Fairge

Ze is van vele markten thuis, maar sinds haar debuut ‘Solas’ (Touch, 2016) heeft deze Schotse celliste vooral faam gemaakt met elektronisch bewerkte orgelklanken.

Deze korte (net geen eenentwintig minuten) cd is de neerslag van haar optreden in de Amsterdamse Oude Kerk, eerder dit jaar, waar ze haar drie grote liefdes combineerde: cello, orgel en elektronica. De compositie werd na een studieronde, speciaal op maat gemaakt van het plaatselijke kerkorgel (bouwjaar 1965).

Op ‘Fairge’ (Gaelic voor oceaan) lijkt het heel even alsof Singer steeds dezelfde drie toetsten ingedrukt houdt. Gelukkig zwellen de boventonen snel aan, vermenigvuldigen ze, en worden we uiteindelijk verzwolgen in een meditatieve dreun, die uit veel meer melodieuze lagen blijkt te bestaan dan een eerste luisterbeurt prijsgeeft.

In een van de tonen menen we na verloop van tijd zelfs klagende stemmen te herkennen. Af en toe loert het minimalisme van Phill Niblock om de hoek, en dichter bij huis zit Frederik Croene soms op gelijkaardig terrein.

Het zijn wellicht niet de milieus die Singer graag frequenteert, maar ‘Fairge’ heeft evengoed sferische raakpunten met sommige composities van Hermann Nitsch, of die ene gesloten groef die volgens Boyd Rice moet afgespeeld worden tijdens het Einde Van De Wereld.

Maar je kan met een kerkorgel in een godshuis natuurlijk ook traditionele Verlossing afsmeken. In elk geval zal ‘Fairge’ geen enkele dreunliefhebber onverschillig laten.

tekst:
Peter Vercauteren
beeld:
ClaireMSinger_Fairge
geplaatst:
zo 12 jan 2020

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!