Mind The Gap #145

Na de vorige, knoertharde rock-MTG, is er nu genoeg plaats voor bezinning: zo is er plek voor overdonderend minimalisme, een Antwerpse concertregistratie van een droevige fluitcompositie en een muzikale vertolking van jakobsladders. Maar met een euforisch stuiterballied en een intens keukenkruid, is er nog genoeg om van wakker te schrikken.
Mind The Gap 151

1. Marta De Pascalis
Arena Void

Sonus Ruinae
(Morphine Records)
Het intussen tot fijnproeverslabel uitgegroeide Morphine Records blijft album na album verbazen met de artiesten die het weet te vinden. Tapeloops en synthesisers. Meer heeft de Italiaanse Marta De Pascalis niet nodig om indruk te maken. ‘Sonus Ruinae’ is een wondermooie collectie hypnotiserende drones met ‘Arena Void’ als een van de uitschieters.

2. Thoom
Large Fly

Pork
(Career Whore)
Een repetitief en eindeloos ritme omarmt de waanzinnige diversiteit die Thoom op ‘Large Fly’ etaleert. Een voorproefje van haar album ‘Pork’, dat de oude industrial-invloeden probeert af te schudden, maar waarvan kleine details steeds doorstromen. Net zoals ze haar Arabische achtergrond niet altijd even hard wegduwt. Een eigenzinnige plaat die een nieuwe invulling geeft aan het idee ‘singer-songwriter’.

3. Oliver Coates
Caregiver part 5 (money)

skins n slime
(RVNG Intl.)
‘Componist van filmmuziek’, zegt je favoriete zoekmachine. Maar ook cellist en producer. Geen onbekende naam meer die ook al met de grotere artiesten heeft mogen samenwerken. Op ‘skins n slime’ bouwt Coates aan een dromerige en tot ontroering brengende soundscape waarbij ‘Caregiver part 5 (money)’ je haast doet bezwijken onder de aanzwengelende kracht van zijn met elektronica opgetrokken cellogeluid.

4. Dolphy Kick Bebop
Some Thoughts On Nothingness

Briefvisit
(WV Sorcerer Productions 巫唱片)
Een psychedelisch rockmonster struint door schimmige steegjes in Hangzhou – niet voor niets wordt de groep Dolphy Kick Bebop vergeleken met de tot protestband verworden Tsjechische groep The Plastic People of the Universe: er komt een vergelijkbare energie voort uit de noisy gitaren, de krassende viool, de maniakaal piepende sax en het panische druppelen van een klokkenspel.

5. Al Nather
Bil 3asaya

irsh: did you mean irish
(irsh)
De Palestijnse hiphopproducer Al Nather is, als oprichter van BLTNM, een spil in de Ramallah-rapscene. Hij kreeg met ‘Bil 3asaya’ een plekje op de irsh-compilatie, een verzamelaar samengesteld door ZULI en Rama. Als vermaard producer speelt hij onder meer met het verknippen van geluidsopnamen tot stemcollagebeats, is soms zelf rappend te horen, en verweeft traditionele muziek met hedendaagse elektronica. Zeker van dat laatste is sprake op deze MTG-track, die door de opklimmende melodie en de diepe dreunbeats niet in een actiefilm zou misstaan.

6. Anna Von Hausswolff
Dolore di Orsini

All Thoughts Fly
(Southern Lord)
Wie ‘Anna von Hausswolff’ zegt, denkt al snel aan overweldigende en loodzware rockepossen. Maar op dit nieuwe solowerk trekt Von Hausswolff verrassend genoeg haar orgel onder het deken van zware gitaren vandaan, om ruimte te laten voor bezinning: op ‘Dolore di Orsini’ (‘Orsini’s pijn’, genoemd naar de bouwer van het kasteel dat het park waar de albumtitel aan refereert huisvest) is de zwaarmoedigheid nog steeds aanwezig, maar die Von Hausswolff-karaktertrek lijkt op solo-kerkorgel nog indringender dan voorheen.

7. Mary Jane Leach
Dowland’s Tears for solo flute and nine accompanying flutes (Manuel Zurria / Jan Daelman)

Live at Bach To The Future, Vleeshuis, Antwerp, 30/09/18
(A Sound in Motion Production)
Gekoppeld aan de Landoverlopersspecial rondom Antwerpen, is op deze Mind the Gap een concertopname uit deze stad te horen. Het Bach to the Future-festival bood onder meer plek aan Mary Jane Leach, wiens nummer ‘Dowland’s Tears’ door Koen Vandenhoudt van Sound in Motion aldaar werd opgenomen. Het is een dromerig, slepend, maar verdrietig nummer: de tranen uit de titel verwijzen niet voor niets naar de droeve muziek van renaissancecomponist John Dowland, wiens luitstukken de inspiratie vormden voor Mary Jane Leach’s fluitstukken op het in 2018 verschenen (F)lute Songs. Manuel Zurria, die voor dat album de partijen inspeelde, was er in Antwerpen op tape bij, terwijl Jan Daelman live solofluit speelde.

8. Maarja Nuut & Ruum
Cloths of Heaven

World Inverted
(Õunaviks)
De uit Estland afkomstige violiste en zangeres Maarja Nuut maakt met Ruum (die de elektronica verzorgt) dromerige folkmuziek. Nu treedt meer dan voorheen de pruttelende, verstilde elektronica op de voorgrond, die Nuuts subtiele zangpartijen in een wolkendeken lijken toe te stoppen. Nuuts kracht zit in haar durf om door minimalisme vooral te focussen op de ritmiek in haar zanglijnen, daarmee bijdragend aan de dromerige sfeer. Op dit nummer vertolkt ze het gedicht ‘Aedh Wishes for the Cloths of Heaven’ van W. B. Yeats.

9. Drew McDowall
Agalma IV (ft. Robert Aiki Aubrey Lowe)

Agalma
(DAIS)
Drew McDowall behoeft allang geen introductie meer. Als lid van Coil is hij van zo’n immense invloed geweest op de elektronicascene dat jonge namen staan te glunderen van plezier als hij met hen wil samenwerken. Het werk van Robert Aiki Aubrey Lowe (Lichens) staat ook al jaren met stip in de platenkast. Dus wanneer beide heren beslissen aan het werk te gaan, zou het stom zijn dat niet te delen. Eentje om van te genieten. Gans de plaat eigenlijk.

10. Mary Lattimore
Silver Ladders

Silver Ladders
(Ghostly International)
De Amerikaanse Mary Lattimore lijkt met een zachte, herhalende harpmelodie, de luisteraar haast (op een positieve manier!) in slaap te wiegen. Het vredig galmende titelnummer ‘Silver Ladders’ lijkt een verwijzing naar jakobsladders die wel eens boven zee te zien zijn. Wij kijken en luisteren stil mee, en dromen langzaam weg. Of is het stilte voor de (SUMAC-)storm?

11. SUMAC
The Iron Chair

May You Be Held
(Thrill Jockey)
Aaron Turner. ‘Nough said. Echt. Niet dat alles wat hij doet ons kippenvel geeft. Maar met SUMAC tipt hij toch aan die genialiteit die hij destijds in ISIS driftig tentoonstelde. ‘The Iron Chair’ is niet eens het langste nummer van ‘May You Be Held’, maar herbergt alles wat er gebeurt op die plaat. Voor als je eens murw geslagen wilt worden. SUMAC. Trouwens, ook als keukenkruid geniaal.

12. Lucrecia Dalt
Endiendo

No Era Sólida
(RVNG Intl.)
Met elke release dwaalt Lucrecia Dalt in een ander gebied van haar sonisch paradijs. Ditmaal weliswaar minder abstract dan ‘Anticlines’, maar ook mijlenver verwijderd van de popsongs in haar Barcelona-periode. Dat onverwachte, die tegendraadsheid, dat is wat haar zo boeiend maakt. Geen enkele song doorgrond je meteen. Laagjes en hooks die je soms pas weken later plots hoort. Haar stem als extra instrument. ‘No Era Sólida’ is niet anders. ‘Endiendo’ als voorbeeld van haar experimenteerdrift.

13. Rui Ho
Exodus ’12

Lov3 & L1ght
(Planet Mu)
De in China geboren, maar sinds vier jaar in Berlijn werkzame Rui Ho, bracht verscheidene ep’s uit op Planet Mu, stond ook al onder meer op Sonic Acts, en komt nu op haar langverwachte debuutalbum met een absolute popkraker op de proppen. En het opmerkelijke van het nieuwe album is dat Rui Ho voor het eerst zingend te horen valt: het heeft haar een tijd gekost om zich met haar eigen (diepe en lage) stem te identificeren, maar de vervrouwelijking van haar stem tijdens haar transitie inspireerden om uiteindelijk achter de microfoon plaats te nemen. Het hier te horen nummer, een euforisch stuiterballied met luchtig oorwurmmelodietje, gebouwd rondom de in het lied terugkerende zinsnede ‘watch me go for miles’, is een herinnering aan het jaar dat ze uit China vertrok.

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!