Texaan. Notoir drankorgel. Neuroot. Vechtersbaas. Weirdo. Anaal gefixeerde smeerkees. Zoon van televisiekinderheld Mr. Peppermint. Groteske chaoot. Absurdistische lolbroek. Eeuwige misfit. Voltijds rebel. Creatieve duizendpoot. Indierocklegende. Undergroundanarchist. Zelfuitgeroepen pervert. Verknipt entertainer. Acidhead. Maar evengoed een succesvolle student, getalenteerde basketter én begenadigd songschrijver. Frontman van het beruchte en volgens sommigen licht geniale rariteitencollectief The Butthole Surfers en in die hoedanigheid millionseller. Maatjes met onder meer Jello Biafra (Dead Kennedys) en Alien Jourgensen van Ministry. Anekdote: tijdens de opnames van het klassieke Ministry-album Psalm 69: The Way To Succeed And The Way To Suck Eggs werd Haynes in de studio volgegoten met drank en het resultaat daarvan werd vereeuwigd op de meebruller Jesus Built My Hot Rod. Samen met filmster Johnny Depp heeft hij een hobbybandje (P) en nu mag hij ook zijn eerste titelloze soloalbum voorstellen. Eenzaam was het bij de opnames zeker niet want Haynes kreeg hulp van onder meer Butthole Surfersgitarist Paul Leay, Tex-Mex-coryfee Augie Meyer (Texas Tornados) en drummer Shandon Sahm, zoon van wijlen Doug Sahm, die andere Tex-Mexheld. Het resultaat is een semi-conventionele rockplaat die een wel héél erg ingehouden Haynes laat horen. Het gefriemel met elektronisch speelgoed en de onnozele stemmetjes (de zogenaamde Gibbytronix) zoals op I Need Some Help even buiten beschouwing gelaten. Te catalogeren tussen de singersongwriters, ver weg van de waanzin van weleer. De leefdtijd die zijn tol eist misschien ? Of te veel LSD?(