Genetic

Balinese muziek in vertraging. Dat is wat je hoort op ‘Genetic’ van Dewa Alit en zijn ensemble Gamelan Salukat. Alit toont in één groots, half uur lang gebaar aan dat muziek uit Indonesië (en in dit geval Bali) geworteld kan zijn in traditie en zich tegelijkertijd in nieuwe richtingen ontwikkelt. Voor het ensemble heeft hij metalen slaginstrumenten laten bouwen volgens een stemmingssysteem dat afwijkt van wat op Bali gebruikelijk is, met elf in plaats van zeven tonen. Hiermee heeft hij de botsende en klotsende rijkdom aan boventonen van de Balinese gamelan exponentieel opgeblazen. Alles schuurt, wringt, beeft en bibbert boven de melodieën en samenklanken. Je hoofd golft onwillekeurig mee op de deining van die golvenweelde. Daarnaast zoekt Alit als componist naar nieuwe vormen binnen de mogelijkheden van het instrumentarium. Hij blijft natuurlijk gebonden aan de technieken waarmee het slagwerk en fluiten in het ensemble bespeeld worden, maar hij weet die optimaal uit te buiten. Terwijl Balinese gamelanmuziek de laatste honderd jaar flitsend snel en virtuoos geweest is, neemt hij een aantal stappen terug. ‘Genetic’ begint met spaarzame tonen in ongehaast tempo. Alit laat stiltes vallen, waardoor het metaal de kans krijgt om tinkelend en gonzend weg te sterven. Je hoort hoe de boventonen zich een voor een oplossen in de lucht. De muziek voltrekt zich over een lange boog, waarin een pauze valt voor de fluiten voor het eerst klinken. Dit is goed overdacht. Een genot voor oren die zich graag verliezen in heftig vibrerend gonzen en zoemen.

tekst:
René van Peer
beeld:
DewaAlitGamelanSal_Genetic
geplaatst:
vr 23 okt 2020

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!