Stefan Goldmann heeft een zekere klasse in zijn minimale technowerk verspreid over Perlon, Cocoon, Innervisions en het eigen label Macro. Het is zweefwerk van niveau, stuwend in de buurt van icoon Ricardo Villalobos, alleen stukken melodieuzer. Op deze lp is echter alles anders. Het plaatwerk is ontleend aan het balletstuk ‘The Grand Hemiola’, opgevoerd op het Jetztmusikfestival 2010 waaraan Goldmann zijn muzikale diensten verleende. Het destillaat is een oefening in rekenen met muzieknoten, hoe tel ik de ritmes bij elkaar op om tot een kloppende maat te komen. Een hemiola is een ritmische samenvoeging van twee oneven maten tot een maat, een academisch stijlfiguur dat zijn oorsprong vindt in de klassieke muziek en nu ter hand wordt genomen door het vierkwartsgenre bij uitstek, de techno. We hebben hier te maken met een goedgevulde toolkit met 144 loops voor schuifjesmensen die het heerlijk vinden om te prutsen met ritmische verschuivingen. 66 locked grooves op een plaat, met een omloopsnelheid van 33 toeren. En 78 stuks op plaat twee, afgespeeld op 45 toeren per minuut plus drie gewone tracks. Een polyritmisch walhalla van verschillende maten en rotatiesnelheden voor eindeloze ritmecombinaties waar, als u het goed doet, altijd sprake is van een herhalende set telmaten. De mogelijkheden zijn eindeloos om je eigen abstracte techno te maken met of zonder toevoeging van extra sporen. Helaas zijn naast de brij van loops de drie complete tracks van Goldmann net even te saai om op zichzelf te staan. Daarvoor mag u helemaal zelf het extra geluid toevoegen. Fijn weer, een ouderwetse loopplaat, het eindeloze zelfvermaak met 144 lusjes is speelgoed voor op de draaitafels.