Abdoulayeh Traore, een gitarist uit Burkino Faso en Mohamed Diaby, een zanger uit Ivoorkust, ontmoetten elkaar in 2009 in Parijs en besloten een duo te vormen. Het idee van Debabemba was geboren en een geluid van Afrikaanse fusion met een tradionele naslag het gevolg. We denken aan de velen die hun al zijn voorgegaan op de bekende World Circuit weg; Boubacar Traore, Ali Farka Toure, Vieux Farka Toure, Salif Keita, Cheikh Lo, Lobi Traore en vele anderen. Het album heeft het gelikte West Afrikaanse geluid dat we al jaren (her)kennen bij de jongere generatie van Afrikaanse artiesten. Het is een geluid waarbij de Afrikaanse arrangementen flink verwesterd zijn om beter te kunnen aarden in deze streken. Er wordt veel gewisseld tussen stijlen en één lijn is moeilijk te ontdekken wat de luisterervaring niet makkelijk maakt. Funk, Blues, Pop en Rock. Ja het heeft ‘alles’ zegt de positieveling, maar willen we dat wel? In een paar rustige songs weerklinkt een achtergrondkoor van vrouwen en dan zijn we weer even mee, maar verliezen de draad kort daarna opnieuw. Slecht is de muziek zeker niet, maar het is de wissenvalligheid die parten speelt. Uit Afrika komt er steeds vaker veel interessantere en eigenzinnigere muziek, in zowel elektronische als versterkte vorm, die zich juist van westerse sferen afkeert. Het lijkt erop dat Debabemba zich niet kan meten met die vernieuwende stijlen en het op een akkoordje heeft gegooid met de geplaveide paden. Niks mis mee, want het is zeker geen slecht album. Eerder prettige achtergrondmuziek voor in het cafe of dat gratis stadsparkfestival met wereldpodium, dat wel.