Kaap Schermer


Een tijdje geleden stuurde een vriend me de stellingen die bij een proefschrift zaten. De dissertatie ging over pijn op de borst, maar een van de stellingen luidde: ‘Het behandelen van psychiatrische aandoeningen kan leiden tot kwalitatief minder aanbod in de platenzaak.’ Eindelijk rechtvaardiging voor de ‘idiote’ muziek waar ik volgens vrienden naar luister!

Het is opzettelijk provocerend gesteld natuurlijk – het was dan ook stelling nr. 10, de traditionele ‘schertsstelling’ – en er staat niet dat liefhebbers van goed gesorteerde platenwinkels eigenlijk vinden dat mensen psychiatrische zorg zou moeten worden ontzegd, dus misschien moet ik er niet te zwaar aan tillen (of is het bedoeld als een variant op ‘je hoeft niet gek te zijn om hier te werken, maar het helpt wel?’). Hoe dan ook, meer dan eens heb ik artiesten horen beweren dat ze hun beste werk maakten juist toen ze er het slechtst aan toe waren. Dat ging vaak over drugsexcessen, maar het lijdt weinig twijfel dat middelenmisbruik vaak hand in hand gaat met sociale druk en mentale problemen. De Engelse stichting Help Musicians UK publiceerde in 2016 een onderzoek gehouden onder 2.200 muzikanten waaruit bleek dat een creatieve carrière ‘emotioneel uitputtend, financieel rampzalig en interpersoonlijk belastend kan zijn.’ Maar liefst 71% had angst- en/of paniekaanvallen gehad en 68,5% had geleden aan depressies. “Muziek helpt, een muziekcarrière niet,” was de passende samenvatting.
Dat terwijl het aan de andere kant van het podium juist zo therapeutisch kan zijn. Muziek helpt luisteraars door moeilijke tijden heen, vaak zelfs beter als de worsteling met het leven er in doorklinkt. Het vertelt mensen dat ze niet alleen zijn, geeft ze het gevoel te worden begrepen. Soms kan het inzicht geven in de geest die juist niet meer herkenbaar is. Ik kom soms in het Amsterdamse Outsider Art Museum, dat werk tentoonstelt van kunstenaars die buiten de conventionele kunstbegrippen en -wereld opereren, niet zelden vanwege psychische problemen. Veel ervan is beklemmend en fascinerend, vaak herkenbaar aan obsessieve aandacht voor minuscule details, en ook bevrijdend, omdat de noodzaak om te proberen de kunst te begrijpen eigenlijk ontbreekt.
Herkennen zonder begrijpen is iets waar ik soms ook in mijn werk mee heb te maken, in de vorm van beeldherkenning middels ‘deep learning’. Een soort patroonherkenning op steroïden, iets dat verbluffend goed werkt – zonder dat de software ook maar begrijpt wat hij ziet. Deep learning wordt tegenwoordig overal toegepast, ook in de psychiatrie, waar een curieus soort symmetrie ontstaat. In de computationele psychiatrie stelt men behandelingen op middels deep learning-software die niet eens pretendeert iets te begrijpen van de geest die het reguliere psychiaters maar matig lukt wel te doorgronden. Dat klinkt interessant, maar het procedé ‘denkt’ uiteindelijk alleen in vaststaande categorieën, die door diezelfde artsen zijn bepaald. Nuance is niet iets waar computers goed in zijn. Patiënten komen zo toch weer in hokjes terecht. Minstens zo problematisch: voor de noodzakelijke data zouden patiënten eigenlijk constant moeten worden gemonitord. Is behandeling belangrijker dan privacy? En blijft dat beperkt tot patiënten? Het Amerikaanse bedrijf Mindstrong werkt aan een algoritme dat taalgebruik en smartphonegedrag, zoals de snelheid waarmee je scrolt, correleert met symptomen van depressie. Verwachten ze dat mensen dat zelf gaan installeren – een soort psyche-fitbit – of hopen ze te worden gekocht door Facebook? Daar hebben ze namelijk laten weten ook aan levensreddende algoritmes te werken. Maar hoe bemoedigend is dat, komend van een bedrijf dat zegt zelfmoorden te willen voorkomen, terwijl het ook aan adverteerders meldt te kunnen bepalen wanneer teenagers zich onzeker of waardeloos voelen. De Nederlandse regering, intussen, zet onverminderd in op zelfredzaamheid en mantelzorg, waarmee ze passende geestelijke zorg vooral onbereikbaarder maken voor diegenen die het juist het hardst nodig hebben. Als iemand daar oprecht iets aan zou doen, neem ik van harte genoegen met dat slechtere muziekaanbod.


Dit artikel verscheen eerder in GC #145.

Koop deze editie in onze webshop!

Reacties