III

De derde cd van Bersarin Quartett ligt duidelijk in het verlengde van de voorgangers. Wederom levert Thomas Bücker, de man die in zijn eentje het ‘kwartet’ vormt, volgepakte elektronische composities af; wederom zijn die opgebouwd uit lagen en loops van strijkers en blazers (uit digitale doosjes, uiteraard), een voorzichtige beat, wat krakerige klanken en, hé, horen we daar een field recording? Tot zover bekend, maar Bücker doet op ‘III’™ toch een stap verder. Gelukkig, want voorganger ‘II’ was knap gemaakt, maar had uiteindelijk te lijden onder de wijds uitgesmeerde pathetiek. De nieuweling heeft wat duisterder en rauwere randen. Op ‘III’ krijgen de dik aangezette strijkers meer tegenwicht van gruiziger en meer distorted geluid en begeleiding van een nadrukkelijker ritselend ritme. De ruisende, lichte bekkens voegen halverwege de cd een bijna ingetogen swing toe. Per nummer lijkt Bersarin Quartett de stukken steeds verder uit te bouwen (complexer te maken is misschien wat teveel gezegd). Verrassend is ook dat in een aantal nummers de gladgestreken en vlekkeloze composities worden ‘verstoord’ door min of meer abrupte afbrekingen – telkens terugkerend door het gebruik van loops. Verder blijven terugkerende elementen de aan – en afrollende golven van breed strijkersgeluid en de opbouw naar een ‘plotse’ uitbarsting, die het drama nog even goed aanzet. Met de grotere variatie en de wat duisterder accenten biedt deze nieuw cd van Bücker beslist een interessantere luisterervaring dan de voorganger. Blijven echter de volheid en het melodrama, die de houdbaarheid van Bersarin Quartett ernstig bekorten.

tekst:
Robert Muis
beeld:
Bersarin_Quartet_III
geplaatst:
di 29 mrt 2016

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!