Wired

Het erg fijne Noorse label HUBRO leek zich vooral te richten op het soort improjazz waarvoor je het liefst in de sofa zit met je ogen dicht. Serene muziek gebracht door authentieke muzikanten die vanuit de stilte geduldig in het moment het mozaïek willen leggen. Mooi is bijvoorbeeld de solo-harmonium plaat van Sigbjørn Apeland, ‘Glossalalia’ (met hoofdrol voor het zacht krakende hout), de trioformatie 1982 met het experimentele ‘Pintura’ (fantastische rol voor de hardanger violist Nils Økland) en de jazzplaat ‘Elegy’ van bassist Mats Eilertsen met ook de Nederlandse pianist Harmen Fraanje. De oprechte instant composing staat ook centraal bij het jonge trio Cakewalk, maar laat die vredige kalmte maar achterwege. Deze minimal improrock bevat moordend harde crescendo’s waarin het vinnige gitaarwerk van Stephan Meidell tot voorbij de punk kleuren. Onterecht krijgt de improvisatiemuziek uit Noorwegen zo vaak het etiket ‘fjordenjazz’ opgeplakt; Cakewalk lijkt vooral inspiratie te halen uit de duistere kanten van de Noorse jazz. Denk aan gitaristen Stian Westerhus (Puma) en Eivind Aarset, of toetsenist Ståle Storløkken (Humcrush, Supersilent en Motorpsycho): prettig oordoppenwerk dus. Maar nog meer lijkt Cakewalk op de wilde rockband van Tom Waits-gitarist Marc Ribot, Ceramic Dog: lekker rafelig, smerig zelfs met gruizige synthkreten van Øystein Skar en opzwepende strijkpartijen van drummer Ivar Loe Bjørnstad. De zagende grooves blijven bloederig rauw, hoe hard ze ook worden gebakken door het steeds harder opgevoerde en gejaagde distortionwerk. En nooit klinkt het aangedikt, je hoort de instrumenten in eerlijke toestand. Bovendien blijft het voor de hand liggende zwaarmoedige karakter achterwege; dankzij de onbezonnen aanpak beluister je het half uurtje met een frisse glimlach. Nu graag live op podia buiten Noorwegen.

tekst:
Gonzo (circus)
beeld:
Cakewalk_Wired
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!