Beginnen met je laatste plaat en eindigen met je debuut. Voor sommige artiesten zou dat prima zijn. Bij Stafrænn Hákon (digitale hakon), het alter ego van IJslander Olaf Josephsson, wil je geen cd missen. Nog niet zo lang na zijn tweede cd .Skvettir Edik á Ref, komt nu zijn debuut Í Ástandi Rjúpunnar uit. Maar let wel, dit is eigenlijk zijn vijfde cd. En moet ik nou zeggen dat deze op de vorige lijkt of de vorige op de nieuwe? Lastig! Laat ik dan zeggen dat ze op elkaar lijken, maar dat het in zijn geval alleen maar fijn is. Deze cd is nog iets uitgestrekter en lijkt een afspiegeling van de desolate natuurpracht van IJsland. De ijle koude lucht ademt door de breekbare, minimale postrock-soundscapes. Geen zang, maar uit muzikale geisers duiken plotsklaps stemsamples op. Elfjesmuziek als een verstilde Sigur Rós, desolaat als Hilmar Örn Hilmarsson, aangrijpend als Henryk Górecki en donker als Labradford en Nick Drake. IJzingwekkend heet dat. Het Britse Resonant-label heeft de smaak te pakken met de IJslanders, want Ölvis is de vierde van die bodem (na Stafrænn Hákon, Sk/um, Borko). Zijn, dat wil zeggen Örlygur Thór Örlygssons gelijknamige cd doet soms wel aan Stafrænn Hákon denken, maar de uitbundige hoes laat al zien dat het toch wel anders moet zijn. Geen verstilde, maar bewegende natuurpracht met af en toe het akelige van Hilmar Örn Hilmarsson. Een geiser zorgt voor een dikke, warme elektronische ambientlaag, terwijl de sneeuwvlokken de tokkelende (akoestische) gitaren vertegenwoordigen. Dit alles echoot de uitgestrekte natuur en de heldere ruimte erboven in en wordt voorzien van meer instrumenten en natuuropnames. Mysterieuze, toegankelijke soundscapes met atmosferische melodieën. Ergens tussen 4ad en Kranky in. IJsland is cool!