Het vierde album van het trio Film uit Athene, Griekenland klinkt vertrouwd. Dimitris Borsis
(zang, keyboards, bas), Kostas Borsis (drums) en Manolis Zavitsanos (gitaar) zetten ijverig hun missie verder die ze in 2003 aanvatten, en dat is popmuziek maken met de nalatenschap van Vangelis en Giorgio Moroder als leidraad. Negen nummers staan er op deze opvolger voor ‘Persona’, alweer uit 2009. Negen nummers die net niet klinken als filmmuziek, omdat ze daarvoor toch ietwat te opdringerig de dansvloer opzoeken zonder echt puur dansbare elektronische muziek te zijn. Daarvoor zitten er dan weer te veel rustige en zweverige stukken in de liedjes verwerkt. De stemmetjes zijn behoorlijk vervormd, al was het maar om hun voorbeelden te eren. Soms klinken ze als late New Order in een Grieks jasje weliswaar. Ze worden nooit zo sterk als voornoemde band maar het trio slaagt er wel in de popgevoeligheid middels ietwat donkere liedjes, te benaderen. Groot in Griekenland is dit de vierde poging om de naamsbekendheid ietwat te verbreden. De kans bestaat, al zijn de liedjes net niet goed genoeg om echt potten te breken. Mechanimal, uit Athene, Griekenland is een trio bestaande uit een zanger en twee multi-instrumentalisten. Of een kwartet, als we de videokunstenares Angelica Vrettou bij tellen. Deze Grieken, en een Amerikaanse fotograaf, zijn een behoorlijk kunstzinnige bende die het grootstedelijke op een eigenwijze manier willen verklanken. Daarbij verzanden ze te dikwijls in een allegaartje van stijlen, die door de stem van Giannis Papaioannou te dikwijls richting Sisters Of Mercy verglijdt, zeker als de muziek in een aantal nummers ook nog eens de kant van Eldritch en zijn kompanen opgaat (‘Sehnsucht’ en ‘Song To The Sirens’ als meest frappante voorbeelden). De grote variatie heeft echter ook zijn voordelen. ‘Cult Communications’ werkt met aanstekelijke elektronica en een declamerende stem, terwijl ‘Secret Science’ en ‘We Come Alive’ een beetje EBM met industrial vermengen en afsluiter ‘Down In The Basement’ als een klassieke 12inch remix klinkt, bedoeld voor een zwarte dansvloer. Soms klinkt de plaat net ietsje te belegen gothic, maar al bij al is ‘Secret Science’ zeker geschikt voor liefhebbers van gothic en postpunk. My Drunken Haze, ook al uit Athene, debuteert met een plaat die een beetje op twee gedachten hinkt. Het eerste deel van de plaat zit namelijk diep gedrenkt in jaren 1960 psychedelica terwijl het tweede deel eerder zweverige shoegazepop laat horen. In die laatste nummers trekt Matina Sous Peau met haar etherische stem het laken helemaal naar zich toe. De tweedeling is uiteraard ideaal voor een vinylplaat, waar elke kant een gezicht van een band kan tonen. Op een cd is de overgang een beetje ongelukkig, maar eenmaal we het weten, is het euvel al snel verholpen. Hebben we zin in poppy psychedelica, dan draaien we de zes eerste stukken. Zoeken we het in nog hogere sferen, dan kunnen de drie slotnummers erin voorzien. En het zijn voornamelijk die laatste drie die indruk maken. Waar de eerste helft van de plaat weinig nieuws laat horen dat niet al lang werd uitgewerkt in de jaren 1960, wat Matina Sous Peau met haar stem kan op een bedje van dromerige muziek, is meer dan uitstekend.