Onze enige echte Geluidsarchitect koos tien muzikale hoogtepunten van het afgelopen jaar.
1. Ought op Pukkelpop
‘You’re one of a kind! One of a Kind!’ Geen betere muziek om mee te brullen dan die van Ought. Ook fantastisch: ‘Today, More than Any Other Day’, met de beste ‘one-two-three-four’ uit de naoorlogse muziekgeschiedenis. Ought = emotie + opwinding, exact wat een optreden hoort te zijn.
2. El Yunque op het Absolutely Free Festival
Al is complete waanzin ook altijd meegenomen. Doe het maar eens, bij klaarlichte dag, in een halfopen tent en op een podium van een telefoonboek hoog, alles geven voor een publiek dat toeristgewijs eens komt kijken. Maar dan ook: alles geven. Muzikaal scheef maar strak, fysiek niet kijken op een spierscheur of twee, vocaal totaal fenomenaal. Kijk: als wij uitkijken naar die jongens hun release, dan is dat onze zaak, en dan moet niemand dat uit ons hoofd proberen te praten.
3. The Germans op Pukkelpop
Wat spelen The Germans tegenwoordig strak! De live-versie van hun laatste plaat, eigenlijk één lange groovende track, klonk spannender en urgenter dan ooit, en ook visueel zat het snorrer dan ooit. Wat een show, wat een show!
4. The Pop Group op Sonic City
Ook bij The Pop Group was er heel wat te zien. Een running gag: Mark Stewart die tussen de zangpartijen door het hele podium afschuimde op zoek naar zijn bier, dat telkens weer in beslag werd genomen door een entourage met vaderlijke bezorgdheden. Maar de zangpartijen waren dik in orde, en de eerste rijen roken gevaar – altijd meegenomen voor de sfeer – toen de kolos vervaarlijk boven hen kwam hangen. Zo spontaan zanger Stewart was, zo strak was zijn groep. De stomende funk werd vakkundig vermengd met punkier nummers en de (al bij al toch wel knappe) hits tot een organisch maar gevarieerd geheel. Na afloop knuffelde Stewart elke fan die zich niet tijdig uit de voeten had kunnen maken.
5. Hey Colossus in de Magasin 4
2015 was een uitstekend jaar voor Hey Colossus: een verhuis naar Rocket Recordings, een kleine muzikale koerswijziging, de release van twee uitstekende platen, en machtige live shows. Hey Colossus klonk bruut en to the point, maar ook de zanglijnen, gevarieerder dan ooit, waren er pal op. De gecroonde ‘Sinking, Feeling’ en ‘Black and Gold’ waren geslaagde intermezzo’s in een verder compromisloze set.
6. Wang Wen op het Dunk!festival
We schreven het al eerder: het Chinese Wang Wen was groots, exact wat postrock hoort te zijn. Rasmuzikanten zijn het, hun show klonk erg gevarieerd, van speels tot intens, en het publiek was terecht uitzinnig. “We’re exciting!”, riepen ze het publiek toe, en niemand voelde de behoefte om deze kleine lapsus tegen te spreken.
7. The Guru Guru in De Vlovanzenma
The Guru Guru is altijd goed, maar in een kelder boordevol scheve fans nog veel beter. Intens is goed, scheef is beter, maniakaal is opperbest. Ook geleerd: een groep die niet langs achter weg kan, móet wel blijven spelen tot het publiek daar anders over beslist. Die gaan we onthouden.
8. Ride op Pukkelpop
Het is contra-intuïtief, maar ouwe zakken die na vijftien jaar of langer pauze opnieuw hun hits komen spelen, zijn dikwijls beter dan in hun jonge tijd, toen ze nog energiek en creatief waren. De muziek blijft sowieso goed, en routine en vakmanschap doen de rest. Zo ook bij Ride. De heldere zanglijnen, de mijmerende gitaren in een zachte, donzige noise, die typische roffelende drums, die zalige baslijnen: elk element was perfect in balans. Is Ride live beter dan op plaat? Welja, met uw welnemen.
9. Peter Kernel in de Magasin 4
Gerodeerd is ook Peter Kernel, een geweldige live-band. Peter Kernel is een koppeltje dat voortdurend opnieuw op tournee vertrekt – de aard van het beestje – en daarvoor telkens een nieuwe drummer aan de haak slaat. Peter Kernel is liefde: het is de laatste tijd wat minder, maar op hun topmomenten is een live show één groot liefdesspel. De drummer, die eenzaam achteraan toekijkt, proberen ze dan te koppelen aan het publiek, met de vaste bindtekst: “Our drummer is single”. De muziek is catchy, aanstekelijk, helder, eenvoudigweg fijn. Had popmuziek niet zo een kwalijke naam, je zou het popmuziek noemen. Hoe meer fans, zoals in de Magasin 4, hoe beter de show: dan wordt het een feest.
10. The Garden in Madame Moustache
The Garden was weer zotjes in Madame Moustache: massa’s vrouwen uit de bol, alle mutsen uitverkocht, en de drummer twee keer achter(werk)waarts het publiek in.