728x90 MM

Obsidian

Het is donker. Echt donker. Geen lichten, geen kaarsen. De sfeer zit goed. Dromerig. Buitenaards ook. Dat laatste is de verdienste van Josh Graham, de man die eerder onder meer werkte met Red Sparowes, Battle Of Mice, Tribes Of Neurot, Jarboe en Tombs. IIVII is zijn soloproject waarmij hij duidelijk de harten heeft veroverd van de Consouling-familie. Na ‘Colony’ en ‘Invasion’ is ‘Obsidian’ al zijn derde plaat als IIVII en allen verschenen op het Gentse label. De bevreemdende en tegelijk futuristische soundscapes passen dan ook perfect binnen het rooster. Graham is daarenboven een begenadigd visueel artiest. Dat zorgt er niet alleen voor dat zijn hoezen er heel mooi uit zien. Dat zorgt er tegelijk voor dat elke show een ware belevenis wordt waar het publiek niet alleen wordt ondergedompeld in zijn tot de verbeelding sprekende muziek, maar ook wordt meegenomen op een visuele trip. ‘Obsidian’ staat wel los van de twee eerdere albums, die nogal sciencefictiongericht waren. Het is namelijk een herwerking van zijn score voor de documentaire ‘Mother! The Downward Spiral’ die handelde over wat er achter de schermen gebeurde tijdens het maken van ‘Mother’, een film van Darren Aronofsky. Toch ligt de muziek uiteindelijk in het verlengde. Eenzaamheid, het zich oncomfortabel voelen, afzondering: het zijn gevoelens die net zo goed tijdens een ruimtereis gelden als tijdens het maken van een niet voor de hand liggende film. Vijf nummers over een half uur muziek die wel wat invloeden van ambient in zich draagt maar meer is dan dat. Daarvoor is het klankenpalet veel te breed, precies omdat Graham zijn eigen ding doet en zich niet aan bepaalde conventies wenst te houden. Het blijft donker en atmosferisch. Er is geen licht aan het einde van de tunnel. Dat is ook niet het geval op het debuut van Bolt Ruin. Donkere, heel donkere elektronische muziek met gefragmenteerde beats, de energie van de punk, de punctualiteit van naar klassieke muziek neigende structuren. Zes nummers staan er op de plaat (vinyl dus), die de sfeer proberen te vatten van verval, van verlaten fabrieksterreinen waar niets meer wil groeien of bewegen, tenzij op eigen risico. De sfeer zit goed, de beats evenzo. Brecht Linden zal het graag horen dat hij zijn naam wordt genoemd tegelijk met die van Ben Frost en Forest Swords. Dat is misschien nog net iets te hoog gegrepen qua vergelijkingspunten, maar hij staat nog maar aan het begin van zijn carrière natuurlijk. De samples, heel wat veldopnames maar ook stemmen (‘Pilentze Pee’ is opgebouwd rond een sample van Le Mystère Des Voix Bulgares ) vullen de muziek goed aan, wat het album tot net zo’n leuke trip maakt als degene die Graham in elkaar heeft gezet. Iets breder van pallet misschien, maar minstens zo intrigerend. Dat op ‘Disperish’ de cello van de hand van Dialect is, die op het label Dense Truth van voornoemd Forest Swords zit, is meer een weetje dan essentieel om te genieten van dit album.

tekst:
Patrick Bruneel
geplaatst:
vr 11 feb 2022

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!