Arizona

Zeventien jaar was Henry Kohen, de jongeling die schuil gaat onder de naam Mylets, toen hij werd getekend door Sargent House. Met een bataljon effectpedalen, drumcomputer, gitaarloops en zijn stem. Live schijnt hij dat ook nog eens allemaal, zonder voorprogrammering, op zijn eentje te doen en toch weet hij dan zijn liedjes ten gehore te brengen. Op zijn negen nummers tellende opvolger voor het vorig jaar verschenen ‘Retcon’, doet hij het uiteraard eveneens alleen. Natuurlijk, wat hadden we gedacht van een kerel die deze muziek in zijn uppie op een podium weet voort te brengen. De grote stap voorwaarts tegenover het debuut is het feit dat er nu wél een lijn in zit. Het gaat niet meer om vallen en opstaan, maar om een grote overtuiging van eigen kunnen. De opener ‘Trembling Hands’ klinkt ietwat grungy, al is meteen duidelijk dat het geluid van Mylets vooral wordt gedomineerd door een stel fantastische gitaarloops. Het is het enige nummer dat die referentie oproept. De overige liedjes zijn gewoon dwarse gitaarrockers waarop ‘s mans emotioneel geladen stem prima tot zijn recht komt. Luister naar ‘Honeypot’ of ‘Ampersand’ en concludeer met ons dat deze jongeling veel volwassener klinkt dan van zijn leeftijd kan worden verwacht. In een nummer als ‘King Sleep’ kleurt hij buiten zijn eigen lijntjes en dat doet hij ook met de melancholisch klinkende afsluiter ‘Shark’. ‘Seven Seals’ en ‘Retcon’ zijn stevige rocknummers, die ons alleen maar versteld doen staan dat hij ze helemaal in zijn eentje verzint en opneemt. Het Noord-Ierse collectief And So I Watch You From Afar zet ons met de intro van hun vierde plaat ‘Heirs’ op een krakkemikkig been. ‘Run Home’ klinkt als versnelde progrock met een ‘io io io’-refreintje dat zo uit het tekstboek van The Police afkomstig lijkt. Of ze dat ook daadwerkelijk zo zingen, geen idee, het klinkt gewoon zo. Tien nummers namen ze op in Belfast, die als een bevreemdend soort postrock klinken en die injecties mathrock en progrock kregen toebedeeld om als het ware zo maf mogelijk op de luisteraar over te komen. In ‘These Secret Kings I Know’ klinkt ook de zang richting progrock, met een niet gecastreerde Rush-fascinatie. Het vooruitgeschoven ‘Wasps’ klinkt als geschifte stadionrock, maar dan van het soort met meezingkoortjes van ‘oooooooooo’ en dan hebben we al snel zoiets van: afmaken die bende. Daarna komen nog enige nummers voorbij die als een progrockversie van Godspeed You! Black Emperor klinken, in een versnelde versie, waarna opnieuw die Police-koortjes opduiken in afsluiter ‘Tryer, You’. Niet voor ons, deze plaat, we worden er humeurig van.

tekst:
Patrick Bruneel
beeld:
Mylets_Arizona
geplaatst:
ma 26 nov 2018

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!