Maarten Vos


Neoklassiek cellist Maarten Vos heeft ideeën genoeg voor zijn eerste album. De opnames staan gepland voor de zomer van 2015 want projecten met Greg Haines en Machinefabriek gaan voor.

©Jelmer de Haas - All Rights Reserved

©Jelmer de Haas – All Rights Reserved

Vos heeft het concept voor zijn debuutalbum al helemaal uitgedacht: Het wordt minimalistisch en met klassieke invloeden, maar vooral met het natuurlijke geluid van de cello in balans n in contrast met elektronische geluiden, het liefst van mijn eigen modulaire synth. Er komen echter nog steeds in hoog tempo nieuwe plannen bij. Plannen die hij opdoet tijdens zijn masterstudie Live Electronics, en tijdens de vele samenwerkingen die hij aangaat. De diversiteit aan artiesten met wie Vos samenwerkt is tekenend voor zijn veelzijdige beleving van muziek. Elke samenwerking komt op een andere manier tot stand en zorgt voor een andere invalshoek.

Greg Haines

In het kader van het Utrechtse festival Stekker in het Park werkte hij in 2013 samen met Tim Exile. We hadden elkaar nog niet eerder ontmoet en elkaars muziek nog nooit gehoord, maar we werden bij elkaar gezet. Tim is de samplekoning. Hij werkt met Reaktor (modulaire audiosoftware, mdj) waar hij zijn eigen instrumenten in heeft gebouwd. Hij kan daar hele orkesten in sampelen en daar had hij ook mij in gesampled. We hebben twee en een half uur gespeeld. Ik speelde in een bepaalde stijl en hij paste zich daar direct zo goed op aan, dat was echt te gek! In de dagen daarna hebben we elkaar eigenlijk pas leren kennen.
In de zomer van dit jaar kreeg Vos van Stichting Gaudeamus Muziekweek (een Utrechtse organisatie de eigentijdse muziek ondersteunt, mdj) de kans om samen te werken met een artiest naar keuze. Dat werd Greg Haines. Onlangs hebben we in Berlijn een album opgenomen. Dat was eigenlijk helemaal niet de bedoeling We waren aan het improviseren, met een aantal voorgeschreven composities waar ik enigszins rekening mee hield. Het album is behoorlijk elektronisch geworden. Net als op het album Greg Gives Peter Space, dat Haines met Peter Broderick maakte, zijn er op ons album veel dubinvloeden terug te horen. We hebben onze stijlen bij elkaar gegooid Of dat is gelukt en welke kant het opgaat Ik heb geen idee. (lacht) Het was een heel leuke week en het voelde heel los. Het voelde goed. We mailden vooraf veel heen en weer voordat we elkaar ontmoetten. De ideen lagen er al, maar uiteindelijk hebben we een groot aantal daarvan niet gebruikt. Ik had mijn cello en een aantal kleine synthesizers. Greg had zijn synthesizers, veel space echo en tape delays wat ik echt een te gek geluid vind die je op de plaat als ruis op de achtergrond hoort. Sommige dingen zijn vanuit het niets ontstaan. Soms moet er dan nog wel wat aan gebeuren Alle zeven nummers die nu gereed zijn hebben we in drie dagen gemaakt.

Bach

Zo gevarieerd als zijn samenwerkingen, is ook de muziek waar hij naar luistert. En hij luistert veel: De hele dag door, altijd als ik op straat loop. Het psychedelische popalbum Caramel van Connan Mockasin was volgens Vos d plaat van 2013. Tegelijkertijd kan hij genieten van de muziek van Bach: Ik geloof niet in God, maar ik kan me wel voorstellen dat hij alles in dienst van God heeft geschreven. Ik voel er wel iets bij, bij Bach Ik houd er echt van, om te luisteren en om te spelen, vooral de zesde suite vind ik heel mooi. Maar, vult hij meteen daarop lachend aan, met de Matthus Passion heb ik dan weer niets… die duurt veel te lang!
Dat is niet omdat hij vindt dat een muziekstuk een beperkte tijdsduur moet hebben; het heeft eerder met zijn karakter te maken. Vaak als ik naar concerten ga, ben ik degene die steeds naar het rookhok loopt. Misschien ben ik te verwend qua concerten, omdat ik er zo veel heb gehoord en gezien. Toch ben ik van jongs af al onrustig van binnen. Als ik zelf muziek maak moet ik me z concentreren dat ik daar uren mee bezig kan zijn. Het is zelfs zo dat als ik me ziek voel en cello ga spelen, ik me al gauw beter voel. Dat doet me echt heel goed.
Zoiets is ook niet verwonderlijk als muziek zon grote rol speelt in iemands leven. Vos komt uit een muzikaal gezin, waar studeren haast gelijk staat aan het conservatorium. Hij speelt cello vanaf zijn vijfde jaar, en na zijn cello-opleiding is Vos begonnen aan de master Live Electronics aan het Conservatorium van Amsterdam. Daar bedacht ik dat ik echt een eigen liveshow met cello en elektronica wilde maken. Als ik die master niet was gaan doen, zou ik nu Bach-suites spelen in het klassieke circuit. Het werken met artiesten als lafur Arnalds en Kyteman heeft me een andere kant op geleid, en nu maak ik met heel verschillende artiesten heel verschillende muziek.

Nuchter

Vos is zorgvuldig op zoek naar de perfecte toon. Op synthesizers speel ik altijd veel legato, net als op de cello. Ik ben heel erg op het geluid gericht, op hoe het klinkt. Ik kan uren met de klank van n toon bezig zijn. Op die manier ben je ook wel met muziek bezig, met alleen maar aan die knop draaien, om het mooist mogelijke geluid uit die synthesizer te krijgen. Het lijkt me geweldig als ik zon Eurorack (modulaire synthesizer, mdj) mee kan nemen op het podium, thuis gepatched. Het blijft natuurlijk wel een celloconcert. (lacht). Nou ja, het grootste aspect blijft de cello. Omdat ik daar tot nu toe het mooiste geluid uit kan krijgen en de beste techniek in heb. Dit (wijst naar een afbeelding van de Eurorack) wil ik net zo goed kunnen spelen als de cello en dan die combinatie maken! Volgens mij kunnen die twee samen een te gek geluid maken, echt mooie muziek voortbrengen. Een modulaire synth klinkt zo van deze tijd. Je kunt er geluiden mee maken die je nooit met andere apparaten kunt maken. Naar dat soort geluiden ben ik op zoek: natuurlijke geluiden, zoals de cello natuurlijk klinkt.
Met die perfecte tonen, combinaties van cello en effecten en geluiden in de software van bijvoorbeeld Max/Msp en Ableton, maakt Vos duistere muziek. Het is geen vrolijke muziek, helemaal niet zelfs. Maar ik word er vrolijk van, ook van sombere muziek. Daar kan ik geluk en energie uit halen. Ik luister dan ook graag naar Schnittke en niet naar Strauss. Het is ook vooral s nachts dat ik leef. Er is iets met muziek en nacht wat mij enorm aanspreekt.
Het duistere is vooral een beeld, zoals Vos vooral in beelden over zijn muziek denkt: Het is donker van de nacht en er komt veel licht bij, maar dat is niet per se daglicht, meer een ander soort licht. Geen maneschijn, helemaal niet! (lacht) Meer kleuren in het donker, heel moeilijk om uit te leggen. Als ik s nachts fiets, dan visualiseer ik de straat. Die is dan opeens oranje, terwijl ik niets heb gedronken! Dan probeer ik dingen in te vullen voor mijzelf; het heeft met fantasie te maken. Ik ben altijd al dromerig geweest Ik probeer vanuit mijn gevoel iets te maken.

Spanningsboog

Het vinden van evenwicht tussen de natuurlijke cello en de elektronica is waar het Vos om gaat. Een dergelijke balans vindt hij in de stukken van Messiaen, waar met de ondes-Martenot (een van de vroegste elektronische muziekinstrumenten, red) wordt gewerkt, en op het album UTP_ waar Alva Noto en Ryuichi Sakamoto samenwerken met het Ensemble Modern.
Hij wil een situatie bereiken waarin mensen echt aan het luisteren zijn. Hij wil muziek maken waar je niet doorheen kunt praten. Ik wil een zittend publiek bereiken, maar ook mensen die dat niet gewend zijn, die misschien ook stil gaan staan of zitten, en als ze weglopen maak het ook niet uit. Echte luistermuziek. Het hoeft niet heel moeilijk te zijn Ja, voor mezelf wel, maar niet voor de luisteraar.
Structuur is daarbij een hulpmiddel. Er komt wel een dromerigheid in mij op waar ik mezelf ook helemaal in kan verliezen als ik ga improviseren op mijn cello. Toch probeer ik dat tegenwoordig ook te voorkomen. Ik wil het niet te dromerig maken; het moet een product worden, er moet wel structuur in zitten. Dat maakt de spanningsboog interessanter. Als ik het zou maken zoals ik over straat loop, zou het heel anders worden dan dat ik denk dat het moet worden!


Dit artikel verscheen eerder in GC #124.

Koop deze editie in onze webshop!

Reacties