DOUR Festival 2010, dag 2, deel 1: vrijdag 16 juli 2010

Na onze bewogen nacht dachten we even rustig in te pilzen bij Daedelus. Zo had hij dat zelf niet begrepen: na een opwarmrondje met de onderhand stereotiepe L.A. schuifelbeats, vloog de immer Victoriaans uitgedoste techneut al gauw voor bonkende vier-vier, met af en toe wat topzware dubstep om de afwisseling erin te houden.

Dour Logo
Logo Dourfestival

Grappig om te zien hoe hij z’n Monome (zeg maar: een switchbord om live samples te bedienen) bespeelde alsof het ding gloedheet was- met ritmische schokjes vlogen z’n vingers over de toetsen. Daedelus zweette als een rund en bleek niet te rusten voor hij z’n publiek even ver kreeg. Persoonlijk hielden we’t op wat voorzichtig geschuifel bij op een frisse mojito, maar we vonden het wel een gemiste kans dat deze jongen niet in de avond stond geprogrammeerd.

Over dan naar de eerste liveband: Serena Maneesh maakt geen geheim van haar invloeden. We dachten dat dergelijk larger-than-life imitatiegedrag enkel bij Japanse bands door de beugel kon, maar verrassend genoeg geraakten deze Noren er ook redelijk mee weg. Een merkwaardig sensuele (geloof ons: de foto’s doen haar geen recht) kruising tussen Nico en Kim Gordon op bas, die ook nog eens op bijna karikaturale wijze Kim’s danspasjes imiteerde. Vervolgens de zanger-gitarist, zo potsierlijk met bandana’s en andere foulards behangen dat we onwillekeurig in elkaar krimpten van plaatsvervangende schaamte. Dat de band heel erg houdt van My Bloody Valentine, wisten we al van het plaatwerk. Wat was dan de verrassing? Dat al hun jatwerk plots perfect aanvaardbaar bleek toen de eerste noten werden ingezet. Serena Maneesh speelt luid en vol overgave, en daar is het in de rock’n’roll nog altijd in eerste instantie om te doen. Niks grensverleggend, maar wel een concertje waar we van genoten.

We hebben een paar keer geprobeerd, en sinds hun optreden weten we’t zeker: Dan Le Sac vs Scroobius Pip is niks voor ons. Het duo vormt dan ook het iets intellectuelere alternatief voor The Streets, ook al een artiest die bij ons nooit de juiste snaar heeft geraakt. Het is bewonderenswaardig dat baardmans met z’n slimme teksten toch zo’n uitzinnige respons uit de zaal loskrijgt, en daar zullen we’t dan op houden: het was een aanrader en een goed concert voor wie ervan houdt.

Wij dan liever naar Chromehoof, die twee jaar geleden een beetje verloren stonden op Dour bij klaarlichte dag, maar dit keer de zon leek te verduisteren met haar occulte progrock disco. Het blijft natuurlijk een beperkte act- de capes, de aparte instrumentatie, bovenal de zwarte tijgerin met scheefgeschoren afro- maar voorlopig werkt ze nog wel. Zowat elk nummer kenden we nog van hun vorige doortocht, en de band moet opletten dat dit geen kunstje op automatische piloot wordt. Maar vandaag had Chromehoof ook z’n publiek helemaal mee, en voor ons betekent dat: een ruime voldoende met stip.

Nog meer ambiance bij Hypnotic Brass Ensemble, een achtkoppig blazersensemble uit Chicago, die hun traditionele opleiding in een brassband koppelden aan een voorliefde voor jaren negentig hiphop- u kunt al raden dat zo’n recept smullen geblazen is voor wie in de vooravond op zoek is naar een ongedwongen feestje. Er werd dan ook voor het podium gedanst bij het leven, terwijl de broers met grappige choreografietjes de ene aanstekelijke deun na de andere blaasden. Enkel jammer dat ze het af en toe ook nodig vonden om hun middelmatige rapperskwaliteiten te etaleren, of hun toevlucht zochten tot overbodige afgezaagde vraag-en-antwoordspelletjes met het publiek. Enkel de groove had volstaan.

Gwar vlak na het eten: het is geen goed idee. Moeten we deze shockrockers nog voorstellen? Muzikaal een te verwaarlozen en torenhoog cliché, en dat is waarschijnlijk hoe ze’t willen. Visueel nog steeds met stip het goorste, meest smakeloze, maar op een vreemde manier toch volstrekt ongevaarlijke en hilarische festijn van rondvliegende ledematen en geizers van bloed, dat u in levende lijve zal meemaken. En we zouden nog bijna vergeten dat de band al meer dan twintig jaar meedraait. Anderzijs: elk groepslid draagt een rubberen kostuum, en is dus perfect inwisselbaar. Het is een geruststellende gedachte, dat Gwar mogelijkerwijs de goegemeente zal blijven affronteren tot het einde der tijden.

tekst:
Dimitri Vossen
geplaatst:
wo 21 jul 2010

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!