ORC

Het is gedaan met Thee Oh Sees. Vanaf nu is het Oh Sees. Of die amputatie blijvend is weten ook wij nog niet. Misschien is het feit dat Chris Whithouse niet meer van de partij is, terwijl er een nieuwe drummer, Paul Quattrone, wordt voorgesteld een reden voor de lichte naamsverandering? (Het is trouwens de eerste keer niet dat er met de bandnaam wordt gegoocheld: Ohsees, The Oh Sees, The Ohsees, Thee Oh See’s & Thee Ohsees passeerden al allemaal de revue.) Wat we wel weten is dat de band rond opperhoofd John Dwyer nog altijd een patent heeft op catchy garagerock die zijn einddatum –na twintig jaar- nog ver niet heeft bereikt. Ook deze plaat kan mooi in het rijtje van hun uitgebreide discografie lopen. ‘ORC’ bouwt perfect verder op ‘A Weird Exits’ en ‘An Odd Entrances’, waarbij ze de garagepunk van de begindagen iets verder achterwege laten en meer de psychedelische concepten en songstructuren opzoeken waarop een band als King Gizzard & The Lizard Wizard een patent lijkt te hebben. Een song als ‘Keys To The Castle’ is daar (naast ook ‘Drowned Beast’) een perfect voorbeeld van: een kenmerkende start van een metronoomritme met die typische gitaarlijn en rollende bas dat na twee minuten overgaat in een spel van mistige esoterische synthtonen ingekaderd in een spacey atmosfeer die de rest van de volle acht minuten van de song wordt aangehouden. De instrumental ‘Paranoise’ doet dan weer iets met Afrobeat en krautrock en doet dat goed; terwijl afsluiter ‘Raw Optics’ freakfunk geniaal laat blenden met hun vintage garagerock. Deze plaat laat het manische, intense van de band perfect samengaan met hun meer psychedelische, grenzen opzoekende kant. En daarom heel erg vooraan gestoken onder de sectie ‘(Thee) Oh Sees’ in onze platenbak.

tekst:
christophe vanallemeersch
beeld:
Thee_Oh_Sees_ORC
geplaatst:
vr 19 jul 2019

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!