De zelfverklaarde Greatest Rock’n’Roll Band In The World zet zich in ‘The History Of Rock’n’Roll’ in dezelfde sarcofaag als een hele rist bands waar bandleider Eddie Spaghetti naar opkeek/opkijkt. Naar eigen zeggen liep hij al jaren met het idee rond om een nummer te schrijven waar heel wat bandnamen in pasten. Het is hem gelukt. Met New Bomb Turks The Dwarves, Didjits en ga zo maar door. Punkbands en garagebands voornamelijk, waarvan velen in de haren 1990 hun hoogtepunt hadden. Een beetje als The Supersuckers zelf dus. De band bestaat inmiddels drie decennia en kende naast wat ups ook veel downs, al trok Spaghetti zich daar weinig van aan en bleef de band steevast uitgebreid toeren. Tot het allemaal in het honderd liep. Spaghetti trok met vrouw en kinderen (Zeke, Quattro, Elvis) de hort op voor een jaar. Dat was toch de bedoeling, want na zes weken was er een auto-ongeluk waarna Spaghetti, uiteraard onverzekerd, maanden moest revalideren. Tegelijk werd er keelkanker geconstateerd. Hij is er echter de man niet naar om op te geven, dus is er nu ‘Suck It’. Wat tragere nummers wisselen af met hier en daar een ferme brok (‘Breaking My Balls’) en de country blijft deze keer grotendeels afwezig. Alleen ‘Cold Wet Wind’ neigt die kant op. Samen met drummer Chris Von Streicher en gitarist Marty Chandler nam hij de tien nummers op in vier dagen. Rauw, ongekunsteld en eerlijk tot op het bot. ‘Suck It’ is geen hoogvlieger, ook niet binnen het oeuvre van The Supersuckers, maar wel een plaat die de weerbaarheid van een punkrocker, ondanks de vele tegenslagen, mooi in de verf zet.
