Een vrolijke onbeschaamdheid

Alexander Khubeev (RU, 1986) heeft de Gaudeamus Award gewonnen, de belangrijkste prijs voor jonge componisten. Dat werd gisteravond bekend gemaakt tijdens de afsluiting van de Gaudeamus Muziekweek in TivoliVredenburg, Utrecht.

Khubeev won de prijs onder andere met Ghost of Dystopia, een onttakelend totalitair muziektheater zonder woorden, en The Whisper of Phoenix, een uiterst ingetogen vioolsolo waarbij de snaren niet met de strijkstok maar met metalen vingerhoedjes worden aangestreken en -getokkeld. Ik heb alleen het eerste gehoord en gezien, maar afgaande op een eerdere opname van het laatste is het contrast inderdaad zo groot als je zou denken.
Wat beide werken gemeen hebben is dat je ze ook daadwerkelijk moet zien. Luisterend naar de opname van The Whisper laat het zich goed voorstellen hoe het publiek in een bij voorkeur halfduistere zaal de oren spitst om de kleine, watervlugge, slechts in de verte vioolachtige geluidjes te horen. Ghost of Dystopia, daarentegen, is een orgie van krasgeluiden in de theatermist, met in het midden een dirigent die met zijn vingers aan touwen vastzit en zo bij elke beweging met die touwen over glasplaten schraapt. Langzamerhand laten die touwtjes los. Khubeev zegt zelf dat er geen expliciete politieke boodschap in zit, maar er laat zich iets bij bedenken.
Sinds vorig jaar heeft Gaudeamus de opzet van de Muziekweek omgegooid: waar het vroeger een competitie was waarbij een stuk of twaalf composities uit een grote hoop inzendingen werden gekozen om mee te dingen, zijn er nu vijf genomineerden die drie stukken moeten aanleveren, waarvan één specifiek voor dit festival. Het is daarmee, nog meer dan voorheen, een soort masterclass in de vorm van een festival geworden, voorafgegaan door een serie workshops en lezingen onder de titel Gaudeamus Academy, met een ensemble in residence (dit jaar Slagwerk Den Haag) en met een belangrijke rol voor genomineerden van eerdere jaren. Om het in beleidsjargon te zeggen: Gaudeamus is de plek voor talentontwikkeling, waar November Music in Nederland het publieksfestival voor nieuwe muziek is. De bestuursvoorzitter van Gaudeamus noemt het een sfeer van ‘vrolijke onbeschaamdheid’.
Met die vrolijke onbeschaamdheid begint en eindigt het. Bij het openingsconcert wint genomineerde Mátyás Wettl (HU, 1987) het publiek voor zich met My former band, waarin de musici van Asko|Schönberg als een slecht straatorkest een melodietje vals en uit de tel moeten spelen, wat ze met grote gretigheid doen. Het festival wordt afgesloten met twee slagwerkers van Slagwerk Den Haag en de toetsenist van Kytopia, die een soort van analoog-digitale dj-set improviseren, terwijl dansers van Club Guy&Roni een artistieke versie van dansvloermoves maken. Verscheidene aanwezigen (o.a. ondergetekende) moesten zich inhouden om niet mee te gaan doen; later bleek dat dat eigenlijk juist de bedoeling was. Er kan nog meer vrolijke onbeschaamdheid bij.

Gezien: Gaudeamus Muziekweek, TivoliVredenburg en andere locaties, Utrecht, 9-13 september: www.muziekweek.nl

tekst:
Floris Solleveld
beeld:
Stefan-Prins-Generation-Kill-c-Anna-van-Kooij
geplaatst:
wo 23 sep 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!