Yo La Tengo heeft het nog

Afgelopen zondag nog op nummer 48 in de allereerste Duysterlijst, eergisteren op het podium van Het Depot in Leuven. Een voorprogramma kwam er niet aan te pas, maar de sympathieke lui van Yo La Tengo openden gewoon voor zichzelf. De set was opgebouwd uit twee delen: een korte akoestische set en een meer rechttoe rechtaan rockgedeelte.

Ira Kaplan en co deden enkele maanden terug nog de AB aan en speelden in 2009 ook al eens in het oude Depot. En ook nu weer werd het optreden sober ingezet, zowel wat betreft de klank als qua podiumbezetting. Het publiek luisterde aandachtig, maar wist niet goed wat gedaan met Kaplan’s begroeting (“I love what you’ve done with the place”). En dus werd het heel even akelig stil, tot de bluesgitaar werd bovengehaald en we al een kort voorsmaakje kregen van de verstoorde feedback-klank die het tweede deel van de show zou overheersen.

Yo La Tengo - Foto: Nico Kennes
Yo La Tengo – Foto: Nico Kennes

Ook was er aandacht besteed aan het decor: de drie groen geschilderde houten bomen (die – zo merkte een spitsvondige toeschouwer naast ons op – wat weg hadden van de kauwgomballenbomen in Bobbejaanland) zorgden af en toe voor een leuk lichteffect in combinatie met de achterliggende spots, maar gaven vooral blijk van het feit dat subtiele humor nooit veraf is bij Yo La Tengo.

En dan was het tijd voor enkele nummers van hun meest recente plaat: Fade. Het eerste – ‘The Point of It’ – deed denken aan het betere werk van EELS (hoe verwrongen die vergelijking ook mag klinken voor fans van het eerste uur), en ook de andere songs waren lang niet slecht. Vooral diegene waarbij Hubley de zang voor haar rekening nam, zodat haar halve trouwboek zich kon concentreren op de gitaarpartij.

Maar we moeten toegeven dat we toch niet helemaal teleurgesteld waren toen van achter de coulissen een grotere drum, een gitaarrek en een aantal stacks verschenen. En een blik in de zaal werpen was eigenlijk net zo voldoening gevend: extatische huisvrouwen naast brede kerels in leren jassen, hipsters – inclusief geblondeerde bles en bijpassende autumn sweater (pun intended) – naast luchtgitaar spelende veertigers in maatpak: zelden zo’n divers publiek gezien. Wij voelden ons wel comfortabel tussen het bier, de scheten en de dikke, dansende midlifecrises.

Terug naar het podium dan. Daar was Kaplan ondertussen Dean Ween-gewijs (lees: de gitaar “below the dick!”) begonnen aan een ononderbroken brok indierock van de rauwste soort. Enkele straffe nummers – zowel covers als composities van eigen makelij – passeerden de revue, naast een aantal minder beduidende tracks. En de dreiging om misschien net iets rechtlijnig te worden werd door de frontman vakkundig de nek om gewrongen, middels het in het publiek werpen van zijn snaarinstrument.

Omdat het op 2 december exact 29 jaar geleden was dat Yo La Tengo voor de eerste keer optrad, zette de band een nummer in dat ze die bewuste keer ook speelde. Maar niet zonder eerst gezamenlijk het podium te verlaten om er vervolgens weer op te kruipen, natuurlijk. Het werd uiteindelijk een instrumental van The Urinals. En toegegeven: wat betreft het opbouwen van een set kunnen de Hobokenaren nog iets leren van de stijlgenoten van Low. Maar goed: een oude vos… Nu ja, het zij zo.

Afsluiten, ten slotte, gebeurde – op wat de zesde dag van Chanoeka bleek te zijn – met een eerbetoon aan Lou Reed, in de vorm van een geslaagde interpretatie van The Velvet Underground’s ‘I Found a Reason’. En zo konden we al bij al met een voldaan gevoel afdruipen, op zoek naar een geopend frituur om half twaalf ’s avonds. Een zoektocht die in een kebabzaak op de Oude Markt eindigde, overigens.

Gezien: Yo La Tengo – Het Depot, Leuven – 2 december 2013

tekst:
Nico Kennes
beeld:
Yo-La-Tengo
geplaatst:
wo 4 dec 2013

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!