Cranekiss

Op hun derde album blaast zangeres Tamaryn de spinnenwebben weg en ruilt het vertrouwde shoegaze-geluid in voor synthpop die zo in de jaren ’80 gemaakt had kunnen zijn. Ze verruilde de Amerikaanse westkust voor New York City, en haar oude bandleden voor nieuwe kameraden Shaun Durkan (Weekend) en Jorge Elbrecht (Violens, Ariel Pink). Dat betekent synthesizers en drummachines in plaats van gitaren en fuzzboxen. Voor de hand liggende ijkpunten zijn The Cure, New Order en Depeche Mode, maar het geluid is nergens opzettelijk retro. Helemaal verdwenen zijn de shoegaze-elementen trouwens niet. Zo zwengelt de gitarist op het titelnummer aan zijn tremolo-arm a la My Bloody Valentine, maar die gitaar zit wel zo diep in de mix dat het amper opvalt. Daarnaast doet Tamaryns stem me nog steeds sterk denken aan Curve’s Toni Halliday, en komt zo nu en dan de geest van de Cocteau Twins uit de galm tevoorschijn. De eerste keer vond ik het allemaal wel erg gladde wegwerppop, maar na een paar keer draaien begonnen sommige nummers te groeien, al had het allemaal wel iets meer uitgesproken gemogen. Een leuke plaat, al is een vooraarde denk ik wel enige affiniteit met het geluid van de jaren ’80, in al zijn naïviteit en lompheid.

tekst:
Gonzo circus
beeld:
Tamaryn_Cranekiss
geplaatst:
do 13 aug 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!