Machinefabriek - by Michel Mees

Rewire festival 2011 (dag 1)

Uit het afgestorven ‘Wired’-festival (dat plaats vond van 2005 tot 2010) groeide de grote broer ‘Rewire’. Dit nieuwe festival dat op 4 en 5 november zijn eerste editie kende, richtte zich, in tegenstelling tot zijn peuterversie, op internationale acts in een mooi vastomlijnde muziekprogrammatie. Van zodra de eerste namen bekend werden gemaakt, was het duidelijk waar het festival zich op wilde richten, namelijk hedendaagse kunst en muziek. Het past perfect in het rijtje van de heerlijke najaarse Nederlandse herfstfestivals als TodaysArt en Incubate.

Net als deze twee festivals lokt ook Rewire een resem buitenlandse bezoekers, waaronder ondergetekende, die een hele zomer elk indenkbaar, naar commercie-ruikend festival aan zich heeft laten voorbijgaan en als een klein kind zo blij was met de affiche van Rewire. Het waren dan ook wel topnamen die twee dagen lang enkele panden rond de oude energiecentrale van Den Haag mochten bombarderen met hun beats, spookachtige zang, hedendaags klassiek en experimentele gitaardrift. Het is dan ook geen geheim dat er alleszins een iemand in haar nopjes was die vrijdagavond ook al werd er stiekem aan zaterdag gedacht.

Machinefabriek  -  by Michel Mees
Machinefabriek – by Michel Mees

Met het Rotterdamse Machinefabriek werd in Studio Loos de eerste stappen van herhalingsrijke noise gelegd. Blijkbaar had Rutger Zuydervelt er niet veel zin en werd het een miniem half uurtje aan de knopjes draaien. Maar, als je dat niet wist, dan kon je toch verwonderd luisteren naar de geluiden die hij steeds weer maar weet te combineren. Eén ding kon hij echter niet controleren, het krakende parket. Je kan het als storend ervaren en toch droeg het op één of andere manier bij aan de ellenlange drone bomvol verschillende resonanties die elkaar als sinusgolven plaagden tot de ene de andere absorbeerde. Dit is het geluid dat instabiel gebouwde bruggen doet breken. Het is het geluid van vermoeid metaal dat alle hoop heeft opgegeven en buigt en plooit. Wanneer Machinefabriek uiteindelijk zijn gitaar neemt, denk je, nu volgt een echte song, ook al weet je dat dat in zijn universum niet bestaat. Tot het uiteindelijk bijna echt gebeurt. Tedere pianoklanken worden uitgedaagd door een verstorende klik. Het is een spel van elektronisch geroezemoes en stilte. En ook al was het einde abrupt, omdat plots de stroom afsprong, het moment dat de zachte song ingeruild werd voor een trommelvliessplijtende, omzichheengraaiende basdreun was een van puur genot.

Enkele meters verder lag het Magazijn, een plek dat in het dagelijkse leven dienst doet als een statige inkomhal maar nu vermomd was als het hoofdpodium van Rewire. De kille, grote ruimte was net te clean en te wit om te betoveren. Of lag het aan Washed Out? Die band was duidelijk zijn toverstokjes vergeten. In ruil stond frontman Ernest Greene wel bij een enkele song met zijn iPad te zwaaien. Indruk maken deed het niet. Even schoot zelfs de gedachte door het hoofd dat er een foute band op het podium stond. Staat chillwave niet synoniem voor eenzame slaapkamermuzikanten die de broeierige zomersfeer in vervaagde technicolour verpakken? Washed Out daarentegen stond er als een echte electropopband bestaande uit lukraak bijelkaar geraapte muzikanten met een allesbehalve verlegen frontman achter de microfoon die perfect getimed in de intro van zijn songs, de nummers aankondigt. Washed Out is geen chillwave-band meer maar een band die dolgraag de hitparade wilt veroveren terwijl de zomer al is voorbijgeraasd en met de toonvastheid van de stem is gaan lopen. Als trouwens het als een reggeanummer aangekondigde lied het beste van de set is, dan is het absoluut tijd om de ruimte te verlaten en op zoek te gaan naar Dirty Beaches.

Geen idee trouwens in hoeverre de Kerk nog effectief dienst doet als kerk. De kleine zaal bezat als geen ander de vibe van een kroezelige indietent waar de betere, onbekende bands voor een handvol publiek hun eerste podiumervaring delen. Een van hen was de enkeling Dirty Beaches, die voor de gelegenheid een bevriend saxofoonspeler had meegebracht. Dirty Beaches is het moeilijk te vatten éénmansproject van de Taiwanese Canadees Alex Zhang Huntai. Nog veel te jong en al bezeten van een giftige rockabillygeest die de croon van Elvis combineert met de nowave-chaos van James Chance and The Contortions. Terwijl een backingtape het merendeel van de muziek afspeelt en de saxofonist wat tegenstrijdige noten de lucht inzwierde, song Alex door een ouderwetse en overstuurde bandopnemer-microfoon en sloeg hij af en toe op zijn gitaar. Onwennig in het begin en het publiek snapte het niet helemaal. Toch zal Dirty Beaches als één van de sterkere namen het geheugen ingaan. Net zoals Plaid trouwens. Het Britse duo bracht vorige maand na meer dan 8 jaar stilte nog eens een plaat ‘Scintilli’ uit. Ondergetekende was er niet wild van maar moest danig de mening herzien tijdens hun blazende doortocht in het Magazijn. De ondansbare beats nodigden toch uit om een dansje te wagen. Uit ritme gaan was toch onmogelijk. De set rolde als een vettige pretwals en luidde de avond in. Maar dat was buiten de nazomerse oververmoeidheid en het slechte bier gerekend. Toen werd duidelijk waarom iedereen Vedett stond te zuipen.

Walls  -  by Michel Mees
Walls – by Michel Mees

Toch nog even op de tanden bijten, de dreigende slaap uit de ogen wrijven en genieten van het Britse duo Walls. Met hun tweede album ‘Coracle’ (lees de review in Gonzo (circus) 106) vers in de vingers ging het duo op quasi ambachtelijke wijze aan het werk. Een stond aan de knopjes de draaien, zijn overbuur mocht de gitaar af en toe aanslaan en zich volledig laten gaan op de verschillende effectpedalen die eraan gekoppeld waren. Gek om zien dat een van de betere elektronica-platen van het najaar dus louter door knopjes en duwtjes en een gitaar kan nagespeeld worden. Walls luid en live is enorm tegenstrijdig. Door het volume hoor je kleine geluidjes die anders door de omgeving worden geabsorbeerd, maar tegelijkertijd gaan de subwoofers met hun bassen dusdanig wild tekeer dat het soms moeilijk dromen blijft bij de shoegaze electronica van Walls. Hiermee werden de eerste stappen van de opdringerige nachtrust gezet en terwijl Patrice Baümel zijn set opstelde, wandelde (ks) door een negentiende eeuwse wijk naar een slaapplek.

tekst:
Katrien Schuermans
beeld:
6321866217_4c9cb37464
geplaatst:
di 8 nov 2011

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!