The Most Lamentable Tragedy

Titus Andronicus, de groep rond frontman Patrick Stickles, vindt het na tien jaar spelen, veertien singles en drie langspelers, tijd voor een ambitieus project. Het kwintet, dat in een decennium tal van muzikanten versleet, poogt middels een ware rockopera geschiedenis te schrijven. Stickles vond het tijd om zijn depressies en decadente levensstijl, of zo meent hij toch, van zich af te schrijven in negenentwintig nummers die op een dubbel-cd werden gestanst. Of we daar blij om moeten zijn, is een ander paar mouwen. De instrumentale opener en ‘No Future Part IV: No Future Triumphant’ zetten de plaat in. Heel even denken we aan ‘Tommy’ en ‘Quadrophenia’ van The Who. Het zijn op deze zondagochtend de enige twee memorabele rockopera’s die we ons voor de geest kunnen halen. Halfweg laatstgenoemd nummer trekt Stickles zijn bek open en dan is het over met de pret. Zijn rauwe, ietwat punky stem versjteert het nummer, en dat is bijna met alle erna volgende liedjes het geval. ‘I Lost My Mind’ klinkt nog enigszins zeurderig als vroege Elvis Costello, in ‘I Lost My Mind’ klinkt de woede van The Clash door en hier en daar horen we leuke fragmentjes die doen denken aan glamrock en indie. ‘Look Alive’ is wat ons betreft het beste nummer van het hele stel. Zeer kort, gebald en punky, lekker ruig en niet te veel gekweel. Op het tweede schijfje gaat het kwintet gewoon verder met het afwisselen van genres, terwijl Stickles net iets minder irriteert dan op het eerste. Onze aandacht heeft Titus Andronicus nauwelijks weten te vatten. Ons irriteren, enerveren en hoofdpijn bezorgen des te meer. Lamentabel tijdverlies zouden we zelfs durven stellen, in een persiflage van de titel van de plaat. Te ambitieus en te weinig doorwrocht om een degelijke rockopera te zijn.

tekst:
Patrick Bruneel
beeld:
Titus_Andronicus_The_Most_Lamentabl
geplaatst:
di 16 feb 2016

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!