Academic Supper

Fat Supper is een kwartet uit Rennes, dat zijn plaat opent met de song ‘Clutter’, waarin toch wel een heel erg aan David Bowie verwante gitaarriff domineert. De periode ‘Young Americans’ denken we, al kunnen we het mis hebben. In elk geval, iets van Bowie voor hij helemaal de mist in ging. Niet dat het een slecht nummer is geworden. Integendeel. Het gros van de liedjes op hun tweede album klinken verrekte goed. Een beetje dwars misschien om voor reguliere rockmuziek door te gaan, maar net dat tikje venijn vinden wij leuk. En hoe meer liedjes we horen, hoe beter we ze lijken te vinden. Alsof Fat Supper rustig opbouwt, de ene geniale riff na de andere weet te verzinnen om ons zo hun universum binnen te rijven. We horen ‘Narvana’ en zijn mee, maar daarna komt het nog veel sterkere ‘Sandcastle’ waarin het viertal experimenteert met de rockstructuren en lichtjes naar noiserock neigt, net door die bijgevoegde elementen. Pierre Marolleau en Yoann Buffeteau drummen beiden, al is het vooral die eerste die met zijn inventieve ritmes de liedjes net dat beetje extra weet te verlenen. ‘Surrogate’ heeft wat mee van dEUS, niet alleen wat betreft het liedje zelf maar ook de dwarsigheid die telkens komt bovendrijven. Die verwijzing houdt trouwens nog wel bij een aantal nummers steek, zonder dat het kwartet aan het imiteren gaat trouwens. Luister maar eens naar ‘Oddbox’ en ‘Basement’. We hadden zo onze twijfels over de relevantie van deze plaat na ‘Clutter’, maar die hebben we in dit geval snel aan de kant gezet. Uit Kroatië komt het trio Vlasta Popić aanwaaien met de opvolger voor het debuut ‘Za Očnjake’ uit 2012. Negen nummers sieren het schijfje, die een beetje in twee helften uiteenvalt. De eerste drie nummers tonen verwantschap met bands als Fugazi, Shellac en door de zangeres ook aan Dog Faced Hermans. Al snel neemt de noisy punkrock echter de overhand en is er van eigenwijze noiserock nog nauwelijks sprake. Ook zangeres Tena laat dan meer haar punkzieltje spreken waardoor die liedjes allemaal nog net dat tikje ruiger en viezer gaan klinken. We vinden het echter vooral leuk dat het trio alles onderneemt om een eigen geluid te creëren, zelfs al zit het dan in de noisy punkrockhoek. Het zingen in de moedertaal geeft uiteraard een extra exotisch tintje, wat ook tot gevolg heeft dat we geen flauw benul hebben waar nummers als ‘Nervozno Se sanjari’ en ‘Slijepa NaÅ¡a (Mržnja)’ over gaan. Misschien maar goed ook, want dan kunnen ze zingen wat ze willen, we begrijpen er toch geen sikkepit van.

tekst:
Patrick Bruneel
beeld:
Fat_Supper_Academic_Supper
geplaatst:
di 9 jun 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!