Achtergrond: Instrument Inventors Initiative

Nieuwe instrumenten, ongehoorde geluiden, kunstmatige intelligentie. Dat zijn sleutelwoorden in Proximity Music. Een project van het Instrument Inventors Initiative tijdens Rewire.
Instrument Inventors Iniative

Nieuwe instrumenten, ongehoorde geluiden, kunstmatige intelligentie. Dat zijn sleutelwoorden in Proximity Music.

Matteo Marangoni, grondlegger van het Instrument Inventors Initiative, heeft namens zijn platform tien geestverwanten uitgenodigd voor dit speciale onderdeel op Rewire. Zelf is hij met zijn installatie ‘Komorebi’ te zien op het Highlight Festival in Delft.

‘Net als papegaaien imiteren en veranderen de schelpen geluiden die ze horen.’

Verspreid over een stuk bos van honderd bij honderd meter roepen schelpen naar elkaar. Ze reageren op elkaar, alsof ze kletsen in een taal die voor mensen niet te volgen is. Van tijd tot tijd lichten ze op, en beschijnen ze de bladeren van de bomen waar ze onder liggen. Samen vormen ze Komorebi, een installatie die ontwikkeld is door Matteo Marangoni, geboren en opgegroeid in Florence, en de Belg Dieter Vandoren.

De schelpen zijn door studenten van TU Delft gemaakt van gegoten doorschijnend epoxy. Marangoni en Vandoren hebben ze voorzien van elegant vormgegeven houten standaards. Elk onderdeel is met zorg behandeld. Van de verf en het vernis op de standaards tot de batterijen en de chips, die omhuld worden door een vochtdichte coating, en de kratten waarin de schelpen vervoerd moeten worden. Ze waren bedoeld voor het festival Into The Great Wide Open op Vlieland, dat afgelast is. Marangoni en Vandoren willen de installatie daar toch naartoe brengen om die te filmen. In november wordt Komorebi gepresenteerd tijdens het Highlight Festival in Delft.

Vuurvliegjes

‘Komorebi is Japans voor zonlicht dat door de bladeren valt,’ zegt Marangoni, niet alleen geluidskunstenaar, maar ook oprichter van het Instrument Inventors Initiative (afgekort tot iii). De schelpen zijn een volgende stap in een serie installaties die geluiden in een ruimte produceren. Eerder maakte hij met Vandoren de installatie Lampyridae, gebaseerd op zwermen vuurvliegjes. De individuele delen flitsen op en creëren ritmisch klikkende patronen. Die geluiden doen denken aan de compositie ‘Vespers’ van Alvin Lucier, waarin mensen met heftig tikkende echolocatie-apparaten door een verduisterde ruimte lopen.

‘De installatie bestaat uit een groot aantal schelpen. Het is een zwerm van kunstmatige schepsels die onderling communiceren en reageren op andere geluiden in de omgeving. In het bos maken ze ruimtelijke muziek die door de dag heen verandert. Ze maken verschillende geluiden: enerzijds snarenklanken die geïnspireerd zijn door windharpen, anderzijds praten ze met elkaar door middel van klikgeluiden. Ze wachten op elkaar. Als er een stil valt, begint een ander in de nabije omgeving geluid te maken.’

‘Net als papegaaien kunnen ze geluiden die ze horen imiteren en veranderen. Zo ontstaan nieuwe patronen. We zijn nog niet zover dat ze patronen herkennen. Er is nog geen sprake van een taal, maar daar willen we wel naartoe, met behulp van kunstmatige intelligentie en machine learning. Afzonderlijke ‘wezens’ die muziek maken zonder tussenkomst van een dirigent, zonder dat ze van buitenaf bestuurd worden.’

ArtScience

Kunstmatige intelligentie, zeg maar AI, is een van de thema’s waar kunstenaars zich mee bezighouden binnen iii. Het is een platform waarin meerdere disciplines samenkomen. Matteo Marangoni richtte het zo’n tien jaar geleden op. Hij was toen net in Den Haag afgestudeerd aan ArtScience, een opleiding die, in een samenwerking tussen het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, de grenzen tussen disciplines overstijgt. ‘Die opleiding bood de mogelijkheid om dingen te doen die ik nooit eerder gekund had,’ zegt hij.

In zijn geboorteland Italië had hij muziek en muziektechnologie gestudeerd. Maar voor verschillende onderwerpen kon hij alleen maar op verschillende instituten en afdelingen terecht. ‘En die hebben geen contact met elkaar. In Florence, waar ik opgegroeid ben, was het eeuwen geleden mogelijk dat een beeldend kunstenaar zich bezighield met muziek en met het maken van instrumenten. Maar omdat Florence zich blindstaart op wat er in de renaissance gebeurde, is alles er sindsdien tot stilstand gekomen. Nu kun je er niet tegelijkertijd geschiedenis en filosofie studeren.’

‘Door een presentatie van Edwin van der Heide zag ik wat er mogelijk was: machines waarmee je kunst kunt maken. Ik ben uiteindelijk bij ArtScience terecht gekomen. Daar kun je je eigen leerplan samenstellen, bij verschillende opleidingsinstituten. Ze bieden de mogelijkheid, maar je moet het zelf organiseren. Dat betekent wel dat je er hard voor moet werken, maar het is beter dan het idee dat gelanceerd werd in een conferentie met mensen die verbonden zijn aan Leonardo, de organisatie die kunst en technologie met elkaar verbindt. Die vroegen zich af wat het beste curriculum zou zijn. Maar als je dat doet, leg je het weer vast. Terwijl het ideaal is als je zelf kunt bepalen wat je erbij wilt betrekken.’

Residencies

Marangoni studeerde af met een project voor bewegende luidsprekers: robots die een choreografie uitvoerden, en zo geluid over de ruimte verspreidden. Dat gegeven van een kunstenaar die een instrument bouwt én er muziek voor maakt, zette hij door in iii. ‘Het was een antwoord op de crisis in de kunstwereld die ontstaan was door grote besparingen in de subsidies van het rijk voor cultuur. Met andere mensen die net afgestudeerd waren, wilde ik uitzoeken hoe we samen audiovisuele werken konden presenteren, liefst op verschillende plekken. In de loop van de tijd kwamen daar meer kunstenaars bij. We kregen een eigen ruimte, en gingen residencies verzorgen, tot nu toe hebben vijftig mensen bij ons kunnen werken. Daarnaast verzorgen we workshops en een programma voor publiek.’

‘Het uitgangspunt van iii sluit aan bij mijn achtergrond in ArtScience. Kunstenaars ruimte bieden die vanuit verschillende invalshoeken en disciplines werken. Het gebeurt nog te weinig. Omdat we dat graag wereldwijd willen zien groeien, stellen we ons op als een agentschap. We hebben drie jaar achter elkaar in het Kruithuis installaties gepresenteerd tijdens November Music: zowel bestaande werken als nieuwe werken waarvoor we opdrachten konden verstrekken. Er zijn genoeg gelegenheden om werk te laten zien, maar nauwelijks om nieuw werk te laten ontwikkelen. Daar is geen budget voor. Pas sinds dit jaar krijgen we structurele ondersteuning, van de gemeente Den Haag en het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie.’

Belletjes

De tien kunstenaars die Marangoni heeft geselecteerd voor Proximity Music, onderdeel van het Haagse festival Rewire in september, geven een indruk van de vele invalshoeken en verschijningsvormen die mogelijk zijn binnen iii. Een netwerk van rinkelende belletjes, een installatie waarin bougies muziek genereren, een installatie die werkt op luchtdruk, een gamelan die met instructies bespeeld moet worden. Voor elk wordt een passende plek in de stad gezocht, zowel binnen als in de open lucht.

Zo moet ‘Versuch den Wind zu drehen’ van Cathy van Eck aan de Hofvijver komen te staan, met uitzicht op het politieke en bestuurlijke hart van Nederland. Deze installatie, waarvan de titel te vertalen is als ‘poging het tij te keren’, bestaat uit een windmeter en twee luidsprekers. De kracht die op de windmeter (drie draaiende halve bollen) wordt uitgeoefend door wind en adem bepaalt wat de luidsprekers laten horen. Afhankelijk van de sterkte kan de installatie in vijf stappen van een zacht suizen via industriële geluiden toewerken naar een uiterste alarmfase.

In dit werk verwijst Van Eck naar klimaatverandering. ‘De derde fase bestaat uit teksten die gesproken werden tijdens een digitale bijeenkomst van de Verenigde Naties over klimaatverandering,’ zegt Van Eck. ‘Je hoort voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen, secretaris-generaal van de VN António Guterres en Jioji Konrote, de president van Fiji. Zijn land wordt bedreigd door de stijging van de zeespiegel. Ze praten over oplossingen voor het klimaatprobleem, benadrukken dat er nu iets gedaan moet worden. Maar tegelijkertijd is duidelijk dat je niet kunt spreken van één oplossing. De vraag is hoe hard je moet blazen om iets te veranderen.’

‘Het is lastig om de teksten te volgen. Alleen bij een constante luchtdruk op een bepaald niveau worden de woorden niet onderbroken. Dat is moeilijk vol te houden voor de meeste mensen. Musici die blaasinstrumenten bespelen zijn daar nog het beste toe in staat. En dan nog zijn de sprekers niet heel goed te verstaan, omdat er geluiden doorheen klinken. Het is vermoeiend en frustrerend.’ Dat komt aardig overeen met de moeizame strijd om maatregelen geaccepteerd te krijgen die klimaatverandering kunnen tegengaan of vertragen.

Bougies

In ‘Time And Space Shapes For Gamelan’ hebben de Britse producer en kunstenaar Mark Fell en de Amerikaanse componiste en elektronikapionier Laurie Spiegel een manier ontwikkeld om instrumenten van een gamelanorkest te bespelen door middel van geschreven instructies en ritmepatronen die te horen zijn over een koptelefoon. Als er meerdere spelers zijn, ontstaat vanzelf een groot patroon waar ieder een onderdeel van is. Dat sociale, samenbindende aspect is precies waar het de twee om te doen is. Görkem Arikan heeft de installatie ‘Singing Sparks’ gebouwd, die werkt met de elektromagnetische ontladingen van bougies.

Arikan is al langer geïnteresseerd in het luisteren naar mechanische geluiden en de manier waarop mensen ermee omgaan. ‘Natuurgeluiden roepen emoties op, maar de industriële revolutie heeft een oceaan aan nieuwe geluiden geïntroduceerd die net zo stimulerend kunnen zijn. Net als veel andere geluidstechnici en componisten heb ik gespeeld met opnamen van machines. Daarnaast heb ik gewerkt met mensen die voor hun beroep machines bedienen en onderhouden.’

‘Met Art Is Dead (A.I.D.), een collectief waarvan ik een van de oprichters ben, heb ik een geïmproviseerd concert georganiseerd in een textielfabriek waaraan ook de mensen deelnamen die breimachines bedienden. Ik realiseerde me dat zij precies wisten hoe het geluid van de machines bepaald werd door de producten en de patronen die ermee gemaakt worden. Daardoor konden ze de apparaten veel beter bespelen dan wij, muzikanten. Dat bracht me ertoe om te gaan werken met mijn buurman İbrahim Tokkaya, een automonteur. Terwijl mensen normaal gesproken geluiden die dagelijkse kost zijn voor machinisten en onderhoudsmonteurs onprettig vinden, ben ik me gaan verdiepen in de rol van het luisteren bij deze vaklieden, en de manier waarop ze met geluiden omgaan.’

Muzikaal

Arikan kwam erachter dat monteurs aan het geluid van een motor kunnen bepalen wat er mis is aan een auto. Voor ‘Singing Sparks’ had hij eigenlijk automotoren willen gebruiken. Een heel motorblok gebruiken in een installatie bleek echter te complex. Hij koos voor bougies als aanjagers voor geluid. ‘Het is een bespeelbare installatie van vier speciaal ontworpen luidsprekers waar bougies in gemonteerd zijn. Door middel van gitaarelementen pikken de speakers de stroomstoten op die geproduceerd worden door de spoelen in de bougies. Ik gebruik een mini-computer en speciale software om de stroomstootjes om te zetten in ritmes en tonen. Het publiek kan ze bespelen met sensors, die de afstand tussen objecten meten door ultrasone geluidsgolven uit te sturen en de tijd van weerkaatsing te berekenen. Het resultaat varieert met het aantal deelnemers en hun afstand ten opzichte van de installatie. Door met elkaar samen te werken en de mogelijkheden van de installatie te onderzoeken kan het publiek verrassend muzikale momenten meemaken.’

Robotarmen

‘Dhvani’ is een installatie van Budhaditya Chattopadhyay, oorspronkelijk afkomstig uit Kolkata. In deze vorm bestaat het werk uit achtenzestig tempelklokjes, gestemd op drie toonhoogten volgens een traditie die minstens een paar duizend jaar oud is. ‘Bezoekers van een tempel in India raken ze aan bij het binnenkomen,’ zegt hij. ‘Zo leggen ze contact met de godheid. Maar het heeft ook een sociaal aspect, omdat meerdere mensen die klokjes min of meer tegelijkertijd beroeren. Deze klokjes worden nog gemaakt door de Dhokra, een volk uit een gebied dat zich uitstrekt van Jharkhand tot West-Bengalen.’

‘In de installatie vormen ze een netwerk, complexe wolken van geluid. Net als in de tempels is de interactie van het publiek met de klokjes essentieel. Het is tegelijkertijd ritueel en spel. De klokjes worden in beweging gebracht door vier robotarmen, die reageren op de geluiden van het publiek. Wat dat betreft verschillen ze niet ingrijpend van hoe mensen dat zouden doen. Als we iets horen, komen we in actie. Dat is een bewuste beslissing. De reactie van de robotarmen wordt gestuurd door kunstmatige intelligentie. Die kan nog een stap verder zetten, en uit zichzelf besluiten bewegingen in gang te zetten.’

‘Met andere woorden, het is een machine die zich onttrekt aan menselijke controle. Dat roept enerzijds de vraag op in hoeverre mensen zeggenschap moeten hebben. Anderzijds kun je je afvragen of de westerse opvatting over wat machines zijn, niet te beperkt is. Een boom is een machine, net als een berg, en net als onze planeet. Elk vertoont een complex aan zelfstandig uitgevoerde activiteiten waar mensen maar tot op zekere hoogte invloed op uit kunnen oefenen.’

Autonomie

Je kunt je afvragen of kunstmatige intelligentie, dan wel AI, wel een correcte term is, argumenteert Chattopadhyay. Die term impliceert overeenkomsten met de manier waarop een menselijk brein werkt, en gaat voorbij aan een mogelijke autonomie waarmee AI beslissingen kan nemen en activiteiten ontplooien. ‘Het is beter om te spreken van een entiteit,’ vindt hij. ‘In ‘Dhvani’ komen het pre-moderne en het hypermoderne bij elkaar. Dat kan leiden tot een nieuw begrip van de wereld om ons heen, waarin we een boom niet beschouwen als een object, maar als een wezen om respect voor te hebben, omdat het autonoom is. En misschien biedt dat nieuwe inzichten om de huidige, wereldomspannende klimaatcrisis tegemoet te treden.’

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!