728x90 MM

Mirakler

In recensies van vorige Moskusplaten (zie GC #113, 122 en 136) werd al ruimschoots ingegaan op de ellenlange cv’s van de drie jongelingen, die voor elke dag van een week een ander project hebben. Belangrijker is het parcours dat ze als trio afgelegd hebben. Wat begon als een relatief conventioneel pianotrio dat sterk verankerd was in de Europese traditie en vooral inzette op compositie en sfeer, is in de loop van vier albums uitgegroeid tot een veel eigenzinniger, experimenteler geluid. Bassist Fredrik Luhr Dietrichson bedient zich nog altijd enkel van zijn rechtopstaande bas, maar pianiste Anja Lauvdal en drummer Hans Hulbækmo halen er intussen ook vibrafoon, zaag, orgel en een reeks synths bij. Doe daar nog eens de opvallend beperkte duur van de stukken bij (amper vijf van de dertien halen de drie-minutengrens), en alles is in stelling gebracht voor een muzikaal kladblok vol bonte kleuren. Ze raken soms nog aan de sound van de begindagen, maar combineren dat dan met zeurende geluidjes, schuifelende ritmes en subtiel storende texturen. Er passeren elementen die zo weggeplukt lijken uit de eeuwenoude traditie, maar ze krijgen dan een nieuw, frivool kader. Soms klinkt het iets té gefragmenteerd, want vooral de tweede albumhelft voelt soms aan als een serie van ideeën, onderontwikkelde schetsen die hadden kunnen uitgroeien tot iets met meer substantie. Toch zijn het ook de details – een melodie die door je hoofd blijft spoken, een verrassend sensuele baslijn – die soms het verschil maken. Met ‘Mirakler’ heeft Moskus een intrigerend zijspoor aangeboord. Het komt er enkel op aan om niet verloren te lopen in een fantasiewereld van intrigerende, maar weinig om het lijf hebbend bricolagewerk. Gezien hun vlekkeloze parcours krijgen ze nog het voordeel van de twijfel.

tekst:
Guy Peters
beeld:
Moskus_Mirakler
geplaatst:
wo 21 nov 2018

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!