Soms is een mens een beetje te gretig, te snel. Vlug even een keuzelijstje doorlopen, het label Relapse zien staan en je dan engageren om hun nieuwste platen van een paar woorden te voorzien. Verdomme, toch. Dat hebben we ons in het geval van Black Anvil toch ferm beklaagd. De New Yorkers spelen nog steeds een vorm van black metal, dat wel. Moderne black metal noemen ze het zelf, maar als dat modern betekent dat er eentje mooi zit mee te zingen om de vokills te ondersteunen en we de indruk krijgen dat we vijftig minuten tegen onze zin zogenaamd atmosferische en melodische maar in onze oren black doorspekt met symfonische rock moeten ondergaan. Neen, dank daarvoor. Het eurocentje valt niet, en we zijn er redelijk zeker van dat het niet aan ons ligt. Het uit Washington afkomstige kwintet The Drip kwijt zich een stuk beter van zijn taak. Niet dat we stijl achterover vallen van verbazing maar op dit langspeeldebuut , na drie voorafgaande ep’s doorheen enkele jaren, verveelt de grindcore ook geen seconde. De band mengt genadeloze grindcore met powerviolence, d-beat en crust en windt er geen doekjes om: het moet hard gaan en vooruit ook nog. Joel Grind van Toxic Holocaust nam de productionele honneurs waar. Daarmee weet u meteen dat ‘The Haunting Fear of Inevitability’ klinkt als een onverdoofde slachtbank. Ranger komt dan weer uit Helsinki, Finland en maakt er deel uit, of staat zelfs in de voorste rangen, van wat gemeenzaam de New Wave Of Finnish Speed Metal wordt genoemd. Inderdaad, het werd tijd dat de term Speed Metal in ere werd hersteld. De voorloper van thrashmetal kende zijn hoogdagen uiteraard met bands als Slayer en Metallica, maar ook bijvoorbeeld Raven kon er wat van. Het kwartet verspreidt zijn boodschap sinds 2009 via obscure labels, maar sinds Ektro de compilatie ‘Skull Splitting Metal!’ (2014) uitbracht, gaat het hard. Dat de mannen van Ektro houden van foute metal, wisten we al langer. Wel, soms hebben ook wij daar zin in. En Ranger doet het zoals het hoort. Rauw en onversneden, zonder veel productionele opsmuk. Veel solo’s, rammen maar en schreeuwen als een gekeeld varken, dat van die slachtbank van daarnet. Tien heerlijk nostalgische speed- en thrashnummers bevat dit ‘Speed & Violence’. Ideaal voer voor metalheads met heimwee naar obscure bandjes die ooit groot zouden (kunnen) worden.