Afscheidsbrief aan Prince (let me guide you)

Voor Marie Meeusen was Prince niet alleen een lief dier, hij was vooral een prismatisch tovenaar die de weg wees. ‘Dat leerde Prince me al!’, dacht ze toen ze op de universiteit in aanraking kwam met de Franse poststructuralisten en hun kritiek op de zwart-wit tegenstellingen uit de Verlichting. Nu staat ze er alleen voor.

Lieve, lieve, lieve Prince,

Het moet juli 1996 geweest zijn, ik was ‘nog even’ veertien en zat na de lunch te keuvelen met scoutsvriendinnetjes in een patrouilletent op een wei in de Ardennen. Tussen de luchtbedden en naar puberzweet geurende mummieslaapzakken lag een cassetterecorder met robuuste knoppen. Een ouder vriendinnetje had daar een bandje in gestoken met liedjes van uiteenlopende pluimage. Ik herinner me er maar één: I would die 4 u. Wat een uurtje ‘platte rust’ moest worden, werd een kennismaking met jou. Nee, een kantelpunt, ontwaken. I’m not a woman, I’m not a man, I’m something that you’ll never understand. Ik luisterde al lang naar teksten in muziek, maar wat was dit? Je zong dat je voor me zou sterven, dat jij mijn Messiah was en ik jou ‘reason why’. I’m not a human, I am a dove. I’m your conscious, I am love. All I really need is to know that you believe. In wie, in wat, Prince?

Het duurde nog twee jaar voor duidelijk werd dat deze intense kennismaking het begin was van een grootse ontdekkingstocht – een pad waar ik soms maandenlang van afweek, maar steeds waren er weer kiezels en sporen op de grond die me naar je deden terugkeren. Je bleek een eigen taal te hebben en verhalen te verzinnen die als een paarse draad door je caleidoscopische oeuvre lopen, verhalen boordevol pseudoniemen en leidmotieven die naar elkaar verwijzen en waarin liefde, lust, muziek en spiritualiteit centraal staan. Jij vertolkte het merendeel van die verhalen, in toonladders, akkoorden, solo’s, in spagaten en sprongen, gilletjes en kreuntjes, in princebonics en een onuitspreekbaar liefdessymbool. Maar je nam ook talloze artiesten onder je vleugels en leerde hen al spelend, liefdevol maar met een ijzeren discipline, naar hun eigen kleurenpracht te kijken.

Eén van die artiesten was ik. Al raakte ik maar één keer heel even je hand aan, tijdens een aftershow in een klein zaaltje van de O2-arena in Londen, mijn inkt ademt je invloed. Toen donderdag het nieuws van je overlijden me bereikte, was ik razend. Ik stampte op de vloer, vloog alle kanten op, wilde je platen uit de kast rukken, ze kussen en in tweeën breken om ze vervolgens nooit meer te horen. De tranen bleven maar komen. Het mocht niet, niet nu al, je verhaal was nog niet af!

Twee dagen later snap ik waarom het voelde alsof er een vuurpijl in mijn kont werd gestoken. Nu je dood bent, is het aan ons om te creëren – en dus ook aan mij. De hoge lat is weggevallen en ligt te beven in mijn hand. Na de eerste schok legde ik het laatste nummer van Lovesexy op, Anna Stesia. Have you ever been so lonely that you felt like you were the only one in this world? Have you ever wanted to play with someone so much you’d take anyone boy or girl? Anna Stesia come to me, talk to me, ravish me, liberate my mind. Tell me what you think of me, praise me, craze me, out this space and time.

Even terug in de tijd. Twee jaar na de muzikale bliksemflits tijdens het scoutskamp, zou je naar Flanders Expo in Gent komen. Ik kende vooral je hits uit de jaren 1990: Cream en The most beautiful girl in the world: gelikte songs die rafelrandjes en haakjes misten. Ik had op het einde van mijn middelbareschooltijd al grotendeels afscheid genomen van de duistere grunge waaraan ik in mijn vroege puberteit zo verslingerd was, muziek die begreep hoe boos ik op de wereld was en die me de kans bood om nog wat langer in de androgynie van de kindertijd te blijven hangen. Ik had door de hiphopgeschiedenis gesnuisterd en merkte dat mijn lijf dat lekker vond, maar het was moeilijk dat vrouwen in dat genre zo vaak in niet mis te verstane verwoordingen werden gereduceerd tot borsten en billen.

prins Ik kende afgezien van een paar megahits je vroegere werk nog niet, wist evenmin dat Eric Clapton je met reden de beste gitarist ter wereld noemde, dat je ook kon drummen en basgitaar spelen. Ik had er geen flauw benul van dat je de zoon was van een jazzmuzikant en dat de piano je eerste instrument was. Ik begreep nog niet dat ik bij jou niet moest kiezen, omdat je alles vloeiend vermengde: muziekgenres, vrouwelijkheid en mannelijkheid, religie en seks. Laat staan dat ik wist dat ik je ooit, na het tiende concert of zoiets, op mijn blog Huiverinkt een lief dier zou noemen, dat ik je zou schrijven dat ik een grot voor je wilde bezemen en je een schreeuwende duif als talisman wilde geven terwijl ik je met rebelse tong neerpende.

In de jaren 1990 clips schudde je met je heerlijke kont, maar Diamond en Pearl die je overal volgden en op je wenken bedienden? Ik twijfelde of ik mijn geld wel aan je zou uitgeven. Tot het vriendinnetje dat al een concertticket had gekocht mij een videotape van Sign of the Times uitleende. Betoverd haalde ik de dag daarop de gelijknamige dubbelaar in de bibliotheek. Het oerritme van If I was your girlfriend bereikte mijn onderbuik, waar een beest begon te grommen. Je vroeg me of je mijn haar mocht wassen, mijn kleren mocht uitzoeken, of je me mocht troosten, zelfs als jij het was die me pijn had gedaan. Pleeeeeeeeease. Of je ballet voor me mocht dansen. Je zou me drinken. I’ll do it so good I swear I’ll drink every ounce. And then I’ll hold U tight and hold U long and together we’ll stare into silence. And we’ll try to imagine what silence looks like.

Op 28 december 1998 was ik zeventien jaar en drie maanden oud. Lichter dan ooit zweefde ik na het concert naar een club in Gent waar de dj enkel paarse muziek draaide en werd er stapelverliefd op een architect. Twee maanden later luisterden we al springend door de huiskamer naar het openingsnummer van The Love Symbol. Toen legde het liefje uit voorzichtige, maar onnodige voorzorgen een handdoek onder mijn hongerige heupen en verloor ik mijn maagdelijkheid. My name is Prince and I am funky. My name is Prince the one and only. I did not come to funk around. Till I get your daughter, I won’t leave this town. En: I know from righteous, I know from sin. I’ve got 2 sides and they both friends.
Ik herinner me dat hij een paar weken later naakt een gitaar vastpakte en Purple Rain speelde. Toen hij het na negen maanden uitmaakte, dacht ik te snappen wat de tekst betekende. Maar nu de razernij die ik voelde bij het nieuws van je dood is gaan liggen, snap ik pas echt welke vraag je ons – voorbij de eerste laag van liefdesverdriet –  in dit nummer stelt. You say you want a leader. But you can’t seem to make up your mind. I think you better close it. And let me guide you to the purple rain.

Mijn lieve, lieve Prince, wat wilde ik ook weer vertellen in dit eerbetoon? Dat ik nu vierendertig en zes maanden oud ben, dubbel zo oud als toen ik me voor het eerst live door je liet betoveren? Dat ik dankzij jou vrienden heb over de hele wereld, dat die allemaal andere achtergronden, muzieksmaken en aspiraties hebben, dat we samen een regenboog vormen? Dat weet je. Dat vlak na je dood mensen verzamelden in de Amsterdamse concertzaal Melkweg, dat in Amerikaanse steden spontane volksfeesten ontstonden en dat ik me afvraag of deze bijeenkomsten van tolerante, open geesten invloed kunnen hebben op de Amerikaanse presidentsverkiezingen?

Je weet vast ook, prismatische tovenaar, dat er op donderdag 21 april 2016 een brede regenboog in de hemel boven Minnesota ontstond en dat die eindigde in Paisley Park. Maar weet je ook dat NASA je een eerbetoon bracht met een paarse foto van ons sterrenstelsel, weet je dat de beiaard van Utrecht Purple Rain speelde? Of moet ik terugkeren naar mijn leven en vertellen dat ik, toen ik aan de universiteit kennismaakte met de Franse poststructuralisten en hun kritiek op de zwart-wit tegenstellingen uit de Verlichting, meteen dacht ‘oh… maar dat leerde Prince me al!’. Of is het nog belangrijker te vertellen dat de architect erbij was tijdens het laatste concert dat ik van je zag, in het Antwerpse Sportpaleis in de lente van 2014? En dat hij me op dezelfde dag dat ik van de neuroloog hoorde dat mijn vader aan ALS zou sterven ’s avonds meenam naar een concert op het Gentse Sint-Pietersplein? Something in the water (does not compute) is een droevig liefdesliedje, maar die avond, toen je het in een naakte versie aan de piano speelde, was het een traan voor mijn vader die zou sterven. Het werd een poort, door twee mannen bewaakt, die toegang bood tot wat het grootste verdriet uit mijn leven zou worden – dat om de vader, de eerste man.

Misschien wil ik je nog één ding vragen in deze brief. Hoe het komt dat uitgerekend jij – die me leerde dat niets, en zeker niet liefde, in hokjes past, zelf je spirituele liefde in zo’n keurslijf dwong. Er zijn natuurlijk mooie kanten aan het feit dat je Jehovah’s Getuige werd. Je vriend en politieke activist Anthony Kapel Van Jones vertelde aan CNN dat je door je geloof heel bescheiden bleef en met geen woord repte over je humanitaire kant. Pas nu komt aan het licht hoe je niet enkel met je muziek, maar ook met financiële investeringen om de mensheid hebt gegeven, haar hebt geheeld. Maar toch, Prince, was het de bassist van Sly & The Family Stone, die jouw vrije spiritualiteit boordevol oosterse en sjamanistische knipogen tot zo’n strenge geloofsbelijdenis herleidde? Nee, natuurlijk was het niet Larry Graham die het je verbood bloedgeil vloeken. Daar koos je zelf voor. Larry was je houvast, je meester, je lat. Die lat die jij ook nodig had en die nu in mijn hand ligt te trillen.

Godverdommeklotegeilgromdier. Ik hou van je.

My father taught me how to play the piano. He didn’t teach me though. I taught myself. (Prince tijdens zijn laatste volledige concert in Atlanta, 14 april 2016)

Marie

Marie Meeusen is grote Prince-fan. Ze houdt net als hem van optreden en heeft een mannelijk alter ego, Andreas. Ze publiceerde in verschillende tijdschriften en schrijft sinds 2008 op haar blog Huiverinkt. Haar favoriete vertelvorm zijn open brieven, omdat die vanuit een persoonlijk perspectief universele zeggingskracht hebben.

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!