Camille Henrot


Kunstenaar Camille Henrot (Parijs, 1978) heeft een stevig, divers oeuvre opgebouwd. Het Middelheimmuseum (Antwerpen) vestigt nu de aandacht volledig op haar sculpturen, die even sterk beïnvloed lijken door de barok als door tekenfilms. Met die hybride stijl behandelt ze actuele thema’s als de klimaatcrisis, die door haar vergeleken wordt met een postnatale depressie.

‘Ik zie sculpturen nog steeds als vervanger voor de moeder.’

Multidisciplinair kunstenaar Camille Henrot is misschien nog het meest bekend van haar videokunst; specifiek ‘Grosse Fatigue’ (2013), dat destijds een grote hit was op de Biënnale van Venetië. Tegelijkertijd voelt ze een sterke band met sculptuur, een medium dat bijna het tegenovergestelde van film is: ‘In mijn vroege jeugd bezocht ik elke vakantie een privékunstcollectie. Ik vond de sculpturen fantastisch en dacht: als ik toch eens met dat standbeeld zou kunnen praten. Voor kinderen hebben zelfs kleine voorwerpen een enorme waarde. Misschien begon mijn liefde voor objecten wel met de briefkaarten die ik als kind verzamelde.’

Bevriezen

Wat Henrot aan het medium aantrekt, is dat sculptuur beweging kan bevriezen. Dat is heel anders dan video, dat echt berust op het verstrijken van tijd, onder meer wanneer het aankomt op het tonen van beweging. Als beeldhouwer kun je die dynamiek niet letterlijk laten zien, maar moet je die suggereren. De overeenkomst: ‘Video en beeldhouwkunst passen beide heel goed bij de menselijke preoccupatie om de tijd te beheersen; om het verstrijken daarvan bij te benen.’ Maar er zijn natuurlijk wel verschillen in werkwijze: ‘Wanneer ik aan een film werk, heb ik het gevoel dat ik op eenzelfde manier communiceer als schrijvers dat doen. Mijn video’s zijn nog het meest verwant aan hoe je dromen tot je spreken. Mijn relatie tot het maken van sculpturen is veel kinderlijker. Ik zie beelden nog steeds als een soort vervangers, voor de moeder of een andere verzorger. Een beeld is een object dat voor je zorgt, maar het kan imponerend en zelfs gevaarlijk zijn. Het is trouwens interessant om te zien dat kinderen zowel superzachte dingen als wapens aantrekkelijk vinden: geweld en geruststelling vinden ze even interessant.’

In diverse eerdere exposities, waaronder een groot overzicht in het Parijse museum Palais de Tokyo (eind 2017-begin 2018), waren Henrots bronzen sculpturen ook al goed vertegenwoordigd. Daar werden ze evenwel vergezeld van de andere media waarin de kunstenaar werkt, waaronder tekeningen, schilderijen en natuurlijk video. Het Middelheimmuseum licht momenteel de sculpturale tak van haar oeuvre uit. Deze expositie, ‘Wet Job’, is niet alleen Henrots allereerste ‘pure’ sculptuurtentoonstelling, maar ook haar eerste grote solo in België: een dubbele primeur dus. Ze vertelt blij te zijn met die opzet: ‘Die beperking tot één medium zorgde wel voor een bepaalde opluchting. Als dit een expositie was geweest in een museale binnenruimte, zou ik waarschijnlijk wel geworsteld hebben met zo’n traditionele benadering, maar in een beeldenpark is er sprake van meer dan één medium: het landschap is zelf ook een sculptuur. Ik haal er ontzettend veel plezier uit om te zien hoe de setting van de kunstwerken verandert: het licht, de schaduwen en de wolken op verschillende momenten van de dag, maar er zijn natuurlijk ook de insecten en de dieren in de omgeving.’

Hybriden

Voor wie er nooit eerder is geweest: het Middelheimmuseum is geen traditioneel, ommuurd museum, maar een groot beeldenpark, gericht op moderne en hedendaagse kunst. Er staan onder meer sculpturen van verschillende grote namen als Hans Arp, Ossip Zadkine en Kenneth Armitage; kunstwerken die destijds heel erg nieuw waren en dat op sommige manieren nog altijd zijn, maar die inmiddels ook iets heel klassieks hebben gekregen. Als je niet beter zou weten, zou je op basis van haar bronzen sculpturen denken dat Henrot een tijdgenoot van hén was. Bij nadere inspectie zijn in haar ogenschijnlijk (modernistisch) klassieke sculpturen duidelijke invloeden te herkennen van tekenfilms en strips. Je herkent er soms de adapter van je computer in, of een gestileerd kolfapparaat; technologie is nooit ver weg. Een van de beelden, ‘No Message’ (2016), lijkt naar zijn telefoonscherm te staren. Al met al maken de figuren een hybride indruk: in verschillende mate lijken ze tegelijkertijd op mensen, dieren, planten en voorwerpen.

Henrot vertelt hierover: ‘Mijn interesse in hybride figuren komt wellicht ook voort uit tekenfilms, waarin alles altijd in iets anders kan veranderen. Dat was de reden waarom ik animatie ging studeren aan de kunstacademie. Daarnaast ben ik geïnteresseerd in mythologie en het vertellen van verhalen. De metamorfose is trouwens ook een klassiek thema in de barokke beeldhouwkunst, waardoor ik me graag laat inspireren; door Bernini bijvoorbeeld. Ook komt de hybriditeit voort uit enig politiek wantrouwen tegenover het idee van categorisering.’ Ik merk op dat ik een tekenfilmachtige invloed in Henrots beelden zie en dat beaamt ze. ‘Waarschijnlijk is er ook een relatie met film, gezien die animatiestudie. De kunst van de cartoon is dat je beweging analyseert om daar vervolgens een gefixeerd beeld van te maken. Je leert beweging te begrijpen door die stil te zetten.’ Dat is natuurlijk een opmerkelijke parallel met de beeldhouwkunst.

Objectenliefde

Nog een hybride aspect is hoe Henrot twee sculpturale benaderingen verenigt. Enerzijds is er de traditie van het bronzen of stenen beeld ‘uit één stuk’. In het Middelheimmuseum staan heel wat voorbeelden uit de moderne kunst, maar Henrot verwijst zelf nogmaals naar de door haar bewonderde barokke beeldhouwkunst. Tegelijkertijd zijn er gebruiksvoorwerpen in haar beelden te vinden – een spijkerbroek, gereedschap – wat doet denken aan de assemblagetraditie uit de moderne en hedendaagse kunst. ‘In het Louvre had ik een sculptuur gezien waarvoor brons en steen samen werden gebruikt. Dat wakkerde mijn verlangen aan om met brons te werken, en te ontdekken hoe ik dat met andere materialen kon combineren. Een aantal van mijn vroegere beelden die in het Middelheimmuseum te zien zijn, gaan uit van dat idee.’

Ze verwijst naar de reeks ‘Overlapping Figures’ (2011-2012). ‘Daarvoor combineerde ik bronzen vormen met gips, bakstenen en hamers. Het proces van het beeldhouwen en de gereedschappen die daarvoor gebruikt worden, krijgen hierdoor een plaats in het uiteindelijke kunstwerk. Een tijdje later begon ik stickers, briefkaarten en plexiglas in de beelden te integreren. Dat was lastig, gezien gevonden objecten uniek zijn en bronzen beelden reproduceerbaar. Daarom zocht ik een manier om brons en gebruiksvoorwerpen met elkaar in contact te brengen. Voor mijn grote installatie ‘The Pale Fox’, uit 2014, gebruikte ik onder meer bronzen vormen die gebaseerd waren op gevonden voorwerpen. Eigenlijk is dat kunstwerk een soort beeldententoonstelling op zichzelf; een verklaring van de wanordelijke, neurotische liefde die ik koester voor objecten.’

Klimaatdepressie

Gebruiksvoorwerpen zijn ook volop te zien in de grote blikvanger van ‘Wet Job’: ‘3, 2, 1 …’, een meer dan manshoog beeld van een moederkraai, met een cartoonesk uitvergrote traan langs haar wang. Onder haar ligt een flinke stapel afval en je hebt direct door dat die vervuiling oorzaak van haar verdriet moet zijn. Henrot – zelf ook moeder – vertelt hierover: ‘In feite wilde ik met dit beeld laten zien dat deze onderwerpen niet los staan van elkaar. De klimaatcrisis is inmiddels onderdeel van ieders leven. Denk er alleen al aan dat dit een van de heetste zomers ooit is. Postnatale depressie is een belangrijk thema van ‘3, 2, 1 …’. Die depressie is een overlevingscrisis, is verbonden met het vrezen voor je leven. De geboorte van je kind confronteert je op een directe manier met je angst voor de dood van je kind. Die angst verlaat je nooit compleet.’

Ook de klimaatcrisis is volgens Henrot een overlevingscrisis. ‘Je zorgen en angsten over de toekomst en gezondheid van je kind, deel je nu met alle andere ouders. Het is duidelijk dat je kinderen een veel moeilijker leven zullen hebben dan jijzelf. Welke verantwoordelijkheid draag je wanneer je een kind op de wereld zet dat gebukt gaat onder een crisis waarvan de gevolgen nauwelijks meetbaar zijn? Van die vraag kan ik echt wakker liggen. De enige manier waarop je daarmee kunt omgaan, is door een tijdelijke werkelijkheid te bouwen waar je even naartoe kunt vluchten, om daar je angst in actie om te zetten. Als je met klimaatverandering om wil gaan, moet je allereerst accepteren dat die daadwerkelijk plaatsvindt. Dat is extreem zwaar en leidt tot rouw om het milieu. Onder ogen zien dat de wereld zoals je die kent zal verdwijnen, is in die zin net zo zwaar als je realiseren dat je ooit zult sterven.’

Omsmelten

De semi-klassieke uitstraling van veel sculpturen, waaronder die van Henrot zelf, heeft op het eerste gezicht weinig met de actualiteit te maken: er wordt toch een moment bevroren, misschien wel voor de eeuwigheid. ‘Sculptuur is inderdaad het ‘medium van de dood’, zou je kunnen zeggen. Kijk maar naar mausoleums, sarcofagen en de waardevolle voorwerpen die in graftombes worden geplaatst. Tegelijkertijd vind ik dat de beeldhouwkunst geschikt is om turbulente maatschappelijke ontwikkelingen uit te drukken. Barokke beeldhouwkunst bijvoorbeeld kan de angst van oorlog en massaslachting vangen.’ Bovendien lijkt sculptuur voor Henrot helemaal niet zo’n onveranderlijk medium te zijn. ‘Ik vond het fascinerend om te ontdekken dat veel bronzen beelden de oorlog niet hebben overleefd, omdat ze omgesmolten werden tot kogels. Ik hou van het idee dat brons weer vloeibaar gemaakt kan worden en zo van gedaante kan veranderen.’


Dit artikel verscheen eerder in GC #171.

Koop deze editie in onze webshop!

Live

t/m 16/10-2022: Middelheimmuseum
t/m 02/10-2022: Salzburger Kunstverein (solo)

16/09/2022-26/02/2023: Edvard Munch Art Award

Reacties