Temple

Ruim dertig jaar geleden raakte de term wereldmuziek in zwang, een handige kapstok om plaatjes aan te hangen waar de detailhandel niet zo gauw raad mee wist, maar waarop geluiden stonden uit andere tradities dan westerse pop, jazz en klassiek. Al gauw schaarden zich onder die term allerlei mengvormen, waarin ongepolijste muziek van nogal ver weg een kosmetische behandeling onderging. Gladgestreken werd, voorzien van steroïde bassen, ingeklemd tussen de kunststof akkoorden van keyboards. New age, jazz, pop – uiteenlopende genres pikten een graantje mee van exotisch klankengoed, en bogen dat bij om te passen binnen westerse oortjes. Toegegeven, er zaten bijzonder geslaagde voorbeelden tussen. Die storm was alweer een tijdje geluwd, maar nu levert Nederlander Jason Köhnen met zijn band Mansur op ‘Temple’ een nieuwe bijdrage. Het viertal (behalve Köhnen de Russen Dimitry El Demerdashi op Arabische luit en Gadjo Dilo Vendigo op duduk, en de Hongaarse zangeres Martina Horváth, bekend uit metalkringen) maakt er een mystieke belevenis van, met vleugjes Midden-Oosten, maar dan wel een waarin alles netjes op zijn plaats zit, de haartjes goed gekamd, het geluid om door een ringetje te halen. Het klinkt allemaal voorbeeldig. Köhnen weet duidelijk de weg in de studio. Mij is het te glad, te zorgvuldig opgepoetst. Ik twijfel er niet aan dat dit album, een opmaat naar meer later dit jaar, zijn weg zal vinden naar mensen die hun oren met handschoenen aan willen behandelen. Wat handjes grit hadden de muziek geen kwaad gedaan.

tekst:
Gonzo circus
beeld:
Mansur_Temple
geplaatst:
za 19 sep 2020

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!