Realejo

Paul DeMarinis gebruikt al jaren het gesproken woord als basis voor composities. Dat kan gaan om de menselijke stem, maar hij heeft een voorkeur voor gemanipuleerde en gesynthetiseerde spraak. Het is dan ook niet vreemd dat hij in de jaren 1970 een samenwerking aanging met Robert Ashley, terwijl zijn bewerkingen onmiddellijk herinneringen oproepen aan de manier waarop The Residents met stemmenmateriaal knutselden. Op ‘Songs Without Throats’, een titel ontleend aan een oud Folkways-album met opnamen van mensen die opnieuw hadden leren spreken nadat hun strottehoofd verwijderd was, gebruikt hij stemmen om muziek via zelfgebouwde elektronische systemen uit te sturen. Uiterst vervreemdend, maar op een bizarre manier ook intrigerend en vermakelijk, en verontrustend. Ook op ‘Realejo’ van de Braziliaanse componist en toetsenspeler Manuel Pessoa De Lima duiken stemmen op. Hij weeft ze met andere ‘veldopnamen’ door ongehaaste klanken van een orgel in Stuttgart, dat hij de met half uitgetrokken register-stops bespeelde. De variabele, ongecontroleerde luchtdruk zorgde voor krankzinnige blubberende en brullende akkoorden, meelijwekkend op en neer glijdende fluitjes en een onaards suizen. Het geluid is verwant aan de krakkemikkige straatorgeltjes die in Braziliaanse steden te horen zijn, en die ze daar realejo noemen. Het orgel duikt vanuit je oren rechtstreeks de buik in, waar het zich warm nestelt. Het dochtertje van de buren levert commentaar. Een wereld die zo klinkt biedt hoop voor de mensheid. Ternauwernood, dat wel.

tekst:
René van Peer
beeld:
ManuelPessoadeLima_Realejo
geplaatst:
vr 1 apr 2022

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!