Laster kwam bij ons voor het eerst in het vizier toen de band in 2014 het album โDe Verste Verte Is Hierโ uitbracht, waarop sfeervolle doom-elementen vermengd worden met black metal. De groep uit Utrecht treedt op met maskers die doen denken aan die van The Locust, de grindcore-band uit San Diego. Naar eigen zeggen maakt Laster โobscure dansmuziekโ, wat een interessante woordkeuze is. In hun muziek maakt de groep gebruik van instrumenten die niet altijd direct met metal worden geassocieerd. Zo krijgen op โOns Vrije Fatumโ (2017) onder meer bongoโs, elektronische beats en een saxofoon een plekje, waarmee Laster een nieuwe lading geeft aan de term progressieve black metal. Nu is daar โAndermans Mijneโ, wat qua woordkeuze meteen al een intrigerende titel is. Dat gevoel groeit alleen maar bij het beluisteren van de tien nummers op het album, die allen tevens bijzondere titels hebben. Het spel doet soms denken aan een wat minder hysterische versie van Imperial Triumphant, met de gecompliceerde ritmewisselingen en jazzy invloeden. Voor ons springt het nummer โPoรซtische waarheidโ (op het moment) het meest eruit. Het weet zowel tekstueel als muzikaal alle verwachtingen die we mochten hebben linea recta het raam uit te gooien. Daarvoor in de plaats komt diepe bewondering voor de gebrachte kwaliteit, voor de kunst die de band hier in feite eigenlijk gewoon maakt. Prachtige, indringende, dwarse en jawel, zelfs dansbare muziek. Maar ook kunst dus. Laster is een band om te koesteren.
