Jeroen Jongeleen
Tekstfragmenten op borden, doeken en muren: Jeroen Jongeleens ‘The Street As A Forum For Democracy’ oogt nogal low-tech. Toch fungeert de reeks kunstwerken als een prikkelend alternatief voor het verbubbelde internet. Kan de openbare ruimte ervoor zorgen dat je alsnog met andere meningen in contact komt?
‘Ik miste het engagement in mijn straatbeeld en besloot het zelf terug te brengen’
De afgelopen jaren kwam ik de kunst van Jeroen Jongeleen (1967) diverse keren tegen en altijd speelde de openbare ruimte daar een rol in. Hij werkt al bijna drie decennia in de publieke ruimte, die hij als een hybride ziet van een atelier en tentoonstellingsruimte.
‘Eind jaren 1970, begin jaren 1980 ging er een vlammetje bij me branden door de activistische muurteksten uit de punktijd. Die waren erg gericht op sociaal onrecht en het doorgeven van boodschappen in de openbare ruimte. In 1983 haakte ik met m’n spuitbus aan bij de hiphopcultuur. Maar die werd me uiteindelijk te orthodox aan regels en hierarchie hangend, en haast alleen nog maar gericht op vormgeving en kalligrafie. Ik miste de sociale betrokkenheid; daarom nam ik eind jaren 1980 afscheid van de graffiti. Halfweg de jaren 1990 maakte ik kennis met de geschiedenis van de avant-gardekunst. En onder meer geïnspireerd door dada, de situationisten en conceptuele kunst begon ik toen mijn eigen pseudo-activistische muurteksten en stickercampagnes op te zetten. Het engagement moest weer terug in het straatbeeld.’
Gentrificatie
Op het eerste gezicht is het nogal een stap van de straat naar de algoritmes en andere technologische ontwikkelingen die centraal staan tijdens FAKE ME HARD. Tijdens de expositietak van het programma toont Jongeleen een selectie (gedocumenteerde) werken uit de doorlopende serie ‘The Street As A Forum for Democracy’. Het gaat om citaten die zonder enige bronvermelding getoond worden, maar die afkomstig zijn van nieuws- en opinieartikelen op de sites van onder meer ‘New York Times’, ‘Huffington Post’ en ‘The Guardian’.
De tekstfragmenten zijn te zien op spandoeken, gebouwen en borden, want Jongeleen plaatst deze als graffititeksten op verschillende plaatsen in en rond zijn woonplaats Rotterdam. Jongeleen maakt foto’s van zijn werk op straat, die hij vervolgens in expositieruimtes toont. ‘De teksten zijn allemaal googlebaar: dan kom je uit bij het oorspronkelijke artikel en het besproken onderwerp. Het is geen must, maar het zou mooi zijn als mensen actief op zoek gaan naar die achterliggende bronnen, als ze de fragmenten in de stad hebben gefotografeerd of tijdens een expositie zien, en zo in de onderwerpen van de artikelen duikelen.’
In sommige gevallen lijken de aangebrachte teksten de eigenaars van de ondergronden maar weinig te kunnen schelen. Zo bracht Jongeleen ‘How A Modern Democracy Collapses’ aan op een aanhangwagen die op verschillende plaatsen in de stad te zien was. De tekst begon vrij letterlijk een eigen leven te leiden, ook omdat verschillende mensen foto’s ervan namen en deelden op sociale media.
‘Op een gegeven moment kwam die kar – met die tekst er nog steeds op – pal naast een omgeving die sterk onderhevig is aan gentrificatie terecht. Toen is er een poging gedaan om de kar schoon te maken, want de kopers van die dure huizen willen natuurlijk een opgeruimd uitzicht. Dat is meestal de vooraankondiging van gentrificatie: dat de lokale overheid ervoor zorgt dat alles aan de buitenkant strak schoonpoetst wordt. Maar ik zie liever een open en laagdrempelige stad voor iedereen en niet alleen voor hen die het kunnen betalen.’
Zijn ingrepen brengen toch enig risico met zich mee. Jongeleen doet er weliswaar niet al te schimmig over dat hij achter dit werk zit, maar blijft toch voorzichtig: ‘Ik heb liever geen boetes of ander gedoe. De telefoon gaat ook op vliegtuigstand.’
Verbubbeling
De stad – in algemenere, brede zin, maar ook specifiek Rotterdam – wordt steeds minder een openbare ruimte en juist veel meer een lappendeken van individueel en zakelijk bezit. Op een vergelijkbare manier fragmenteert het internet, waarop mensen verstrikt raken in hun eigen door data gevoede bubbels, van extreemlinks tot -rechts en alles daartussen; om nog maar te zwijgen van complotdenkers.
‘Al die groepen krijgen alleen berichten te zien die aansluiten bij hun eigen standpunten. Daardoor neemt de onderlinge solidariteit sterk af, en daarmee de bereidheid om samen serieuze problemen te onderkennen: van corona tot de doorgeschoten huizenprijzen en woningnood voor een groeiende onderlaag.’
Maar Jongeleen is zich er tegelijkertijd goed van bewust dat ook ‘The Street As A Forum For Democracy’ op basis van een bubbel ontstaat: ‘Eigenlijk is de serie ook een zelfportret, gevoed door mijn eigen online surf- en leesgedrag. Vroeger las ik de krant, nu open ik ‘s ochtends mijn Facebook om te kijken welke interessante nieuwe artikelen er zijn verschenen, over de grote thema’s van onze tijd. Denk aan klimaatverandering, het gehoopte einde van het neoliberalisme of de opmars van extreemrechts. Daaruit oogst ik dan interessante fragmenten.’
De teksten zijn ingrepen in de gentrificatie van de stad. Jongeleen creëert een moment van kortsluiting in de beleving, bewegend tussen winkelgevels en opgeknapte panden. De vaak mysterieuze of anderszins prikkelende teksten ontregelen de steeds gladder getrokken stad, al is het maar voor even, of het nu gaat om het wat abstractere ‘Let’s not have to say in the fall we wish we’d done more in the spring’, tot het heel concrete ‘Berlin freezes rents for 5 years in a bid to slow gentrification’.
De vorm kent toepasselijk genoeg een nogal subversieve inspiratiebron: ‘In 1990 hadden gevangenen de Strangeways-gevangenis in Manchester gekaapt; dat was toen volop in het nieuws. Ze zaten op de daken en gaven hun boodschappen door aan de buitenwereld met grote borden.’ In zekere zin biedt Jongeleens werk ook een soort ontsnapping. ‘Zeker nu iedereen online in zijn eigen bubbel opgesloten zit, kan de openbare ruimte de mogelijkheid bieden om in contact te komen met andere meningen dan de jouwe.’
Opvallend genoeg lijkt de titel van de serie ook te verwijzen naar een partij die ver buiten Jongeleens eigen bubbel valt. ‘Ik begon met deze serie rond de tijd dat Forum voor Democratie een grote winst boekte tijdens de Provinciale Statenverkiezingen van 2019. De naam van die partij klinkt uiteraard door in de naam van de reeks kunstwerken, maar omdat ik voor het Engelse ‘Forum For Democracy’ heb gekozen is er in mijn eigen beleving toch nog enige afstand tussen die twee. In zekere zin claim ik die naam terug van een partij die weinig democratisch is. Maar de stad is evenmin een democratisch forum wanneer die dichtgetimmerd is met wetten en algemene politieverordeningen. Ik voer dus eigenlijk een dubbele strijd.’
Reacties