Loodzware machinale hamerslagen die als pauken dreunen en inslaan. Een onstabiele start op ‘Enter The Tub’, maar in vorm op ‘Deepwater’. Cristian Vogel moest via funding het geld bijeensparen voor zijn veertiende album ‘The Inertials’. Niet één virtuele aandeelhouder zal ontgoocheld zijn. Dit is hoe industrieel verval klinken moet. Dit is ook wat je van Vogel verwacht. Hij houdt op ‘The Inertials’ consequent vast aan de diepste basregionen en graaft zo diep mogelijk terwijl het kokende bubbelende chemisch afval aan de bovenkant wild rondspettert. Het is een vervaarlijk goedje dat hij uitspuwt. Een dat stand houdt tussen de nieuwste wilde UK-bass worpen maar ook niet moet onderdoen voor de avant-garde van de elektronica. Hij speelt met buitenmaatse techno. Ritmes zijn een chemisch klankenspel waarbij ionen botsen met hun magnetische velden. De wobbelige beats op ‘Seed Dogs’ veranderen halverwege in een blubberig abstracte en strak gearrangeerd ritme. Op ‘Snakes In The Grass’ verzoent hij zijn industriële klanktapijten met onderwaterfunk. Na een miniem doch uitgekiend statisch ritme, vloeit een subtiele melodie onopvallend de track in. Een trucje dat hij wel vaker toepast waardoor de songs plagerig spelen met je aandacht. De teller en tracklisting heb je al lang niet meer in het oog. Cristian Vogel verweeft sfeer in zijn desolate nachtelijke dwalingen. Hij is enorm bijdetijds, maar zijn manier van afwerken doet hem uitstijgen boven de massa goede klanken-producerende producers. Het is de finesse in zijn werk die ‘The Inertials’ er met kop en nek doet bovenuit steken. Het valt allemaal samen in ‘Spectral Transgression’ dat na zijn kosmische, hypnotiserende start uitmondt in een vlotte housetrack. Het bewijs dat Cristian zijn publiek niet onderschat, maar liever verwent met een sonische, geperfectioneerde gelaagdheid waarnaar het heerlijk luisteren is. Vanaf de eerste noot tot de ontelbaarste luisterbeurt later.