Sigmar Polke: Chocolade & Alchemie

In 1973 maakt Bernd Jansen een portret van Sigmar Polke: hij ligt uitgestrekt op een Perzisch tapijt, behangen met een kralenketting en gehuld in een pythonhuid. Het slangenhuidpatroon is ook afgedrukt op de omslag van de catalogus van ‘Alibis’, de tentoonstelling die nog tot 5 juli loopt in Museum Ludwig in Keulen. Als een slang die telkens vervelt maar toch haar patroon behoudt, zo kun je het oeuvre van Polke het best omschrijven. ‘Alibis’ is een intrigerend chronologisch overzicht van Polkes werk.

Sigmar Polke (1941-2010) had moeiteloos een plekje kunnen innemen in Mario Praz’ essaybundel over de zwarte romantiek: ‘Het verdrag met de slang’. Het mysterieuze, de natuur, het verzet, de dood en alchemie spelen een belangrijke rol in Polke’s werk.
Enkele jaren geleden was er in de Hamburger Kunsthalle al een grote drieledige thematische tentoonstelling rond Polkes oeuvre ‘Wir Kleinbürger! Zeitgenossen und Zeitgenossinnen (We petty bourgeois! Contemporaries)’ waarin dieper werd ingegaan op zijn verhouding met zijn artistieke tijdgenoten, zijn plaats in de ‘pop’-cultuur en subculturen en ten slotte op de duidelijke subversieve politieke ondertoon in zijn werk. Voor de tentoonstelling in Keulen – de stad waar Polke studeerde, werkte en overleed – is gekozen om via zijn levensverhaal zijn kunst zelf, alsook de dwarsverbanden en terugkerende thema’s in zijn werk te belichten.
De titel ‘Alibis. Sigmar Polke (1963-2010)’ is dan ook treffend: hij was een artiest die zichzelf telkens opnieuw opnieuw uitvond wat materialen, technieken en vormen betrof en daarmee bleef verrassen, terwijl reflectie op de historische en actuele ontwikkelingen in het Duitsland van na de Tweede Wereldoorlog als een rode draad door zijn werk loopt. En humor. Zoals in het abstracte schilderij ‘Höhere Wesen befehlen: rechte obere Ecke schwarz malen!’ (1968): een eenvoudig canvas waarbij de in de rechterbovenhoek een zwarte driehoek is geverfd. Niet meer, niet minder. Satyrisch, maar ook verwijzend naar het etherische dat verschillende van zijn werken typeert.

Gerhard Richter

Sigmar Polke: Moderne Kunst, 1968 Acryl und Lack auf Leinwand 150 x 125 cm Sammlung Froehlich, Stuttgart Foto: © Archiv der Sammlung Froehlich © The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015
Sigmar Polke: Moderne Kunst, 1968
Acryl und Lack auf Leinwand
150 x 125 cm
Sammlung Froehlich, Stuttgart
Foto: © Archiv der Sammlung Froehlich
© The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015

Polke begon zijn carrière met wat vaak het Duitse antwoord op Pop Art wordt genoemd. Naast schilderijen met moiré patroon – refererend aan Roy Lichtenstein maar dan veelal monochroom of in donkere tinten wat een meer sinistere aanblik geeft – maakte hij schilderijen met haast fotografische afbeeldingen van sokken, hemden, koekjes, plastic gebruiksvoorwerpen, een reep chocolade of worsten, zoals ‘Mehl in der Wurst’ (1965). Of nog ironischer: ‘Der Wurstesser’ (1963) Hij reageerde op wat hij – als jonge kunstenaar – in zijn directe omgeving zag: het ‘Deutsche Wirtschafswunder’ en de dikke laag zelfgenoegzaamheid waarmee de Duitsers begin jaren 1960 de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog verbloemden.
Veel meer dan Andy Warhols iconische soepblikken is Polkes werk doordrenkt van subtiele ironie en zelfspot. Dat blijkt ook als hij in 1963 samen met Gerhard Richter, Konrad Fisher en Manfred Kuttner de nieuwe kunstbeweging ‘Capitalist Realism’ opricht, waarmee ze ingingen tegen zowel pop art als het toen heersende abstracte paradigma, zonder dat hij zelf het abstracte werk vaarwel zou zeggen.
In een reeks schilderijen deconstrueert hij vervolgens de hele twintigste-eeuwse kunstgeschiedenis tot dan, inclusief een schilderij met een omgekeerde swastika, ‘Konstruktivistisch’ (1968). Wat nu nog nauwelijks als dusdanig wordt geïdentificeerd door bezoekers – op het eerste gezicht kan het echt een constructivistisch schilderij uit het begin van de 20ste eeuw zijn – werd in de jaren 1960 door tijdgenoten wel met een schok onmiskenbaar herkend als een nazi-symbool.
Ook een ironisch schilderij getiteld ‘Moderne Kunst’ (1968) of Negerplastik’ (1968) hielden de toeschouwers een ongenadig beeld voor. In deze periode gebruikte hij ook bestaande textielen met als ‘kitch’ of kleinburgerlijk bestempelde patronen zoals palmbomen, flamingo’s en tijgerprints als canvas. Polke bleef ook altijd al zijn werk met de hand maken; van de mogelijkheid van eindeloze reproducties zoals eigen aan Pop Art, moest hij niet weten.

Keine Experimente!

In de tentoonstelling wordt er niet diep op ingegaan maar als je de schilderijen nader bekijkt of de catalogus leest, wordt duidelijk dat de Polke behoorlijk experimenteerde: zowel met zijn liefdesleven – waarover hij zeer terughoudend was – als met geestesverruimende substanties. Dat hij niet alleen de kleinburgerlijke goegemeente voor schut zette, maar ook de linkse politieke correcte scene met zijn pornografische werk met daarbovenop nog een laag exotisme/oriëntalisme (benieuwd eigenlijk wat Edward Saïd hiervan gevonden zou hebben), maakt duidelijk dat Polke zich niet in een hokje liet stoppen.
In zijn werk uit de jaren 1970 figureren niet alleen paddenstoelen, maar ook indirect is de invloed van psychedelica te traceren in werk, onder andere door het veelvuldig gebruik van gekleurde vlekken over ogenschijnlijk narratieve schilderijen. Zoals in de reeks ‘Can you always believe your eyes’ (1976) [zie uitgelichte afbeelding boven dit artikel]. Het is ook in deze tijd dat hij – na een deelname aan Documenta V in Kassel – zijn eerste grote retrospectieves krijgt, onder andere in het Van Abbemuseum in Eindhoven.

De aardappel

Raumansicht, Alibis: Sigmar Polke. Retrospektive Kartoffelhaus, 1967 © The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015 Foto: Rheinisches Bildarchiv, Köln, Alina Cürten
Raumansicht, Alibis: Sigmar Polke. Retrospektive Kartoffelhaus, 1967
© The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015
Foto: Rheinisches Bildarchiv, Köln, Alina Cürten

Maar het ging Polke niet puur om het psychedelische – hij was wars van de oppervlakkige hippie lifestyle – maar om een spirituele reis en het etherische.
Dat een viriele en hardwerkende man als Polke toch het bovennatuurlijke najoeg mag niet verwonderen. Hij ging op zoek naar de oerkracht, zijn creatieve energie. Voor hem was dat verrassend genoeg de aardappel, die hij vond in de kelder. Zo maakte hij een Kartoffelhaus (1967): een soort van kooi van Faraday die ook lijkt op een deconstructie van het huiselijke leven zoals dat in de Biedermeier-periode werd verheerlijkt.
De aardappel bleef terugkeren in zijn werk, zoals in de Kartoffelzeichnung’ (1966-1970) en zijn beroemde Kartoffelmachine oftewel ‘Apparat, mit dem eine Kartoffel eine andere umkreisen kann’ (1969). Speels en tegelijk ernstig, verwijzend naar de Vincent van Goghs ‘Aardappeleters’ (1885). Intrigerend is ook ‘Die Fahrt auf der Uneindlichkeitsacht III (Die Motorradlampe’ (1969-1971). Het werk hangt in een zaal gewijd aan sex, drugs en politics – met ook zijn documentair filmwerk – maar valt meteen op. Veel elementen van Polkes werk, zowel in het gebruik van het materiaal en technieken als ideeën, komen hierin samen. Het is bijna onmogelijk om het niet te zien in het licht van de zwarte romantiek en werk van William Blake.

Politiek

Sigmar Polke: Hochsitz, 1984 Synthetische Polymerfarben und trockenes Pigment auf Stoff, 300 x 224,8 cm. The Museum of Modern Art, New York. Teilweise und versprochene Schenkung von Jo Carole und Ronald S. Lauder Foto: © The Museum of Modern Art / Paige Knight © The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015
Sigmar Polke: Hochsitz, 1984
Synthetische Polymerfarben und trockenes Pigment auf Stoff, 300 x 224,8 cm.
The Museum of Modern Art, New York. Teilweise und versprochene Schenkung von Jo Carole und Ronald S. Lauder
Foto: © The Museum of Modern Art / Paige Knight
© The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015

Veruit het indrukwekkendst van al zijn politieke werken zijn de vijf enorme doeken met wachttorens die hij maakte, ‘Hochsitz’, uit de periode1984-1988. Als je al niet overdonderd wordt door de afmetingen, dan brengen de krachtige associatieve beelden waarin met de concentratiekampe, de muur en de nasleep van de jaren 1970 met de ongeziene politie-acties die de jacht op de Baader-Meinhof-leden met zich meebrachten, samenkomen. Rasterfahndung, heette het programma waarmee databanken aan elkaar werden gekoppeld in de speurtocht. De dreigende wachttorens vertellen ons dat iedereen kon en nog steeds kan worden verdacht. Door zijn associatieve manier van werken toont Polke zich ook een ziener.
Tegelijk is het ook een werk waarin Polke weer alles uit de kast haalt qua technieken en materialen. Als ondergrond gebruikt het onder andere gebloemde stof en bubble wrap (waar normaal kunstwerken in worden verpakt voor transport), waarna hij het bewerkte met verschillende pigmenten, harsen en chemische stoffen. Het resultaat is een soort dichte transparantie: wat je ziet is niet meteen wat je ziet terwijl alle lagen toch zichtbaar zijn.

Uranium

Polke was namelijk ook een twintigste-eeuwse alchemist. Opgeleid aanvankelijk als glasschilder experimenteerde hij zijn hele carriere met materialen en chemische stoffen. Zo gebruikte hij bijvoorbeeld dispersielak op vilt, liet hij foto’s en films reageren met chemische stoffen, maakte fotogrammen. Veel van de tentoongestelde werken zijn dan ook kleurproeven, tot aan het einde toe zoals een schetsboek vol tinten uit 2010, het jaar waarin hij overleed. Het resultaat wat hij beoogde was niet zozeer psychedelisch, maar hij ging ook op zoek naar de fout, het onaffe en vooral bracht hij daardoor de dimensie tijd in zijn werk. Veel van zijn kunstwerken bleven evolueren door de chemische reactie.
In 1986 mag Polke Duitsland vertegenwoordigen op de biënnale van Venetië. Hij maakt daarbij gebruik van het hele paviljoen, maar het indrukwekkendst zijn de de zes schilderijen – Kunststoffsiegel-Bilder – die niet in museum Ludwig maar in het onbekende en nog teveel onbeminde Museum Abteiberg in Mönchengladbach, een uurtje rijden ten noorden van Keulen – hangen. Net als ‘Hochsitz’ zijn het metershoge ‘schilderijen’ of eerder abstracte composities van verf en synthetische harsen. Het is Polke op het toppunt van zijn kunnen als moderne alchemist. De schilderijen vibreren en resoneren in de ruimte, waar ook artefacten – zoals een miljoenen jaar oude meteoriet – zijn samengebracht. In Abteiberg kun je ook foto’s en films bekijken van de tentoonstelling in Venetië, alsook van fascinerende experimenten, onder andere met radioactief uraniumgesteente.

Enigma

Polke stelde heel veel vragen en zijn gelaagde werk roept heel veel vragen op. Vragen van curatoren beantwoordde hij liever niet, maar zelf stelde hij veel vragen aan wetenschappers. Met diezelfde kritische en immer nieuwsgierige blik bevraagt hij ons: uit welk gezichtspunt willen wij de wereld rondom ons bekijken? Daardoor blijft het werk van Polke hoogst actueel.
Anders dan een chronologisch opzet laat vermoeden is de tentoonstelling in het Ludwig Museum spannend en nodigt uit tot herbekijken van werken. Eigenlijk moet je na afloop gewoon opnieuw beginnen om het werk van Polke helemaal tot je door te laten dringen. En ook aandachtig kijken naar de vele films – die ons ook herinnerden aan Peter Kubelka en Nicolas Roeg zoals in de film ‘Uluru/olgas’ (1980) gemaakt bij Ayers Rock in Australië -, collages en foto’s. Ze geven niet alleen inhoudelijke context aan het werk maar voeren je ook mee in de esthetiek van Polke. Om het bovennatuurlijke aspect van zijn werk ten volle te ervaren is een bezoek aan museum Abteiberg ten zeerste aanbevolen. En vergeet niet de catalogus aan te schaffen, om je thuis nog te verdiepen in de vele gedaanten van Sigmar Polke.

Nog tot 5 juli 2015, Museum Ludwig, Keulen.

Credits uitgelichte afbeelding: 

Sigmar Polke: Can you always believe your eyes?, 1976

Gouache, Lack- und Acrylfarben, Tabak, Zinksulfid und Cadmiumoxid auf Papier auf Leinwand

207 x 295 cm

Sammlung Liebelt, Hamburg

© The Estate of Sigmar Polke / VG Bild-Kunst Bonn, 2015

tekst:
Ruth Timmermans
beeld:
ML_Polke_Kleinbuerger_Can_You_Always
geplaatst:
ma 18 mei 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!