Meer dan een decennium geleden leende ik een editie van tijdschrift ‘Raster’ (#78, 1979) over slenteren in Berlijn, Praag en Wenen uit aan een collega die beweerde het nodig te hebben voor zijn proefschrift. Nooit geretourneerd uiteraard; er heerste een gemis in de afdeling slenteren van mijn bibliotheek. Gelukkig is er nu Valse Papieren van Valeria Luiselli. Deze jonge Mexicaanse filosofe en schrijfster is een geboren 21ste-eeuwse slenteraarster, die in een stad, in haar huis, in haar boekenkast en in haar hoofd vaak niet vindt wat ze zoekt maar wel vindt wat ze niet zoekt.
Valse Papieren is een spirituele en fysieke zwerftocht door Venetië, New York en het onmetelijke Mexico-city. Luiselli doolt rond in Venetië, op zoek naar het graf van de dichter Joseph Brodsky en naar een verhaal terwijl zich een ander verhaal ontwikkelt en tijdens een andere nachtelijke wandeling door diezelfde stad verkrijgt ze valse papieren. Ze zoekt grenzen op zoals in Relingo’s waarin ze de typische urban wastelands van Mexico-city afstruint; een verhaal waarvan de ontwikkeling doet denken aan het subliem mooie Paradox of Praxis van de Belgische kunstenaar Francis Alÿs, waarin hij een ijsblok voortduwt door Mexico-city. In Twee straten en een stoep waarin ze een psychogeografische etymologie van saudade onderneemt. Volgens het grillige patroon dat ze door de op een grid gebaseerde stad trekt, huppelt ze van haar voornemen om Portugees te leren naar zwarte gal, en haar eigen kinderdepressie of tiricia. En hoe ze de fiets (De snelheid à Vélo) ontdekt als het ideale middel om de verbeelding te stimuleren; eerder nog dan te wandelen en laat staan door te vliegen of met 130 over de snelweg te scheren.
Luisellis narratieve essays lezen als zorgvuldige composities van dagboekfragmenten vol vroegwijze bespiegelingen, onverwachte zijsprongen, scherpe observaties en zelfspot. De verhalen dwingen je echter vooral om een traag tempo aan te houden; Luiselli tast langzaam ruimten af zoals een camera die door een ruimte glijdt en die van dichtbij elk scheurtje in een muur registreert of vanop een afstand de sfeer waarneemt.
Valse Papieren hoort thuis in de literaire bagage van elke wanderlustige lezer. De voortreffelijke vertaling van Merijn Verhulst en de liefdevolle inleiding van Cees Nooteboom dragen het kwaliteitslabel van uitgeverij Karaat. En of ik die Raster#78 nog terugwil? Ik denk aan Luisellis overpeinzing: Terugkeren naar een boek lijkt op terugkeren naar de steden waarvan we dachten dat ze van ons waren, maar die wij en die ook ons vergeten zijn.