Het grote vuur was de enige tot nog toe onvertaalde roman van Cesare Pavese. De Italiaanse auteur, die in 1950 gedesillusioneerd door de liefde en de politiek zelfmoord pleegde, is vooral bekend van zijn dagboek, dat gepubliceerd werd onder de titel Het Leven als ambacht. Toen Italo Calvino, een goede vriend van Pavese, na diens dood in de archieven op zoek ging naar ongepubliceerd werk, stootte hij op Het grote vuur. Dat werk bleek hij samen met Bianca Garufi geschreven te hebben, een jonge redactrice van de uitgeverij. Hij werd geraakt door het autobiografische karakter en publiceerde de novelle.
Het grote vuur begint wanneer Silvia haar relatie met Giovanni beëindigt. Als ze echter een aantal maanden later om dringende redenen naar haar geboortedorp moet, vraagt ze of hij haar reisgezel wil zijn. Wat volgt, is een novelle waarin vooral veel verzwegen wordt. Afwisselend krijgen we Giovanni en Silvia aan het woord. Vooral Silvia, die op 13-jarige leeftijd haar dorp ontvluchtte, zit met een heleboel familiegeheimen die ze niet wil of kan vertellen. Giovanni probeert op zijn beurt het verleden van zijn geliefde te doorgronden, maar begrijpt gaandeweg dat ook liefde een veranderlijk wezen is. Al de personages leven in een voortdurende spanning met elkaar.
Cesare Pavese schreef de hoofdstukken waarin Giovanni aan het woord is, terwijl Silvia wordt vertolkt door Bianca Garufi. Beide personages spreken ook nooit dingen volledig uit, waardoor er van de lezer een extra inspanning gevraagd wordt. Het achterliggende verhaal wordt met horten en stoten bekend, en het is aan de lezer om alles in elkaar te puzzelen. Die manier van vertellen levert een mooi literair spel op, dat bovendien door beide auteurs in krachtig en stilistisch proza is neergeschreven. De stukken van Pavese wegen net iets zwaarder door, al kunnen we niet precies zeggen waar het verschil dan precies zit. Misschien komt het omdat het personage van Giovanni het hardst in het duister moet tasten. Hij komt terecht in een situatie waar hij buitenstaander is, terwijl hij daarnaast nog eens worstelt met zijn liefde voor Silvia.
Het grote vuur was voor ons in elk geval een eerste kennismaking met het werk van deze Italiaanse auteur, en het doet ons naar meer verlangen. Hoewel de novelle volgens Calvino deels autobiografisch is, is het ook perfect leesbaar zonder enige achtergrondkennis. Wie toch graag meer wil weten: het nawoord van Luc de Rooy biedt enige opheldering. Ook leuk is het toegevoegde essay van Alejandro Zambra over zijn bezoek aan het geboortedorp van Pavese.