatsbare plaat; tussen de rest van de Bedroom Community-catalogus is het een beetje het gekke jongetje uit de klas dat niet wil of kan deugen.