Amplifier uit Manchester is met Echo Street al aan zijn vierde plaat toe. Voorganger The Octopus van twee jaar geleden werd alom bejubeld en daardoor is de band rond Sel Balamir er deze keer wel in geslaagd een platencontract te versieren. Bij Kscope is Amplifier ook nog eens op de juiste plek terecht gekomen. Ze hebben daar heel wat verwante bands in de catalogus zitten. We noemen alleen maar Porcupine Tree, de soloplaten van Steven Wilson en Pineapple Thief en dan weet de goeie verstaander meteen dat we in het progrockmilieu zijn beland. Niet alleen is de band op een enthousiast label gestoten, ook de bezetting van de band is gewijzigd. Neil Mahony stapte op, de vorige nieuwkomer (2011) Steve Dunrose (ex-Oceansize) kreeg het gezelschap van bassist Alexander Magnum Redhead, die Mahony kwam vervangen. Het geluid van de band schuift daardoor nog meer op richting Tool, Opeth, Anathema, Oceansize en Porcupine Tree dan voordien het geval was. De obsessie van Balamir voor de ruimte, astronomie en de donkere kantjes van de mensheid gecombineerd met een ongebreidelde voorliefde voor wat doorgaat voor de betere progrock, duidelijk te horen op dit nieuwe album, zal alvast voor een nog bredere genre-erkenning zorgen. Het album klinkt wel anders dan zijn voorganger. Er zit nog wel spacerock vervat in het geluid, maar de jamrock heeft een beetje plaats gemaakt voor toegankelijker songs met kop en staart, veel melodie en harmonie en driestemmige zang. De plaat begint weliswaar met een paar epische songs, maar al snel gaat Amplifier aan het reflecteren, de ingetogen kant van Pink Floyd verkennend en ons eigenlijk in slaap wiegend. We zijn namelijk regelmatig de draad kwijt, de coherentie, de verrassing. De plaat is in zijn genre best goed, maar volgens onze bescheiden mening weinig verrassend.