Twilight Of The Gods

‘Code Black’ zet in, we denken aan de Rollins Band in zijn gloriedagen (‘Do It’, ‘Hard Volume’, ‘Life Time’), en dat gevoel gaat eigenlijk niet meer weg bij het beluisteren van ‘Twilight Of The Gods’. Black Sun is weliswaar geen kopie, maar straalt wel dezelfde energie uit, hetzelfde fanatisme, dezelfde kracht. Het trio uit Glasgow werkt echter met twee zangers (Russell McEwan en Kevin Hare), de schone en het beest als het ware, om zijn powerrock nog wat extra kracht bij te geven. De band wordt nogal eens vergeleken met Godflesh, maar daar herkennen wij eigenlijk heel weinig van terug. Black Sun kiest namelijk voor echte songs, en mikt minder op het trance-effect. De lijn van opener en afsluiter wordt trouwens niet over de hele lijn volgehouden. Er staan voldoende degelijke songs op, maar jammer genoeg ook een paar mindere. Wellicht daardoor steken ‘Tabula Rasa’ en ‘Baby Don’t Cry’ zo ver uit boven de rest van het materiaal (behalve de genaamde opener en afsluiter dan). Het trio stelt zichzelf dan eerder in een begeleidende rol en maakt plaats voor de onmiddellijk herkenbare Eugene Robinson (Oxbow) die met zijn stemgeluid elke song volledig naar zijn hand weet te zetten. Het is voor Black Sun natuurlijk een hele eer om met Robinson te kunnen samenwerken, en de band gooit zich dan ook helemaal. De twee songs klinken als vroege Oxbow, toen de band nog meer richting noise dan blues ging. Als het trio nog net iets meer werk maakt van alle songs op een album, slagen ze er op termijn zeker in om een onvergetelijke noiserockklassieker op hun naam te schrijven. Misschien de zevende?

tekst:
Patrick Bruneel
beeld:
BlackSun_TwilightOfTheGods
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!