
www.ipecac.com
Het duo Sleaford Mods smeedt het ijzer terwijl het heet is. ‘Chubbed Up +’ is nog maar vers van de pers, of er is al een opvolger, middels de compilatie ‘Retweeted’, die eerder werk van het plots heel hippe duo verzamelt. En dat is eigenlijk ook met deze ‘Chubbed Up +’ het geval, want er komen drie extra nummers bovenop de oorspronkelijke digitale plaat, die de opvolger was voor ‘Austerity Dogs’ uit 2013. Dat was hun zesde album onder de radar, en plots is daar die vonk naar het grotere publiek toe en wordt een band hip. Nochtans houden Sleaford Mods het voor zichzelf behoorlijk eenvoudig: rudimentaire elektronica en een neuzelaar die het midden houdt tussen John Cooper Clarke en Mark E. Smith (The Fall). Initieel was Sleaford Mods alleen Jason Williamson, die zijn sociaal geëngageerde protesten in postpunkriedels goot. Met het toetreden van Andrew Fearn vereenvoudigde de zaak. Die nam de samples en loops voer zijn rekening, waardoor Jason zich volledig kon toeleggen op zijn gedeclameerde teksten. Williamson houdt geen blad voor de mond, maar spuwt volop zijn onvrede met de hedendaagse maatschappij, die perfect wordt ondersteund door de deuntjes van Fearn. Het levert alweer een plaat op die dwingt tot luisteren. Dat is net zo goed het geval met ‘Geocidal’ van tétéma (inderdaad, met kleine letter). Het is het debuut van het duo Anthony Pateras en Mike Patton. Het vernoemen van die laatste naam zegt eigenlijk genoeg. Dit is een verzameling knotsgekke nummers die van de hak op de tak springen, een plaat die hotst en botst doorheen alle mogelijke muziekstijlen en verder dik wordt aangezet door de stemcapriolen van Patton, die zich volledig laat gaan. Pateras is een Australische componist en pianist met albums op Editions Mego en Tzadik en werk onder aliassen als Thymolphthalein en Pivixki. Voor ‘Geocidal’ nam Pateras anderhalf jaar de tijd, om in diverse steden telkens een deel van de instrumenten op te nemen, die dan pas met Pattons stem werden verrijkt. Beiden wilden een speciale, nauwelijks te vatten desoriënterende plaat maken en zijn daar zeer goed in geslaagd. De sfeer is bevreemdend, spookachtig, aliënerend en heftig en de plaat klinkt uiteindelijk als een op hol geslagen flipperkast. Zo gek als een deur en toch uitermate intrigerend. We zijn nog steeds op zoek naar het touw om er aan vast te knopen. Wat een bevredigende uitdaging is dit! Guano Padano zet extra in de verf wat een eclectisch label Ipecac eigenlijk is. Deze bende produceert namelijk een mix van surf en spaghettiwestern, waarin de geest van Ennio Morricone rondwaart. Het Italiaanse kwartet gaat aan de slag met literatuur (Cesar Pavese, John Steinbeck, John Fante, Ernest Hemingway) en voegt dit toe aan hun fascinatie voor het oude Amerika, geeft het allemaal een filmische draai en en voegt een vleug Calexico toe om een verlaten woestijngevoel op te roepen wanneer twee gekko’s vechten om een vergeten revolver. Het is en doordacht werkstuk dat in zijn eenvoud tot de verbeelding spreekt en van dit trio platen het makkelijkst verteerbaar is.
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op Tumblr te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Meer
- Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Reddit (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op Pinterest te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Pocket (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op Skype te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
Reacties