Spencer Clark


Wachtend op een nieuw tijdperk van liefde en licht, is wat new agers doen. En hoewel de Amerikaans-Antwerpse noisnik Spencer Clark zich geen new ager voelt, hecht hij veel belang aan een verbondenheid tussen mens, natuur en kosmos.

Het zijn drukke tijden voor Spencer Clark (ex-The Skaters). Onlangs stelde hij in het Brusselse kunstencentrum BOZAR de performance- en filmreeks ‘Imagineers in the Underworld’ samen, en vanaf september reist hij de wereld rond om zijn meest recente plaat ‘World of Shells’ te spelen.
Een intense droom over hoe een tovenaar een masker deed bewegen… Het triggerde de in Antwerpen woonachtige Spencer Clark om als Typhionian Highlife een opvolger van de elpee ‘H.R. Giger’s Studiolo’ uit 2014 te maken. “Het was indrukwekkend om iemand zoveel energie te zien overbrengen op een object waardoor dat tot leven kwam. Ik zocht dan ook vrijwel meteen een verklaring voor dat surreële beeld”, zo vertelt Clark.

Monsters

‘Pagan Dream of the Renaissance’, een boek van de Britse professor en auteur Joscelyn Godwin, was een belangrijke inspiratiebron voor deze droom. De passage waarin deze kenner van het heidendom en occultisme uitweidt over hoe beeldhouwers uit de Renaissance de illusie van beweging in hun werken probeerden binnen te smokkelen, maakte indruk op Clark. Zoveel zelfs, dat hij zelf naar Italië reisde om de grotesken in kastelen als Rocca Meli Lupi di Soragna en het Venetiaanse Dogenpaleis met eigen ogen te zien.
Het boek vormde ook een grote inspiratiebron voor ‘Pinhead in Fantasia’ van Fourth World Magazine Vol. II, een ander project van Clark. Voor dat album wilde hij de monsters Butterball en Chatterer uit Tony Randelins horrorfilm ‘Hellbound: Hellraiser II’ recasten in een wereld van klassieke schoonheid, zoals in de werken van Sandro Botticelli.
Clark houdt nu eenmaal van contrasten scheppen. Hoewel hij weet dat in de beeldende kunsten op dat vlak zowat alles al eens is gedaan, blijft hij dat soort experimenten interessant vinden omdat ze het menselijk bewustzijn verruimen. “Een klok die smelt, dat kunnen rationeel denkende mensen niet vatten. In de fantasie van een kunstenaar is zoiets wél perfect mogelijk, en het levert boeiende, surreële beelden op”, aldus Clark.
Clark is vooral fan van de scenografie in horrorprenten. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat hij veel bewondering heeft voor Hans Rudolf Giger, want deze Zwitserse schilder ontwierp monsters voor onder andere ‘Alien’, de Britse sciencefictionfilm van Ridley Scott. Zijn fascinatie voor het werk van Giger én de Renaissance verklankte hij op ‘H.R. Giger’s Studiolo’. Net zoals de humanisten in veertiende eeuw richtte Giger in zijn huis een kamer in als studiolo, een plek waar hij zich kon terugtrekken tussen een collectie zeldzame en vreemde voorwerpen. Clark bezocht het in het Zwitserse stadje Gruyères gelegen H.R. Giger Museum, en maakte muziek voor meer opmonterende, fictieve voorwerpen die Giger er zou hebben verzameld als hij, in de verbeelding van Clark, ‘wind onder zijn vleugels’ had gehad.

Emax

Fantasie speelt ook een belangrijke rol op Clarks meest recente album. Een jaar geleden maakte hij in zeeaquarium Underwater World, gelegen in het Australische badplaatsje Mooloolaba aan de Sunshine Coast, veldopnamen voor ‘The Stimulated Australia’. Terwijl hij aan deze ‘oefenplaat’ voor ‘The World of Shells’ werkte, scheerden haaien en reuzenroggen in de glazen tunnel over zijn hoofd heen. Als fan van de Amerikaanse dramaserie ‘Alien Nation’ (uitgezonden tussen 1989 en 1990) verbeeldde Clark zich hoe vissen afkomstig uit andere, technologisch geavanceerdere werelden zich zouden gedragen tussen hun aardse soortgenoten.
Bovendien raakte hij ‘Down Under’ ook gefascineerd door het kale landschap van het binnenland, waardoor hij begon te fantaseren over een nieuw wezen. Dat schepsel ontstond uit het samenkomen van water en de woestijn, en Clark probeerde door de ogen van zijn verzonnen beest naar onze samenleving te kijken. Muzikaal vertaalde zich dat in wat hij zelf ‘Desert Aquarium Demon Classical Fusion’ noemt. Met samples van zijn eigen spel en presets in zijn keyboards maakte Clark acht composities, die beschouwt hij als klankpaletten. Elke toon in zijn muziek moet tot zijn recht komen, omdat ze dienen als metaforen. Windgeluiden verwijzen naar schelpen, en ook alle andere klanken verwijzen naar elementen, zoals woestijnen en slangen, uit het futuristische natuurlandschap dat hij zich inbeeldde. “Maar de luisteraar moet die verwijzingen naar de natuur ook op een meer abstracte manier interpreteren. Zo kan wind dingen nieuw leven inblazen en meenemen op een reis naar een onbekende bestemming”, zo stelt Clark.
‘The World of Shells’ klinkt ook een beetje als een plaat uit de jaren 1990, en dat ligt aan de specifieke klankkleur van de Emax, een goedkoop apparaat dat E-mu Systems tussen 1986 en 1995 maakte. Het is het favoriete muziekinstrument van Clark, omdat hij met deze eenvoudige sampler de opgenomen muziekfragmenten gemakkelijk kan manipuleren. Samplen noemt hij dan ook de snelste manier om muziek te maken die klinkt als zichzelf.
Hoewel Clark graag zijn eigen audio universum creëert, ontkent hij niet dat de muziek van onder anderen geluidskunstenaar/synthesizerontwerper Jessica Rylan (ook bekend als CAN’T) doorwerkt in zijn albums: “Ik laat me graag beïnvloeden door andere muzikanten, meer nog: andermans muziek moet me ontvoeren”, glimlacht Clark.

Dionysius

Een Siciliaanse grot vormde echter de grootste invloed voor ‘The World of Shells’. In het Oor van Dionysius, een op het menselijk oor lijkende kalkstenen grot in Syracuse, nam Clark het nummer ‘Oracle of Egret’ op. Deze grot werd in de Romeinse tijd gegraven en diende als waterberging. Later gaf barokschilder Caravaggio de plek de huidige naam: volgens een legende zou de tiran Dionysius I van Syracuse deze plaats gebruiken als gevangenis voor politieke dissidenten. Door de fantastische akoestiek werd het geschreeuw van de gemartelde gevangenen versterkt, en zo wilde deze dictator mogelijk andere tegenstanders afschrikken.
In ‘Oracle of Egret’, het laatste stuk op ‘The World of Shells’, gebruikte Clark stemsamples van de Amerikaanse performancekunstenaar Nour Mobarak. Zo schiep Clark opnieuw een contrast, want via Mobaraks zang smokkelde hij iets vrouwelijks en iets van een ‘hartverheffende schoonheid’ binnen in een plek waar gruwelijke dingen gebeurden. Ook echt bestaande, in mysterie gehulde plaatsen oefenen dus een bijzondere aantrekkingskracht uit op deze experimentele muzikant.
Hanging Rock, de dankzij Peter Wiers drama ‘Picnic at Hanging Rock’ wereldberoemde geworden rotsformatie in de Australische staat Victoria is er nog zo een. Vorig jaar bezocht Clark deze locatie, die een onuitwisbare indruk op hem naliet. Het is immers een eeuwenoude plaats waar zowat elke rots op een of ander wezen lijkt, en daardoor hangt er volgens hem een bevreemdende, beklemmende sfeer. “Er lijkt echt iets vreemds te gebeuren, en Wiers film laat dat goed zien. Ik hou nog meer van deze film omdat het onschuldige schoolmeisjes waren die verdwenen. Dat maakt de tegenstelling met die mysterieuze, woeste omgeving nog sterker”, aldus Clark.
Niet alleen oude landschappen trekken zijn aandacht, maar ook bevolkingsgroepen zoals de Zuid-Afrikaanse Zoeloes fascineren Clark. Het beeld van het masker werd hem in zijn droom ingegeven door een verhaal van Zoeloe-sjamaan, beeldend kunstenaar en schrijver Credo Mutwa. In een zelfverzonnen parabel heeft Mutwa het over de Chitahoori, een buitenaards reptielenras dat de mensen domineert. Bijzonder daaraan is dat deze sjamaan beweert dat het personage Darth Maul uit de ‘Star Wars’-reeks en de wezens uit Eric Dionnes sciencefictionfilm ‘Stargate II’ bijna kopieën zijn van de Chitahoori. “De makers van die Hollywood-producties konden volgens Mutwa onmogelijk op de hoogte zijn geweest van deze gefantaseerde reptielensoort. Dat vormde voor Mutwa een extra bewijs dat er hier op aarde geheimzinnige krachten aan het werk zijn die de mens niet kent en die hij iet kan controleren”, vertelt Clark.

Telepathie

Geloven doet hij ze niet, maar dat de verhalen van deze schrijver bizar en buitenissig zijn, vindt hij natuurlijk wel interessant. Toch zijn het niet zozeer Mutwa’s speculaties, maar eerder zijn kunstwerken Clark beïnvloeden. Hij neemt dus een voorbeeld aan deze kunstenaar omdat die met zijn vertelsels een eigen, hoogstpersoonlijke werkelijkheid creëert die hij in zijn schilderijen en beeldhouwwerken aan de buitenwereld durft te tonen.
Om die reden liet Clark de verhalen van Mutwa aan bod komen in de serie ‘Imagineers in the Underworld’ , die hij in BOZAR samenstelde.
Ook de occulte newagefilms van het Unarius Academy of Science-boegbeeld Uriel (het pseudoniem voor Ruth Norman) werden tijdens deze film- en performancereeks vertoond. Samen met haar man, de zelfverklaard helderziende spirituele leider Ernest Norman, richtte Uriel in 1954 de spirituele academie van wetenschappen Unarius op. Leden van die gemeenschap beweerden (en doen dat misschien nog, want de organisatie bestaat nog altijd) telepathisch te kunnen communiceren met wezens van andere planeten. Daarom wisten ze dat er ‘binnenkort’ een ruimteschip met ‘ruimtebroeders’ van de planeet Myton op aarde ging landen. Daarna zou een hele vloot van een zogenaamde Interplanetaire Confederatie hetzelfde doen, waardoor ook onze planeet in deze confederatie zou worden opgenomen en hier een newagesamenleving zou worden gesticht.
Clark gaat niet echt mee in het idee van een dreigende catastrofe en spirituele verlossing, en vindt theosofie op zich niet zo boeiend. Hoewel hij Unarius beschouwt als een organisatie die op een positieve manier wetenschap en religie probeert te combineren en beide een warm hart toedraagt, is Clark alleen geïnteresseerd in de esthetische kant van Uriels werk.

Holodecks

Samen met de Amerikaanse regisseur David Osborne maakte Uriel ‘documentaires’ als ‘Roots of the Earthman’ en ‘The Arrival’, waar de geesten van experimentele filmmakers als Stan Brakhage en Kenneth Anger overduidelijk in rondwaren. “Omdat haar vreemde beeldend werk een hele kleurrijke uiting is van de manier waarop zij in dit leven stond is dat veel overtuigender dan haar schrijfsels”, aldus Clark. Net zoals de fabels van Credo Mutwa zijn de films van Uriel slechts een van de ingrediënten waarmee hij zijn eigen wereld creëert, en dat is er een waarin dag en nacht, het rationele en irrationele, het echte en onechte constant door elkaar lopen. “Eigenlijk wil ik de holodecks uit ‘Star Trek’ omzetten in geluid”, oppert Clark.
Wachtend op een nieuw tijdperk van liefde en licht, waar ze zich op voorbereiden door te werken aan hun eigen spirituele volwassenwording, dat is hoe de aanhangers van de newagebeweging in het leven staan. En hoewel ook deze filosofie slechts een radertje vormt in de wereld van Clark, hecht hij toch veel belang aan de eenheid van mens, natuur en kosmos. Met een van zijn andere muziekprojecten Monopoly Star Child Searchers maakte hij met de albums ‘The Garnet Toucan’, ‘Bamboo for Two’ en ‘Make Mine, Macaw’ immers een ‘Romance Audio Trilogy’.
Uit zijn gedichten die bij deze langspelers horen blijkt een diepe verbondenheid met de natuur. Negentiende-eeuwse romantische schrijvers als William Wordsworth en Samuel Taylor Coleridge voelden die ook, en uiteraard heeft Clark hun boeken gelezen. “Maar ik verwijs niet letterlijk naar hen. Ik moet hun invloed niet op de voor de hand liggende manier verwerken zoals al velen voor mij deden. We leven in het jaar 2017, en daarom moeten we meer creatief omgaan met onze culturele erfenis en onze blik op de toekomst durven richten.”

Discografie

Typhonian Highlife – The World of Shells ((K-RAA-K)³, 2016, lp)
Spencer Clark – The Stimulated Australia (Ediçoës Cn, 2016, lp/cassette)
Tarzana – Alien Wildlife Estate (Pacific Sound Visions, 2015, lp)
Fourth World Magazine – Pinhead in Fantasia (Pacific City Sound Visions, 2014, lp)
Typhonian Highlife – H.R. Giger’s Studiolo (Pacific City Sound Visions, 2014, cassette)
Egyptian Sports Network – Interstitial Luxor (Pacific City Sound Visions, 2013, ep)

Links

pacificcitysoundvisions.com
kraak.bandcamp.com/album/the-world-of shells
soundcloud.com/pacificcitysound


Dit artikel verscheen eerder in GC #139.

Koop deze editie in onze webshop!

Reacties