Het Noorse Funin valt wellicht het best te vergelijken met de Denen van Efterklang. Ontstaan als een elektronica duo is de band de afgelopen jaren uitgegroeid tot een zevenkoppig monster dat op Unsound klassieke elementen met progressieve folk en elektronica vermengt. Wijde arrangementen met brede samenzang, vol gekleurd met strijkers en belletjes, die veelal in andere richtingen ontspruiten dan verwacht. Even makkelijk kruipt de band ook in meer jazzy contreien, zoals in het aan triphop grenzende Wonderland als dat de Noren meer klassieke gronden aanboren als in Everything. Opvallende nummers zijn Tornado en Last Day waar Funin klinkt als een samenwerking Lamb en de theatrale Björk. Maar ook Inch of Me is sterk, beginnend als een klein popliedje maar uiteindelijk ontaardend in een stoomtrein bossanova. Indestructible hangt dan weer meer naar de Duitse indietronic van Notwist en Lali Puna. En dat typeert Unsound. Breed en gevarieerd. Steeds wanneer je denkt je vinger te kunnen leggen op Funin slaat de band een ander pad op, en op al die bewandelde wegen weet het te verrassen. Dat kan zijn door een plotseling intermezzo met traditionele instrumenten, of juist door een mysterieuze drone van waaruit een Industrial straat wordt ingeschoten. Funin houdt zich niet aan genre grenzen en gooit alles van folk tot triphop en industrial op een hoop, en dat is geenszins Unsound.